1.2. ShervanH

192 6 1
                                    

Het verhaal gaat over een meisje met bijzondere krachten maar zijzelf weet niet dat ze die heeft. Dit meisje woont tussen de normale mensen en op een dag wordt ze verliefd op een jongen en komt zij achter haar krachten. Het meisje heet Emily en woont in een grote stad. 'Emily... Emily!' Emily wreef over haar gezicht 'Emily, word eens wakker!' riep Anna. Emily stapte uit bed en keek in de spiegel 'Ik lijk wel op een monster' dacht Emily. Emily liep naar beneden en pakte de cornflakes, de melk en een kommetje. Ze deed de melk in het kommetje en gooide de cornflakes erbij. 'Heb je zin in school?' vroeg Anna 'Natuurlijk niet, Ik ken helemaal niemand!' Emily was namelijk vorige week verhuisd en heeft vandaag haar eerste schooldag op school. 'Ik ga nu naar school, mam!' riep Emily. 'Oké!' Antwoordde ze. Emily was aangekomen bij haar kluisje en deed haar jas erin. Ze was klaar voor haar eerste les op haar nieuwe school. Ze liep naar het lokaal en ging naar binnen. Nog niet iedereen was er maar ze ging op een stoel zitten. Toen iedereen er was zei de leraar: 'We hebben een nieuwe leerling, Emily Bernuwe' - 'Hoi' zei Emily. Emily keek rond in de klas en zag kinderen zitten. 1 jongen viel haar op, ze bloosde want hij was wel knap. Opeens vloog een kast in het lokaal in brand 'BRAND! BRAAAND!' riepen de leerlingen. Iedereen rende snel het gebouw uit. Toen Emily buiten stond dacht ze: 'Waarom ging de kast in brand toen ik naar die jongen keek?'. Opnieuw keek ze naar de jongen maar dit keer verbaasd. Er gebeurde niets. De jongen bloosde en liep naar Emily toe. 'Ik heet Zake' zei hij. Emily bloosde nu ook en dit keer gingen haar handen gloeien. Emily voelde dit zelf niet en gaf Zake vriendelijk een hand. Zake trok zijn hand snel weg 'Je handen zijn gloeiend heet!' Emily keek naar haar handen en schrok. Haar handen waren in vuur en vlam! Emily zocht snel naar een plas met water. Ze stopte haar handen in het water maar er gebeurde vrij weinig. Emily kon aan niets anders meer denken dan aan haar handen. Emily viel flauw. 'Wazige vormen... Zie ik daar Zake? Mijn handen gloeien en ik weet dat mijn leven anders wordt'. Emily werd wakker. Ze lag in een bed en keek om zich heen. Het was een witte kamer. Ze keek naar haar handen, ze waren helemaal normaal. Opeens ging er een deur open. Er liep een lugubere gedaante naar binnen. 'Ik zag je handen branden' Emily kreeg een brok in haar keel.  'Wie bent u? Wat komt u hier doen?' vroeg Emily. 'Ik ben Jack, Ik ben de broer van je vader' - 'Mijn vader?' - 'Ja, toen jij klein was heb jij hem eigenlijk vermoord door je krachten van vuur.' - 'Wat? heb ik dan krachten van vuur?' - 'Ja, en je moet leren om er mee om te gaan, kom met me mee' - 'Eehmm, Oké!' Emily kon nauwelijks bevatten dat ze krachten van vuur heeft. Emily en Jack liepen het ziekenhuis uit en stapten in de auto. Jack reed naar zijn huis toe die een paar blokken verderop was. Emily en Jack stapten uit. Emily keek naar het huis, het was gigantisch! Ze liepen rustig naar binnen want Emily was dol op zulke grote en mooie huizen Jack deed de deur open en liep naar de kelder 'Volg je me?' -  'o.. oke?' zei Emily aarzelend. 'We gaan dadelijk 2 opdrachten doen, je moet zo'n bril op doen en dan dit drankje opdrinken, dan kom je in een soort droomwereld, in die droomwereld kan je leren om je krachten onder de knie te krijgen' Emily deed de bril op en dronk het drankje 'Pas wel op! Het kan soms best wel gevaarlijk en confronterend zijn!' zei Jack. Emily sloot haar ogen. Wazig hoorde Emily :'Je eerste opdracht is het stoppen van je krachten als je verliefd ben' Ze deed haar ogen open en zag dat ze in haar kamer lag te slapen. Opeens zag ze Zake naast haar liggen. Emily bloosde en zag gelijk dat er een vlam ontstond op haar bureau. Ze dacht 'STOP! GEEN VUUR MEER!!'. Het lukte maar niet en de vlam werd steeds groter. Ze rende snel naar de gootsteen beneden en pakte een emmer met water. ze gooide het water op de vlam maar het hielp niet. Ze ging naar Zake en kuste hem op de mond. Het vuur ging uit. 'Goedzo, je weet nu hoe je je krachten moet stopen, maar nu moet je ook leren om je krachten te gebruiken.' Opeens werd het zwart voor haar ogen. 'Wat is dit?' schreeuwde Emily. Niemand reageerde. Naar mate zag zij een wit licht, ze liep er naartoe en zag Zake weer, maar dit keer in gevaar, om hem heen waren allemaal verschillende slangen, roofdieren en spinnen. Emily is daar doodsbang voor maar toch moest ze Zake redden. 'Hoe moet ik dit nou weer doen?' Ze dacht aan Zake, hoe hij haar vast zou houden als ze met elkaar hadden. Ze bloosde en kreeg gloeiende handen ze pakte een slang beet. De slang vloog gelijk in de fik! Ze gooide de slang op de andere dieren en redde Zake uit de beestenboel. Plotseling viel Emily in een diepe slaap. Emily werd wakker in de stoel en deed snel haar bril af. Ze vroeg aan Jack of hij haar naar Zake wou brengen. Dat wou hij. Eenmaal aangekomen bij Zake belde zij aan zijn moeder deed open 'Is Zake er, ik moet hem spreken' - 'Ja, hij ligt op de bank te slapen.' Emily rende door de gang en zei tegen Zake: 'Gelukkig dat je nog leeft.'


Echt leuk bedacht. Je heb het vuur gedeelte wel erg vaak gebruikt. Hahaha,

ik geef je een 7

schrijf wedstrijdWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu