- XX -

1.4K 79 3
                                    

Na het rennen moeten we nog allemaal rek en sterk oefeningen doen. Daarna gaan we naar buiten. 'Oké' zegt Kermichil, 'je krijgt twee en een halve minuut. Dan kom ik je zoeken. Als je buiten de tuinmuren bent dan straf ik je zwaar. Ben ik duidelijk Vanora?'

'U bent duidelijk. Ik zal binnen de muren blijven.'

Hij knikt. 'Mooi, ik wacht binnen tot de twee en halve minuut op zijn. Crayton houd trouwens wel in de gaten waar je heen gaat. Voor als ik je niet kan vinden binnen een kwartier. Dan heb jij gewonnen. Oké?'

'En wat krijg ik als ik gewonnen heb?'

'Dat mag jij bepalen dan, maar je zult niet winnen.'

Ik knik. 'Goed' zegt Crayton, 'Sire, zullen we dan maar beginnen.'

Hij knikt en loopt weer naar binnen. Zodra hij de deur heeft dichtgedaan zegt Crayton: 'Twee en halve minuut zijn ingegaan.'

Ik ren weg en ik heb geen idee waarheen. Ik moet gewoon zo ver mogelijk weg zien te komen van het huis af. In mijn hoofd tel ik mee. Op anderhalve minuut bedenk ik me opeens iets. Iets van heel lang gleden. Vampiers ruiken bloed! Daar komen ze op af! Maakt niet uit of het nu uit iets of iemand is of in!

Ik moet mezelf dus heel erg vies maken zodat de geur word verholpen. Ik ren een klein stukje verder en vind een meertje. Ik gooi een hoop zand in het water en besmeer mezelf daarmee. Vooral mijn polsen en nek. Daarna ren ik verder.

Ik klim ergens hoog in de boom. Vanaf daar kan ik tot aan het huis kijken. Crayton opent de deuren en Kermichil komt eruit lopen. Hij kijkt eens rond en begint dan te rennen. Crayton blijft bij de deuren staan. Ik tel de minuten weer af.

Na tien minuten heeft hij me nog steeds niet gevonden. Kermichil komt weer bij Crayton staan. Hij vraagt iets. Crayton wijst naar het pad die ik opging. Ik klim snel de boom uit en begin weer met rennen. Ik ga ergens achter de bosjes zitten en tel de laatste vier minuten af.

Daarna loop ik terug naar het meer en haal ik snel het modder weg. Daarna loop ik weer terug naar het huis. Kermichil staat naast Crayton. Hij kijkt naar mij. Ik glimlach. Hij pakt me beet en duwt me tegen de muur. 'Hoe deed je dat' sist hij.

'Ik verklap mijn trucjes niet' zeg ik zacht, 'dat is niet leuk.'

Hij knikt langzaam. 'Goed dan' zegt hij, 'je hebt gewonnen deze keer. Alleen deze keer.'

Hij kijkt om naar Crayton, 'dank je. Misschien neem ik haar volgende week weer mee.'

'Lijkt me een genoegen Sire' zegt Crayton grijnzend.

Hij kijkt mij nog even aan voordat Kermichil me meetrekt naar zijn vertrekken. Hij duwt me tegen de muur daar. 'Goed' zegt hij, 'je beloning. Vertel, wat had je in gedachten?'

'Nog niets, ik was meer bezig met het tellen van de minuten.'

'Bedenk dan nu iets, ik geef je een minuut.'

Ik knik. Hij houd zijn hoofd iets schuin. Ik kijk naar het plafond en kauw zachtjes op mijn lip. Wat is de beste keuze voor mij? Hij zal het niet accepteren als ik zeg geen bloed meer! Misschien minder bloed? Ik kijk even naar hem. Hij heeft nog steeds zijn hoofd iets schuin en kijkt met een kleine glinstering in zijn ogen naar mijn hals. 'Ik weet wat' zeg ik, 'je mag maar vijf seconden lang bloed drinken.'

'Vijftien' zegt hij terwijl hij zijn ogen iets samenknijpt.

'Zeven' zeg ik.

'Vijftien.'

'Tien dan' zeg ik.

'Akkoord, tien seconden.'

Hij pakt mijn pols weer en geeft weer een kus op de binnenkant. Daarna zet hij zijn lange tanden er weer in. Hij bijt tien seconden precies en daarna laat hij me los. 'En wat nu  vraag ik.

'Nu ga jij de vleugel stemmen.'


the boy with the maskWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu