37. Ziek

34 1 1
                                    

{Lauren}

Ik zit op de bank The Walking Dead te kijken. Het is mijn lievelingsserie. Mijn telefoon gaat af. Geen zin om op te nemen. Na een kwartier word ik voor de 5e keer gebeld. Ik ben er klaar mee en neem op. 'Hallo?' Vraag ik. 'Spreek ik met Lauren Verbeek?' Wordt er gevraagd. 'Ja.' 'Daan Driessen ligt in het ziekenhuis. U moet nu komen. Eerste verdieping, kamer 15.' 'Ik kom eraan.' De vrouw hangt op. Ik trek mijn schoenen aan, pak mijn jas, stap in de auto en race naar het ziekenhuis.

Ik ren naar Daan toe. 'Niet te dichtbij komen mevrouw.' Zegt de dokter nog voor ik hem een knuffel kan geven. 'Daan.' Zeg ik. Daan slaapt. 'Wat is er met hem?' Vraag ik aan de dokter. 'Hoi. Ik ben dr. Hastings.' Zegt hij. 'Lauren Verbeek.' 'Hij heeft een ziekte opgelopen. De laatste tijd is deze ziekte erg veel in het nieuws. We weten er helemaal niks over. Er zijn ook bijna geen symptomen, alleen heel veel hoesten en niezen.' 'Oh. Ik heb daar niks van gemerkt. Vanmorgen ook niet.' 'Dat kan. Sommigen krijgen het wel, sommigen niet.' 'Hoe wisten jullie dan dat hij ziek was?' 'Testjes.' 'En hij zelf?' 'Hij is zich na vanochtend niet lekker gaan voelen en uiteindelijk hierheen gekomen.' 'Komt het wel goed?' 'Dat weten we niet. Zoals ik al zei: we hebben hier geen medicijnen voor. U kunt even bij hem blijven.'
Dokter Hasings verlaat de kamer. Ik ga op de stoel naast het bed van Daan zitten. Ben ik zijn contactpersoon? Niet z'n moeder of Melissa? Nee, oke. Ik snap het wel. Ik blijf Daan een tijdje aanstaren. Hij moet beter worden.

{Melissa}

Ik zit in mijn kamertje in de kliniek. Verdomme! Waarom heb ik dat nou gedaan. Dat was ik niet. Het is alsof iemand anders mijn lichaam overnam. Ik kan zelf niet geloven wat ik Lauren heb aangedaan. En dan mijn broer. Ik ben niet verliefd op hem, zeker niet. Niet meer, althans. Eerst wel. Toen wist ik het zeker. Er wordt op de deur geklopt. Hij wordt van het slot gedraaid en er komt een man binnen met een dienblad met eten. 'Hoi. Ik ben Nick. Ik ben hier nieuw komen werken.' Hij is knap. Ik herken hem ergens van. 'Jij.' Zegt hij. Ik kijk naar beneden. 'Sorry.' Zeg ik. 'Het is, eh... Een stroopwafel met een kopje thee.' Zegt hij verlegen. 'Bedankt. Het spijt me voor wat ik heb gedaan. Het is alsof iemand anders mijn lichaam overnam.' Zeg ik. 'Iedereen doet dingen om een reden. Alles wordt gedaan om een reden.' Zegt Nick en hij loopt de kamer uit. De deur gaat weer op slot en ik blijf alleen achter met mijn kopje thee en de stroopwafel.

Dagen vliegen voorbij. Ik heb te horen gekregen dat Daan in het ziekenhuis ligt. Lauren komt elke dag bij hem kijken. Mijn moeder weet het ook, maar ze komt niet naar Nederland. Die blijft liever in Frankrijk. Elke dag, 3 keer, komt Nick mij eten brengen. Na zijn rondje komt hij langs en praten we even met elkaar. Die ene keer, hadden we bijna gekust. Bijna. Ik vind hem leuk. Ik ben verliefd. Ik ben blij. Ik ben verdrietig. Ik ben boos. Ik ben alle emoties die er zijn. Verliefd op Nick, blij met Nick, blij dat ik geen rare dingen meer doe, verdrietig dat ik in deze kliniek zit, verdrietig dat Daan ziek is, verdrietig dat ik niet naar hem toe kan, boos dat ik niet naar hem toe kan...
Ik sla met mijn vuist op tafel. Ik schrik er zelf van. Misschien is het beter om even te gaan liggen. Naast mijn bed staat nog een bed. Ik wilde niet met anderen in een kamer. Dat maakt me alleen maar gekker dan ik al ben. Ja, ik noem mezelf gek. 'Hoi, ik ben Melissa Gek Driessen, aangenaam.' Zeg ik tegen mezelf. Ik schuif de twee bedden tegen elkaar en ga erop liggen.
Na een tijdje gaat de deur van het slot en komt er iemand binnen. Nick gaat bij me op bed zitten. 'Hoe gaat het nu?' Vraagt hij. 'Ik voel me goed. Ik hoop dat ik hier snel weg mag. Ik wil weer normaal kunnen leven. Ik wil dat Lauren en ik weer beste vriendinnen voor het leven zijn. Ik wil mijn leven terug, van voordat ik met meiden zoende en Daan en Lauren samen waren.' 'Wil je hun uit elkaar halen?' 'Nee. Ze mogen samen zijn. Ik ben blij voor ze.' Zeg ik met een lach op mijn gezicht. 'Ga je mee naar de tuinen?' Vraagt Nick. Ik knik. 'Mag dat wel eigenlijk?' 'Ja. Ik heb het toestemming gekregen. Ik sta op en samen lopen we naar de tuinen. We gaan zitten op een bankje. 'He. Alles oke?' Vraagt hij als ik met een zielige kop naar beneden kijk. 'Ja. Ik mis Lauren gewoon heel erg als mijn beste vriendin. 2 jaar geleden zou ze hier bij me zijn.' 'Ze durft niet.' Zegt Nick. 'Hoe weet je dat?' 'Dat heeft ze zelf gezegd. Ze durft niet naar je toe. Ze is bang voor je.' 'Oh.' Ik krijg tranen in mijn ogen. Nick pakt mijn hand en kijkt rond. We gaan in een hoekje staan. 'Hier kan niemand ons zien.' Zegt Nick. Ik kijk hem vragend aan. Voor ik het weet zoent hij me. Hij laat me al snel los. 'Klopt mijn gevoel?' Vraagt hij. Ik knik. 'Ja.' Zeg ik.

My F*cked Up Life (Original)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu