34

1K 85 3
                                    

Ik hielt een hand voor mijn mond en keek naar de twee. Hoe ze daar stonden. Zo intiem..
Ik vroeg me af of Ahren mij ook zo had gezoend en walgde meteen.

Snel draaide ik me om bang dat als ik nog langer zou kijken ik zou overgeven.
Ik voelde alweer tranen over mijn wangen rollen en zuchtte diep. Hij had me verraden. Hij had zijn eigen mate verraden.. Meteen zag ik mijn broer voor me en huiverde ik. Hij was net zoals hem. Hij was net zoals mijn broer. En ik had het niet geweten. Ik was te dom geweest om het te weten. Ik had er niet eens over nagedacht.

Mijn lip begon te trillen en ik besefte me dat dit het slechtste moment was waarop ik kon gaan huilen. Ik moest een schuil plek zoeken. Ergens, ergens in een geopende kamer.
Ik perste mijn lippen op elkaar haalde diep adem en rende weg bij de gang waar ik Ahren met Helena had gezien. Ik wist niet eens naar waar ik heen moest. Ik kende niemand anders dan Khellam die hier woonde. Misschien Isis maar daar was ik niet zeker van. Ik wist alleen dat ik Ahren nooit meer wou zien. Ik wou hem niet meer aankijken. Als ik zoiets gezien zou hebben zou ik hem zelf hebben opgesloten in zijn kamer. En ik hoopte dat ik dat ooit zou kunnen doen. Ook hoopte ik dat ik stil was door deze galmende gangen. Ik probeerde langs de kant te lopen en trok net zoals voordien aan verschillende deuren. En zodra de eerste openging glipte ik erdoor en sloot hem achter me.
Ik zuchtte diep van opluchting en ademde zwaar merkte ik op.
Ik slikte een paar keer en probeerde alles te laten bezinken.
Maar mijn nekharen gingen al snel weer overeind staan toen ik een stem tegen me hoorde spreken.

'Luna? Wat doet u hier?'

Raven..

Met een ruk draaide ik me om en liet mezelf tegen de muur botsen.

'Raven!' Piepte Luna.

'U hoort volgens mij op uw kamer te zijn niet waar? Was u weer van plan naar buiten te gaan?' Raven kwam in het donker op Luna af. Ze zag hem niet maar ze wist dat zijn haar door de war zou zitten en hij zijn ogen tot spleetjes zou houden.

'Nee, maar de deur stond open. En ik kon het gewoon niet laten om even.. Bij die verschrikkelijke kamer weg te gaan En toen.. Toen zag ik Ahren.. En hij.. Helena.. Ja samen. Ze.. Zoenden.' Ik stotterde zo hevig dat het eng werd en het leek alsof ik een ziekte had.

Raven reikte langs me heen en een fel licht verlichte de kamer nadat hij een licht knopje had aan gestoken.

Ik had gelijk gehad. Zijn haar zat inderdaad warrig. Maar zijn ogen stonden groot van verbazing.

'Luna, u ziet er verschrikkelijk uit!' Zei hij.

'Ze hebben gewoon gezoend Raven. Mijn mate.. Ik veracht hem. Ik zal hem vermoorden als ik kan. Ik zal alles doen om hem bij me weg te houden. En om hem mijn mate niet meer te laten zijn.' Ik schudde mijn hoofd bibberend.

'Luna. Als u de band verbreekt zult u nooit meer een mate kunnen vinden.' Zei hij. 'U houd van hem. Ik zie wel hoe u naar hem kijkt. Ahren.. Hij heeft gewoon veel stomme fouten gemaakt.'

'Is dit dan niet de eerste keer.' Mijn ogen werden groter. Het trillen van mijn handen en benen werd nog erger. En ik voelde dat mijn gezicht oplaaide tot een vuurbal. Tranen vormde zich in mijn ogen om de vuurbal te laten doven maar ze ontsnapte niet.

'Luna, ik vind het verschrikkelijk het tegen u te zeggen. Maar ja, ja.' Zei Raven. 'Maar ik weet niet of hij het nog met andere doet. Alleen met Helena.'

'Hoelang al.'

'Luna..'

'Hoelang al!' Piepte ik.

'Nog niet zolang. Ik zag ze pas in zijn kamer verdwijnen de eerste dag dat u opgesloten zat in u kamer.' Fluisterde Raven.

'O mijn hemel..'

Nu rolde ze wel over mijn wangen. Ik zakte tegen Raven aan en begroef mijn gezicht in zijn shirt. Raven zijn spieren verstrakte even maar ontspanden zich snel weer. Hij sloeg zijn armen om me heen en schermde me af van alles wat er gebeurde.
Het snikken stopte niet. Ik vroeg me af of Raven zijn shirt al doorweekt was. Ik vroeg me zoveel af. Vragen verborgen zich in mijn brein maar af kwamen niet los. Ik kon het niet. Ik kon niet nog meer vragen stellen en nog meer antwoorden krijgen waar mijn hart telkens weer van brak.

'Luna. U moet echt terug naar u kamer.' Mompelde Raven. 'Straks weet Ahren dat u er niet bent.'

'Nee. Nee.' Ik schudde mijn hoofd tegen zijn borst.

'Luna. Alsjeblieft.'

'Isis, waar is Isis ik moet haar zien. Alsjeblieft Raven ik moet haar nu zien.'

'Als je nu naar u kamer gaat, zorg ik ervoor dat ze elk moment aan u deur staat. Maar ik moet stil zijn. En stop met huilen. Dat maakt niets beter. U zou veel beter verdienen als hem. Hij heeft gewoon stomme fouten gemaakt. En huilen lost die niet op. Nee dat moet hij zelf doen. U moet zich vooral gewoon sterk houden.' Fluisterde Raven Me van hem afduwend.

Ik trok me terug en keek naar de vloer. Toen Raven men haar achter mijn oren stopte kwam er een rilling door me heen. Raven merkte het en hielt er meteen mee op.

'Kom op. U moet snel zijn.'

Ik knikte.

'Dank je Raven.' Mompelde ik. 'En zeg alsjeblieft jij. Niet u.' Mompelde ik voor ik de deur van zijn kamer weer opende en de gangen weer door begon te lopen.

Toen ik aan de gang van Ahren zijn kamer aan kwam was er gelukkig niemand meer te bekennen. Helena was weg en Ahren ook. Zijn deur was toe en er scheen geen licht meer door.

In stilte sloop ik naar mijn kamerdeur en wou hem open trekken.. Maar dat lukte niet. Hij zat op slot.

Nieuw deel xD ..

Different wolf {the lupa} = voltooid ✔️Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu