hoofdstuk 30

300 28 0
                                    

Claire

Ik hoor een klik en meteen open ik mijn ogen. Ik kijk verbaasd om me heen en moet mezelf even orriënteren. Alle herrineringen stromen weer terug en ik wrijf de slaap uit mijn ogen.

'Lekker geslapen, bloedpropje?' Ik kijk verschrikt de kamer rond en mijn ogen haken zich vast aan de bruine ogen van Lucas. 'Krijg ik geen antwoord, schatje?' Hij loopt langzaam op me af, waardoor hij dreigend overkomt.

Ik deins achteruit en steek mijn hand op. 'Blijf uit mijn buurt! Ik waarschuw je!' Lucas grijpt mijn hand en trekt me overeind, waardoor ik tegen zijn borst opknal. Ik knipper even met mijn ogen en kijk hem dan kwaad aan. 'Wat wil je van me?!'

Hij brengt zijn gezicht dichterbij dat van mij en ik slik. Mijn hartslag gaat snel en ik probeer mijn ademhaling onder controle te houden. 'Je moet eten.' Hij trekt me mee, de trap af en duwt me een kamertje in met een grote eettafel. Er staat allemaal vlees op tafel, en een paar stukken fruit. 'Tast toe, bloedpropje.'

Lucas duwt me op één van de vele stoelen en gaat aan de linkerkant van mij zitten. 'Waarom doe je dit?' Lucas kijkt me grijnzend aan en drukt zijn lippen in mijn nek. Ik duw hem weg, schuif mijn stoel naar achteren en ren snel weg. Ik hoor hem achter me vloeken en ren nog sneller.

'Kom terug!' Een woeste brul en ik kijk achter me. Hij stijgt op en vliegt achter me aan. Snel duik ik een hok in, een schoonmaakhok, en draai de deur op slot. Zwaar adement loop ik naar achteren en bots tegen de muur op, terwijl ik angstig naar de klink kijk, die wild op en neer gaat. 'Doe open!'

'Nee!' Ik zak neer op de grond en leg mijn hoofd in mijn handen. Mijn hart bonsd tegen mijn ribben, en even ben ik bang dat mijn ribben zullen breken. De klink blijft op en neer gaan en ik sluit mijn ogen.

Oke, focus. Hoe kom ik hier uit? Binnen de kortste keren geeft hij op en gaat weg. En dan? Hoe moet ik vluchten?

'Doe die deur open, nu!' Ik slik en hoor gekraak, dat duidelijk afkomstig is van de deur.

Word een weerwolf. Word een weerwolf.

Ik verander in een weerwolf en grom. De deur valt kapot op de grond en ik bespring Lucas, die schreeuwend op de grond valt. Hij probeert me van hem af te duwen, maar ik ben te sterk. Ik lik langs zijn oor, zodat hij ook eens voelt hoe eng dat is. In één beet kan ik hem vermoorden. Één simpel beetje.

'Please, spaar me!' Ik grom hard en hij krimpt ineen.

Dit is mijn kans!

Ik spring van hem af en begin te rennen. Door de voordeur, over het grind, zigzaggend door alle vampiers en ren door de poort. Het asfalt glijdt onder me langs en ik begin opeens harder te rennen. Net een soort van turbo.

Het asfalt schiet nu onder me langs, steeds sneller. Als een magneet wordt ik naar ons kasteel getrokken. In de verte zie ik ons kasteel opduiken en een paar mensen bij de poort staan. Ze gaan meteen in de aanvalshouding staan en ik rem af. Nu zie ik dat het André en Gabriël zijn. Ik sprint op André af en vlieg om zijn nek.

Ik hoor een paar ploffen en gekreun en verander in een mens. Ik kijk André aan en glimlach. Hij glimlacht terug en ik sta op, gevolgd door André. Ik hoor ploffen en gekreun achter me en draai me om. Ik slaak een gilletje en werp me in de armen van André.

Een grote groep zwarte weerwolfen en vampiers staan voor ons, met als leider Lucas. 'Geef haar hier en dan gebeurd jullie niks.' Zegt hij dreigend. André duwt me achter hem en veranderd in een weerwolf, net als Gabriël. Niet wetend wat in moet doen, verander ik ook in een weerwolf. Meteen krijg ik een stem in mijn hoofd.

Naar binnen en roep versterking!

Ik ren richting het kasteel en hoor al luid gegrom achter me. Snel sprint ik naar binnen en zoek naar mijn ouders. Ik verander terug naar een mens en zoek het kasteel door.

Na een poosje sta ik weer in de hal en loop verder naar achterin het kasteel. Opeens pakt iemand mijn pols en draait me om. Bruine ogen ontmoeten de mijne en ik slik.

'Laat me los!' Gil ik, maar wordt onderbroken door een hand op mijn mond.

'Bek dicht!' Sist Lucas naar me. Ik slik en hij trekt me mee naar achteren.

Opeens hoor ik een knal en verslapt Lucas' grip. Ik kijk verschrikt op en zie mijn vader staan, met een soort pistool. Hij loopt op me af en slaat zijn armen om me heen.

'Je bent terug.' Een traan valt op mijn haren en ik sla mijn armen stevig om hem heen.

'Er moet versterking komen naar buiten. We worden aangevallen.' Ik wordt losgelaten en mijn vader drukt op een knop. Ik kijk naar de grond en zie Lucas liggen. 'I-is hij d-d-dood?' Vragend kijk ik naar mijn vader, die zijn hoofd schud.

'Nee, voor één uurtje bewusteloos. Ik ga naar de rest, om ze te helpen. Let jij op hem?' Voor ik het weet is mijn vader weg en ben ik nog alleen met een bewusteloze vampier, die ik haat met heel mijn leven.

Lucas.

my big secret. *1Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu