3.4. Sanne20072000

50 4 7
                                    

Love me like you do


Ik zet mijn fiets in de fietsenstalling en zet hem op slot. Ik loop de fietsenstalling uit. 'HEY! Smeerkaas!' De eerste dag dat ik op deze school kwam, struikelde ik over mijn eigen voeten in de aula. Ik viel voorover en belandde met mijn hoofd precies op een broodje smeerkaas, dat al onder vele schoenen plat getrapt was. Mijn hele gezicht zat onder de smeerkaas, plus nog allemaal vieze dingen die onder de schoenen van mensen hadden gezeten. Vanaf die dag noemt Samilla mij smeerkaas, samen met haar meelopers. Samilla komt aanlopen, ik probeer snel weg te lopen. Maar Kim pakt mijn arm vast. 'Ah, blijf nog gezellig even hier, we hebben nog....' Ze pakt haar mobiel om te kijken hoe laat het is. '...tien minuten, dus je hoeft je niet te haasten hoor.' Zegt ze met een grijns. Ik kijk haar vernietigend aan. 'Oh heeft smeerkaas een beetje last van een ochtend humeur.' 'Ik heet Jade!' 'Ow ja, natuurlijk, smeerkaas krijgt waanideeën, misschien had je vandaag beter thuis moeten blijven?' Er wellen tranen op in mijn ogen en ik draai mijn rug naar ze toe, ik loop snel richting het schoolgebouw en kijk niet meer achterom. Ik hoor dat ze me nog iets na roepen, maar ik versta het niet. Weer een hele schooldag en vandaag tot 3 uur.

Ik doe net mijn kluisje weer dicht als de bel gaat, nog vijf minuten. Ow daar gaan we dan, op naar geschiedenis. Ik laat me mee voeren door de mensen massa de trap op. Als ik boven aan trap ben sla ik links af richting geschiedenis. Ik zie de klas al voor het lokaal staan wachten, snel speur ik alle hoofden af, gelukkig Samilla is er nog niet. Ik loop langzaam naar mijn klas toe, ik heb toch geen haast, Ze zijn gelukkig allemaal niet zo erg als Samilla, maar ook niet bepaald gezellig. Ze zeggen geen woord tegen me en doen of ik er niet ben. Als Samilla er niet is dan, als ze er wel is doen ze allemaal gezellig mee met de pesterijtjes. Ik ga buiten alle vrienden groepjes staan en leun tegen de muur. Ik kijk op mijn horloge, nog ongeveer twee minuten. Wat bij meneer Jenkins waarschijnlijk 5 minuten is, omdat hij altijd net iets te laat komt. Ik kijk naar links, op mijn hoede voor Samilla. Opeens voel ik op mijn rechterschouder een tik. Ik draai mijn hoofd. Ik staar in twee hele mooie blauwe ogen. En ben sprakeloos, het enige wat ik doe is staren. Zijn lippen bewegen. Wat doet hij nou? Dan besef ik dat hij waarschijnlijk iets zegt en ik concentreer me gelijk, dan pas merk ik dat hij zijn hand heeft uitgestoken. 'Hallo? Is daar nog iemand?' Zegt hij glimlachend. Ik merk dat ik rood word en schud snel zij hand. Opeens word ik hard tegen de muur gedrukt voor ik ook nog maar iets kon zeggen. Samilla staat tussen ons in en stelt zich vrolijk voor. Ik schaam me kapot, ik ben ook gewoon een sukkel. Ik zet mezelf constant voor gek. Er wellen tranen op in mijn ogen. Niemand zal ooit echt mijn beste vriendin worden en ik had nog wel gehoopt dat het hier beter zou worden dan op de basisschool. Ik bijt op mijn lip. Nog even tot drie uur volhouden Jade, zeg ik tegen mezelf. De bel gaat, maar ik denk alleen nog maar aan die mooie blauwe ogen en zijn bruine haar. De klas stroomt naar binnen, meneer Jenkins is vandaag eens op tijd. Ik loop achter de klas aan en ga op mijn eenzame plekje rechts voor in de klas zitten. Ik pak mijn geschiedenis boek en schrift. En staar uit het raam. 'Hallo, allemaal, vandaag begint mijn dag anders dan normaal.' Zegt meneer Jenkins. Hij laat een pauze vallen en ik draai mijn hoofd. Ik zie dat de jongen met de blauwe ogen voor de klas staat en ik staar hem aan, dit word een slechte gewoonte van me. Zit hij bij ons in de klas? Vraag ik mezelf verward af. 'Dit is jullie nieuwe klasgenoot, stel jezelf maar even voor.' Zegt Jenkins. 'Ik ben Damian en ik ben 14 jaar. Ik zit op Badminton. Verder weet ik niet echt iets te vertellen.' Zegt Damian. 'Ga maar naast Jade zitten daar is nog en vrij plekje. Alle ogen zijn meteen op mij gericht en ik buig me snel over mijn gesloten geschiedenis boek heen. 'Meneer ik heb een veel beter idee.' Hoor ik Samilla's stem minachtend zeggen. 'En wat mag dat dan wel zijn Samilla?' vraagt meneer Jenkins. Damian schuift de stoel naast me naar achter en gaat er op zitten. Hij gaat er op ZITTEN, ik wil een vreugdekreet roepen door het hele klaslokaal, maar zit daar maar over mijn gesloten geschiedenis boek heen. Te proberen mijn hoofd niet meer rood te krijgen. 'Nou, ik denk dat Damian daar echt helemaal niet wil zitten, hij kan toch ook bij ons zitten? Dat zou voor hem echt veel beter zijn.' Zegt Samilla. Ik dacht dat mijn hoofd niet roder kon worden, maar heb het idee, dat ik nu echt bijna paars ben. Mijn ogen worden ook weer vochtig en ik bijt opnieuw heel hard op mijn lip, ik proef bloed, mooi heb ik mijn lip ook nog open gebeten deze dag kan echt nog veel beter worden! Denk ik sarcastisch. Voor dat Jenkins wat zegt hoor ik Damians stam naast me. 'Wie zegt, dat ik ergens anders wil zitten?' Zegt Damian boos tegen Samilla. Boos tegen Samilla? Ik durf op te kijken en kijk recht in Samilla's ogen die vuur spuwen. De rollen zijn voor het eerst een keer omgedraaid, voor deze ene keer kijk ik haar met een triomfantelijke blik aan en zij mij met een jaloerse.



De dagen daarna, zijn we bijna niet met school bezig geweest en hebben we lang zitten praten. Damian bleek lang te zijn gepest en daarom is hij naar deze school toegegaan. Ik heb hem alles verteld wat me dwars zat. Hij begreep me helemaal omdat hij het zelf ook had meegemaakt. En ik heb zelfs weer gelachen op school. Nu staan we bij mijn kluis. 'Kan je vandaag afspreken?' Zegt hij. Ik word weer een beetje rood maar deze keer niet door schaamte, maar door spanning, verlangen en blijdschap. 'Hey, ga je nog wat zeggen of ga je me weer alleen maar aanstaren?' Zegt hij met een grijns, ik lach mee. Onze hoofden gaan richting elkaar ik buig mijn hoofd iets naar rechts en hij naar links. En dan raken onze lippen elkaar ik sluit mijn ogen. Dit is het dan, mijn eerste kus. Het voelt perfect, dit had allemaal zo moeten zijn, bedenk ik me nu, alles wat al die kinderen ooit tegen me hebben gezegd telt nu niet meer. Zijn laten de mijne weer los. 'Dat beschouw ik als een ja.' Zegt hij. Hij pakt mijn hand vast en ik loop met een heel gelukkig gevoel hand in hand met hem de school uit en heb het idee dat niks me meer ongelukkig kan maken, ja zelfs Samilla niet.

———————————————-

Ik geef je een 8,9

schrijf wedstrijdWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu