hoofdstuk 28

395 29 1
                                    

Claire

Na een lange middag trainen lopen we weer terug. Het zweet loopt over mijn voorhoofd en ik veeg met mijn mouw een zweetstraaltje weg.

Wat ik moest doen? We gingen eerst heen en weer rennen, en met we, bedoel ik dat ik ging rennen en André dingen naar me schreeuwde, zoals: 'sneller!' Daarna ging André me vechttechnieken leren en daarna moest ik over een muur proberen te klimmen, eerst als mens, wat al niet lukte, en daarna als weerwolf, wat een nog grotere ramp was.

'Dat was een goede training. Ik ben trots op je!' Ik kijk hem lachend aan en verander in een wolf, waarna ik wegsprint. 'Claire, kom terug!' Ik grinnik en kijk om, waar ik André ook als wolf zie. Maar achter hem is ook wat. Ik grom en sprint op hem af. Snel verander ik terug, waarna André ook weer een mens word. Ik blijf staren in het duister en vernauw mijn ogen.

'Wat is er?' Ik kijk hem even snel aan en kijk dan weer naar het duister. 'Er is daar iets, of iemand.' André duwt me achter hem en veranderd in een wolf. Ik blijf als mens en staar nog steeds in het duister.

Opeens hoor ik gegrom van allerlij kanten. Ik draai me om en zie allemaal zwarte wolven. Mijn ogen worden groot en snel verander ik ook naar een wolf. Ik laat een luide grom horen en zie een van de wolven op me af komen.

'Claire, wegwezen!'

Ik kijk verbaasd op.

'Wolven kunnen met elkaar communiceren. Snel, wegwezen!'

Ik zet het op een rennen en ren richting het kasteel, gevolgd door de zwarte wolven. Snel ren ik naar binnen en duw met mijn lijf de deur dicht. Ik blijf er tegen aan staan, en voel harde bonken op de deur.

'Wat is hier aan de hand?!' Mijn vader komt de hal binnen lopen en duwt zichzelf tegen de deur aan, waarna hij veranderd in een wolf.

'Wat is er aan de hand?'

'Ik was met André aan het trainen en toen omringden een aantal zwarte wolven ons.'

Hij laat een luide grom horen en de bonken lijken minder te worden.

'Ga naar de achterdeur van het kasteel en doe de balk ervoor, zodat ze niet binnen kunnen komen.'

Ik ren naar de achterdeur en stop achterin de hal. Er staan zwarte weerwolven in beide gangen.

Opeens hoor ik een geluid boven me en zie ik Lucas naar beneden vliegen. Ik grom en Lucas grijnst. 'Hallo Claire. Hoe gaat het?' Ik grom weer en hij lacht. 'Mis je niet iemand? Je vriendje bijvoorbeeld?' Woede giert door mijn lichaam als een wervelstorm.

Dan zie ik een beweging van rechts en hoor ik een plof op de grond. André ligt op de grond, zijn ogen gesloten, en hij krimpt ineen van de pijn. Ik verander in een mens en ren naar hem toe. Ik kniel naast hem neer en til hem wat op. 'André? Zeg wat!'

Hij opent moeizaam één oog en zegt met moeite: 'ga niet met hem mee.' Hij sluit zijn oog weer en zakt wat weg. Ik hoor voetstappen achter me en kijk verschrikt achter me. Gabriël komt aangerend en veranderd in een wolf. Alle wolven komen in beweging en vallen hem aan. Ik blijf stil zitten, met André's hoofd op mijn schoot.

Opeens staat Lucas voor me. Hij pakt mijn arm, trekt me ruw overeind en sist: 'jij gaat met mij mee!' Voor ik kan protesteren, trekt hij me mee door de achterdeur en vliegt hij weg. Onder me zie ik vechtende wolven en langzaam daalt Lucas neer. We staan bij de poort en ik zie in de verte een auto aankomen rijden. De auto stopt voor ons en Lucas duwt me achterin, waarna hij zelf ook instapt.

De auto rijdt snel weg en het kasteel wordt kleiner en kleiner. 'Waar breng je me heen?' Vraag ik dapper, mijn angst proberend te verbergen. Lucas komt dichterbij en streelt mijn wang, waarna zijn hand afdaald naar mijn nek.

'Naar The Vampire Academy.' Ik slik en kijk hem in zijn ogen. Hij kijkt me bloeddorstig aan, een blik die zegt dat ik moet vluchten.

my big secret. *1Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu