Hoofdstuk 9

8.7K 291 15
                                    

Pov Fay

Rood. Rood. Rood. Zei ik al rood? Alles in deze kamer is rood. Echt alles. Ik snap het niet? Hoe kunnen mensen je ontvoeren, en je dan in een luxe kamer dumpen?

Ik zit op bed, mijn mobiel is ergens. Ze hebben hem afgepakt toen hij afging. Het was men moeder, niemand nam op. Ik kijk nog eens de kamer rond, zoals ik al zei rood.

- Krr -

Ok, dat was eng. Het was alsof de deur- laat maar. Ik kijk naar de deur die opengaat. Blake komt binnen. Puur uit schrik kruip ik helemaal tegen de rugleuning van het bed aan.

"Zo, waarom was je met Bradley en Daan?" Ik kijk hem aan. Als ik lieg, s de kans groot dat ik gevaar loop. Maar de waarheid zeggen? Ik wil niet dat Daan en Bradley in gevaar komen te zitten. Bradley is dan een Badboy, maar ik hou van hem. "Ga je nog antwoorden?" Ik schrik op.

"Ik was met hun samen in het bos, als vrienden. Ik zag jou staan en ik dachten, laten we eens een praatje maken. Daan en Bradley zeiden dat je gevaarlijk was, maar in wou niet luisteren. Ze wouden me puur beschermen toen ze achter je stonden. Echt waar."

Het knikt zo hopeloos, maar de waarheid zit er niet in. "En dat is de waarheid?" Ik knik, hopelijk overtuigend genoeg. "Ik ga pasta voor je halen, ben zo terug." Als hij opstaat blijft er iets op bed liggen. Ik wacht met kijken tot hij de deur uit is. Ik neem het op. Mijn mobiel!

Daan? Kom me halen. Snel!

Snel doe ik men gsm op stil en steek hem in het nachtkastje. Vlak daarna komt Blake met een bordje pasta binnen. "Eet." Ik knik en eet van de pasta. Het is lekker, het tegendeel van wat ik verwacht had. Meevaller.

Als Blake weer weg is, neem ik mijn mobiel weer uit het kastje.

We doen ons best, waar zit je?

Ik zucht. Hoe kan ik dat nou weten. Ik sta op, misschien als ik de omgeving beschrijf. Ik kijk door het raam. Als ik even rondkijk dan zie ik een naam plaatje. Jezesaikelien? Nee. Dag klopt niet. Jezuseikenlaan? Ja! Dat is het!

Jezuseikenlaan, recht over een plein!

Ik stop de gsm weg als ik gerommel hoor. Ik sta weer bij het raam. Ik kijk naar buiten. Het regent. Ik volg de druppels met men ogen, dat doe ik vaak. Ik word zen van. "Gaat het?" Ik draai me meteen om. "Blake." Zucht ik. Hij lacht, en gaat op het bed zitten.

"Waarom ontvoer je me? Je verzorgd me goed. Wat is het nut?" Hij grijnst. "Het is niet dat ik je wil ontvoeren. Het is omdat ik Bradley wil bang maken. Ik veronderstel dat je weet van de moord?" Ik knik voorzichtig. "Hij wil me straffen, maar ja? Wie niet sterk je, moet slim zijn." Ik zucht. "Kan je me niet gewoon laten gaan?" Hij schud zijn hoofd.

"Ik wil vriendelijk zijn maar je moet niet veel verwachten. Je bent en blijft een meisje!" Hij staat recht en loopt de deur uit. Een meisje. Dus we zijn minder waard? Mannen. Wat vang je er mee aan. Als ik op men gsm kijk zie ik dat het 19.00 is.

"Blake! Geef terug!" Een meisjes stem galmt door de gang. "Broertje geef!" Opeens gaat de deur open, Blake komt binnen gerent.

"Wat doet zij hier?" Blake lacht. "Je weet het wel." Als het meisje naar mij draait herken ik haar opeens. "Fay?!"

"Kendall."

Kort hoofdstuk... Spijt me!!

Kendall? Zij is dus dat zusje van Blake. Komt dat wel goed?

Hou van jullie!!

Amber

when the badboy saved you. (HERSCHRIJVING)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu