Het voelt goed om het gewicht van het dienstwapen weer tegen haar heup te voelen; veilig. Nadat de undercoveroperatie door haar vorige werkgever was beëindigd, had ze een aantal weken vrij gehad. Om de gebeurtenissen te verwerken en naar Friesland te verhuizen, maar Fenna was nooit iemand geweest die goed stil kon zitten. Ze had dan ook reikhalzend uitgekeken naar haar eerste werkdag.
Het identiteitsbewijs bergt ze veilig op in haar jaszak. Met een net gevulde kop koffie laat ze zich achter haar bureau zakken en pakt het volgende dossier van de stapel. Als ze de experts moest geloven, is ze opzoek naar een moordenaar die zijn of haar slachtoffers door verstikking om het leven brengt. Experts zeggen dat de meeste moordenaars gedurende hun leven op dezelfde manier blijven doden.
Deze zaak, die van een vermist meisje, is niet de zaak die ze zoeken besluit Fenna. Ze pakt de volgende en begint te lezen. Een gewelddadige inbraak, nee. Een ontvoering, nee. Een schietpartij, nee. Nee. Nee. Nee. Nu ze iets heeft om mee te werken gaat het een stuk sneller. Haar wijsvinger glijdt, samen met haar ogen, over het papier en stopt dan plotseling. Voor de zekerheid leest de blondine de zwarte blokletters nog eens. Doodsoorzaak: verstikking. Moordwapen: donkerblauwe stropdas.
Het duurt niet lang voordat haar auto het terrein af rijdt. Nog geen half uur later rijdt ze de parkeerplaats van de mannengevangenis op. Volgens de recentste gegevens zou de dader zich hier bevinden. Normaal gesproken was dat een reden om de man van de verdachtenlijst te strepen, maar Fenna wil het zekere voor het onzekere nemen. Zeker nu, nu iemand de gruweldaden aan haar op draagt. Dit was alles behalve een normale zaak.
De vrouw aan de balie zucht als Fenna vertelt waar ze voor komt, maar gaat toch op zoek naar de antwoorden op Fenna's vragen. Het is duidelijk merkbaar dat het personeel zo snel mogelijk van haar af wil, maar dat vindt Fenna geen probleem mits ze met antwoorden het pand verlaat. De blonde rechereur moet een lach onderdrukken als ze merkt dat er een beveiliger achter haar aan loopt. In haar broekzak trilt haar telefoon; onbekend nummer. Fenna klikt het gesprek weg en start haar auto.
*
"Waar ben jij in hemelsnaam geweest?!" Evert. Natuurlijk was het Evert. Hij leek al de hele ochtend vastbesloten om haar op een fout te betrappen. Het zou Fenna niets verbazen als hij blij was met deze mogelijkheid. "Gevangenis." antwoordt ze. Fenna wappert met de documenten die ze van het personeel mee had gekregen. "Ik had toch gezegd dat je niet zonder dienstwapen en ID de straat op mocht!" Fenna schuift haar jas aan de kant en kan een triomfantelijke blik niet onderdrukken als zijn gezicht betrekt. "Doe even chill, Evert." sust Bram.
"Had je niet even iets kunnen laten weten?!" gaat Evert onverstoorbaar verder. "Ik heb jullie mobiele nummers niet." Fenna haalt haar schouders op. "Bovendien wilde ik alleen iets uitsluiten. Ik was niet van plan om een verdachte te verhoren ofzo."
"Wat dan?" vraagt Bram nieuwsgierig. "Volgens Liselotte is de doodsoorzaak verstikking. Hij is gewurgd, waarmee is onbekend, maar met de hand is uitgesloten. Er is een zaak waarbij meerdere slachtoffers met een stropdas zijn gewurgd. De dader zou volgens onze gegevens in de gevangenis zitten, dat ben ik gaan controleren. Ik heb ook meteen een lijst gevraagd van de gevangene die privileges hebben, gevangene die de kans hebben om het terrein te verlaten. Zo hoeven we niet nog een keer langs." legt Fenna uit.
"Goed werk." vindt Bram. "Inderdaad." bevestigt Van Zijverden. Het drietal draait zich om in de richting van de stem. "Ik heb het OM overgehaald. Als het goed zijn de dossier beschikbaar via jullie accounts." Ter controle logt Bram in op zijn computer. Met grote ogen kijkt hij naar het grote aantal documenten die nu tot zijn beschikking zijn. "Hoe-hoeveel is dat?" vraagt Fenna. "Dat, dat lieve Fenna is nachtwerk." Evert zucht. "Koffie dan maar? Wie wil?" Twee handen vliegen de lucht in.
JE LEEST
Voor jou
FanfictionTot Fenna's opluchting vindt ze als nieuw teamlid vrij snel aansluiting bij haar collega's. Na de aflopen jaren heeft ze totaal geen behoefte aan gedoe, maar als een moordenaar zijn moorden aan haar opdraagt valt die wens in duigen.