XXIX

199 8 3
                                    

Terwijl de mannen van Håvar vertrekken, probeert Kjeld zich aan de ijzeren greep van Rolf los te worstelen. Rolf laat hem dan maar los en kijkt de man aan.

Kjeld is woedend. Hij is vernederd voor al zijn mannen en die van zijn naaste buren. En deze man, die hij niet eens kent, laat hem er zwak uit zien.

Bits snauwt hij Rolf toe: 'Weet je wel wie ik ben?'

'Ja, en eerlijk gezegd kan het me niet schelen. Je bedreigt ons dorp en al was je Thor, dan zou ik je nog niet anders behandelen!'

'En wie denk je dat jij dan wel bent?'

Rolf kijkt Kjeld recht in zijn ogen aan en zegt: 'Het maakt niet uit wie ik ben. Wel dat ik je ergste nachtmerrie kan zijn, dat is wat telt!'

'Het maakt me wel wat uit, ik wil weten tegen wie ik moet vechten!'

'Omdat je het zo netjes vraagt. Ik ben Rolf Hamundsen.'

'Ah, de wolvenzoon!'

'Ik weet dat je het anders bedoeld, Kjeld, maar ik vat het als een compliment op. Want dat is precies wat ik ben geweest. Maar weet ook, dat ik ook de zoon van Hallvor Ulriksen ben.'

'Onzin, Raynor was de zoon van Hallvor!'

'Dan moet ik je teleurstellen, dat was niet zo. Is ook nooit zo geweest. Hallvor heeft hem wel opgevoed als zijn eigen zoon, maar hij was nooit zijn echte zoon. Toeval wil, dat ik opeens wel de zoon van Hallvor bleek te zijn.'

'Hmm, dat zal dan wel. Dus als ik het goed begrijp, ben jij dus de beoogde opvolger van Hallvor?'

'Als de dorpsraad het goedkeurt, ja. Ik verkeer in dezelfde positie als jij!'

Kjeld lacht. 'Dat maakt het dan gemakkelijker! Aangezien je in dezelfde rang staat, daag ik je uit tot een gevecht om de eer van ons dorp te strijden.'

'Ik zie het nut niet in van zo'n gevecht, maar ik begrijp, dat je het niet anders wilt. Maar ik stel enkele voorwaarden.'

'En die zijn?'

'Het gevecht is uitsluitend tussen ons twee. Ieder mag een verzorger uitkiezen, die je mag assisteren in het verzorgen van eventuele verwondingen en het aanreiken van je wapens. Ieder ander mag absoluut niet met het gevecht bemoeien. Het moet immers een eerlijk gevecht worden.'

'Goed. Wel vrije wapenkeuze?'

'Wat mij betreft, het maakt mij niet uit. Verder nog iets?'

'Waar en wanneer gaan we het doen?'

'Vanavond, hier in het kamp.'

'Je meent toch niet dat ik helemaal gek ben, Kjeld? Hier iets ten westen ligt een mooie open vlakte. En om nog wat meer neutraliteit te waarborgen, stel ik voor dat we het gevecht uitstellen tot morgenavond, zodat ook andere dorpen het gevecht kunnen toekijken.'

Kjeld kijkt Rolf inschattend aan. Het is moeilijk deze man in te schatten. Hij ziet er niet zo heel erg bijzonder uit, maar er hangt wel iets van een dreiging van hem uit. Gespierd is Rolf ook wel, maar ook niet overmatig. Wel ziet Kjeld enkele littekens, maar dat zegt niet heel erg veel. Er kunnen talloze redenen zijn om littekens te hebben. Maar een ding is hem al wel duidelijk, Rolf is geen man, waar je mee moet spotten. Daarvoor heeft hij veel te veel zelfvertrouwen. Kjeld neemt snel een besluit. Het is ook niet zo heel moeilijk, hij heeft maar weinig keuze. En bovendien, als hij zou winnen, dan zou hem dat behoorlijk wat aanzien opleveren, ook in de omliggende dorpen. Maar daar staat tegenover, dat Kjeld behoorlijk wat kan verliezen, als hij niet zou winnen. Hij zou voor joker staan en iedereen zou hem uitlachen. En zijn status als de beste krijger van het dorp zou op spel staan.

ÚlfrWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu