Hoofdstuk 19 - Te vroeg

70 12 0
                                    

Die avond stapte Melody in wat mogelijk de bus naar haar dood was. De bruine ogen van de chauffeur schoten verrast haar richting uit. Waarschijnlijk verwachtte de vrouw geen passagiers op dit tijdstip. Al helemaal geen sobere.

'Goedenavond,' zei Melody. Het lukte haar niet om een glimlach op te zetten. Angst had haar lichaam gevuld als een soort dikke, zwarte lijm. Het plakte de hoeken van haar mond vast op hun plek.

De chauffeur knikte, waarschijnlijk te moe om te lachen. 'Waar gaat de reis heen?'

'De eindbestemming.' Ze haalde de laatste euro briefjes uit haar portemonnee en overhandigde ze.

De vrouw scheurde een ticket los en overhandigde het. 'Vind je het erg als de radio wat luider aanzet?'

'Nee, dat maakt me niks uit.' Ze stopte het kaartje en wisselgeld terug in haar portemonnee, waarna ze in de stoel naast de chauffeur ging zitten. Ze zou normaal achterin gaan zitten, maar nu de bus verlaten was, voelde dat vreemd. Ach ja, ze kon wel wat muziek gebruiken. Alles om deze nacht minder stil te maken.

De chauffeur zette de radio harder, voor ze wegreed. De trage melodie van een oud liedje vulde het voertuig. 'Ga je naar huis?' vroeg ze.

'Soort van.' Melody haalde haar schouders op. 'Ik ben aan het reizen geweest en ga nu naar een tante,'

'Zo laat op de avond?'

'Ik had vertraging,' loog ze. 'Gelukkig heb ik deze bus niet gemist.'

'Dat is echt geluk hebben. Op een of ander duur complex na, zijn er amper hotels in deze stad. Je zou niet de eerste zijn die een nacht op straat doorbrengt.'

Melody lachte. De vrouw had geen flauw idee...

'Nu lach je, maar als het jou overkomt doe je dat niet meer. Het weer is niet vriendelijk rond deze tijd van het jaar.'

'Ik weet het,' zei ze. 'Ik lachte omdat het typisch iets voor mij zou zijn, om in zo'n situatie terecht te komen.'

De chauffeur schudde haar hoofd afkeurend. 'Jongeren als jij zouden voorzichtiger moeten zijn. Toen ik jouw leeftijd was dacht ik ook dat alles wel goed zou komen, maar de stad is 's nachts geen veilige plek.'

Melody knikte. Dat wist ze erg goed. 'Ik zal voorzichtig zijn.'

Ze had geen idee hoe ze wat ze straks ging doen voorzichtig moest aanpakken. Hoeveel mensen zou ze aantreffen? Was Ricky alleen of was de hele groep er? Had ze een kans, of loog ze tegen zichzelf?

Blijf geloven, probeerde Melody zichzelf te dwingen. Haar ogen gleden over de weg voor hen. De koplampen van het tegemoetkomende verkeer wierpen licht in de bus. Boven hen was een sterrenhemel te zien. Het was opvallend helder weer voor iets wat alleen maar slecht af kon lopen.

Het duurde meer dan een uur voordat ze bij het eindstation kwamen, maar voor Melody was het niet lang genoeg. Ze wilde nog niet gaan. Ze was veel te bang om door de schuifdeuren de nacht in te stappen. Wat zouden Lucile en Dominique denken als ze morgen niet op kwam dagen? En de zwerver? Wat zou er door zijn hoofd schieten als hij over een paar weken in de krant las dat ze dood was. Zou hij teleurgesteld zijn? Waarom maakte het haar eigenlijk uit wat hij van haar vond? Hij was een vreemde.


Het was half twee toen ze de bus uitstapte. De bezorgde ogen van de chauffeur brandden in haar rug. Het station voor haar was verlaten en zag er spookachtig uit. Een plastic zak waaide over de tegels. Het gele licht van de lampen was fel genoeg om pijn aan haar ogen te doen, maar het was te zwak om de schaduwen onder de oude linnen te verdrijven.
'Wacht er niemand op je?' klonk de stem van de vrouw achter haar. De deuren van de bus stonden nog steeds open.

'Nee, het is maar een kleine wandeling.'

'Je zou niet alleen moeten lopen. Ik kan je wel bij je tante afzetten, mijn dienst zit er toch op.'

Melody schudde haar hoofd en liep weg. De buschauffeur kon haar niet beschermen. Dit moest ze zelf doen. De vrouw zei nog iets, maar ze was te ver om het te verstaan.

Ze liep in stilte door de verlaten straten van de stad. Langzaam maakte ze haar weg naar het industrieterrein. Ze was te vroeg, maar dat deed er vast niet toe. Misschien was het beter dat ze op tijd was. Als Ricky er nog niet was, had ze even om de plek te verkennen.
Melody passeerde twee grote donkere gebouwen en een wit bord met onleesbare letters. De fabrieken verder in de straat waren volledig in duisternis gehuld. Enkele vrachtauto's stonden er naast geparkeerd, maar er was nergens een teken van leven. Het was hier te stil. Stilte voor de storm, nam ze aan.

Ze beet op haar lip toen ze het kleine gebouwtje naderde. Het zag er niet veel anders uit dan de eerste keer dat ze hier was. Het enige verschil was dat er nu resten van een gestreept lint om de eikenboom hingen. Het was een kleine herinnering dat ze niet terug in de tijd was gegaan.
Haar hart bonsde in haar keel. Vannacht zou ze vast niet met de schrik vrij komen. Ditmaal waren er geen niverials die een einde aan de marteling zouden brengen. Nu was ze nog eenzamer dan de vorige keer. Melody was een schim van wie ze toen was. Een schaduw die oploste in het licht van de koplampen die door de nacht boorden.

In snel tempo kwam een donkere auto haar richting uit en draaide het terrein op. Ricky zat achter het stuur. Ze leek alleen te zijn, maar Melody wist zeker dat dat niet zo was. De anderen hadden zich vast verstopt. Ze herinnerde zich nog wat Steven haar had geleerd. Parkeer je auto altijd uit de buurt. Ricky volgde die les duidelijk niet. De vrouw had haar eigen regels.

Ricky stapte uit en keek haar richting uit. Er stond een vreemde lach op haar gezicht, een die duidelijk niet oprecht was. 'Je bent te vroeg.'

'Er rijden geen bussen om drie uur 's nachts.' Melody dwong zichzelf om te blijven staan. Ze kon haar niet laten zien hoe bang ze was. De vrouw zou er gebruik van maken.

Ricky knikte, maar zei niks. Voor een paar seconden bleven ze zo staan. De koude wind trok aan hun haren en hun jassen bewogen op en neer. Hun ogen lieten elkaar niet los.
'Dus je hebt hem vermoord,' doorbrak Ricky de ijzige stilte. 'Indrukwekkend.'

Melody schuifelde achteruit. 'Wat wil je van me?'

De vrouw zuchtte. 'Ik? Ik wil helemaal niks van je. Wat moet ik nu met een voortvluchtige tiener.'

'Je laat me hier niet heen komen als je niks van me wilde. Dan had je hem me direct laten vermoorden.' Ze hoorde haar stem trillen. Blijf rustig, dwong ze zichzelf. Ze had geen tijd om bang te zijn.
Ricky lachte zacht. 'Dat was het plan, maar de anderen vinden het een te groot risico. Ze denken dat we beter kunnen wachten tot de niverials je hebben opgepakt.' Ze wuifde met haar hand. De wind om hen heen werd sterker. 'Maar die zijn duidelijk niet goed in hun werk. Hoe moeilijk is het nu om een tiener op te pakken?'

'Dus je bent hier om me te doden?' Melody keek haar aan. De strakke ogen van de vrouw vertelden haar niks.

'Ik ben hier om het af te handelen.' Ricky stapte haar richting uit. Het geluid van haar voetstappen galmde door de nacht. 'Maar iedereen verdient een kans om zichzelf te verdedigen. Maak er gebruik van.' 

Schaduw spel | Deel 2Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu