2.4. MrsSlowDeath

114 4 4
                                    

Het was maandagmorgen toen ik door het bos naar school liep. Het gebeurde vaker dat ik het weggetje dat door het bos loopt nam. Ik voelde me er niet gemakkelijk maar het was wel tien minuten minder stappen en dat had ik er vaak voor over. Ik had mijn oortjes in en luisterde mijn favoriete liedje van dat moment. Tot ik plots het gevoel kreeg dat iemand me volgde. Je weet wel dat rare gevoel in je buik, je ogen die de hele tijd ronddraaien, je begint nerveus achter je te kijken, je hoort het enge muziekje al op de achtergrond en diep vanbinnen heb je moeite met ademen. Was het wel zo'n goed idee om me om te draaien? Misschien kon ik beter gewoon goed doorwandelen. Mijn benen gingen sneller en ik voelde dat ik moe begon te worden. Ik wist niet hoe lang ik dit vol kon houden en het was nog minstent een kwartiertje stappen. De lucht rondom me werd kouder en kouder en ik wist niet wat er aan de hand was. Lag het aan mij of werd het gewoon frisser buiten. Ik wou er echt over nadenken maar toen kreeg ik de shock van mijn leven.

Een koude lucht die warmer werd met de seconde blies in mijn hals. Het leek wel alsof iemand aan het hijgen was. Ik slikte en probeerde kalm te blijven. Wat als ik me omdraaide en een oude man met een mes stond achter me. De wind fluisterde mijn naam en ik zette mijn muziek uit. Misschien was er gewoon wat mis met mijn oortjes en begon het wat te waaien. Ik zocht naar elk realistisch iets om mezelf er van te overtuigen dat er niets aan de hand was. Elke poging mislukte en ik begon nerveus rond me te kijken. 'Is daar iemand?!' riep ik het uit. Al was ik slimmer dan de mensen die ik in een horrorfilm zag, nog steeds had ik de druk om te roepen. Ik kreeg geen antwoord en de wind leek te zijn verdwenen. Niemand was in de buurt en het leek echt of ik het me allemaal maar had verbeeld. Ik besloot om verder te wandelen en zette mijn muziek wat harder zodat ik er niet teveel meer aan zou denken.

Ik was nog geen kilometer verder toen ik een melodie door de bomen heen hoorde komen. Een meisje zong een liedje dat niet te verstaan was of dat ik alleszins niet kende. Wat moest ik doen? Zou ik mama bellen of misschien maar beter de politie. Mijn telefoon rinkelde en ik haalde hem uit mijn broekzak. 'Niet rennen...' er klonk een geruis door mijn telefoon. 'Ik zie je...' ik slikte en begon opnieuw rondom me te kijken. Ik draaide cirkeltjes en het leek alsof ik elke moment kon neervallen van het draaierig zijn maar ik moest volhouden. 'Vertrouw me...' toen hoorde ik enkel nog de piep. De persoon aan de andere kant had neergelegd. Opnieuw voelde ik de wind in mijn nek en was de lucht koud om daarna warmer aan te voelen. Het melodietje speelde weer en ik slikte. Iemand was me flink in de maling aan het nemen. Ik besloot om verder te stappen. In tien minuutjes zou ik uit dit vreselijke bos zijn en voortaan neem ik wel gewoon de weg dan loop ik maar wat langer.

Ik wou net mijn oortjes in steken toen ik een meisje voor me op het pad zag staan. Ze had geen schoenen aan en haar kleedje leek wel jaren oud. Ik kon haar gezicht niet zien omdat haar haar ervoor zat. 'Ik zie je...' zei ze met dezelfde stem die ik net nog hoorde zingen en door mijn telefoon horen praten. Ik probeerde me kalm te houden en stak mijn hand naar haar uit. 'Alles... alles goed met je?' vroeg ik haar zachtjes. Ik schuifelde dichter naar haar toe zodat ik haar kon helpen.


Langzaam tilde ze haar hoofd omhoog. Ik zag twee witte ogen me aanstaren en ik kreeg het benauwd. Dit was niet echt ik beeldde het me gewoon in. Je bent heus niet gek aan het worden alles is compleet normaal. Ik stapte langzaam achteruit maar al snel voelde ik me zo opgejaagd dat ik achteruit probeerde te rennen. Met een harde bons viel ik op de grond en zag ik haar naar me toe komen. Ze lachte naar me en plots opende haar mond zich volledig. Ik gilde het uit maar er was niemand die me zou horen. Ik belandde tussen haar kaken en weet niet wat er daarna met me gebeurd is. Toen ik ontwaakte was ik niet meer in het bos, niet thuis, niet in een ziekenhuis of op eender welke menselijke plek dan ook. Het leek wel alsof ik in een zwart gat verborgen zat. Alles wat ik kon zien waren bomen en het meisje dat net haar kaken om me heen had gezet, dat er plots zo lief uitzag. 'Je hoort bij me...' opnieuw lachte ze naar me maar haar lach veranderde al snel in het meest engste dat ik ooit heb gehoord. Toen ik naar mezelf keek zag ik er net zo erg uit als de eerste keer dat ik haar had ontmoet.

————————————————-

Ik geef je een 7,7

schrijf wedstrijdWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu