25

855 55 10
                                    

Al een uur was voorbij gegaan en nog steeds was ik niet opgestaan. Het dringende verlangen om naar het dorp terug te gaan was minder geworden en bijna afgezakt. Maar ik had zo het nare gevoel dat wanneer ik weer in contact kwam met mijn verleden, het niet zo 'gemakkelijk' zal zijn om het te negeren.

Ik was zo bang om de fout in te gaan, het mensendorp te bezoeken en het kleine beetje vertrouwen dat ik weer had zou verhelpen. Meteen dacht ik aan de welpen en aan Mex. De drang om een bezoek te brengen aan de mensen, en daarbij de kans te lopen mijn plek in de roedel kwijt te raken, kon toch niet boven de liefde voor mijn familie staan?

Zuchtend kwam ik overeind. Het was donker geworden en de maan was aan het opkomen. Ik draaide me om en liep het woud in. Naarmate ik verder liep, voelde ik dikke druppels water op mijn vacht vallen. Ik hoorde de regen op het bladerdak boven mij kletteren en steeds meer water viel naar beneden. Al snel begin ik aardig nat te worden en besloot ik maar wat sneller te gaan rennen. Dan hoor ik opeens een klik. Meteen draai ik angstig mijn hoofd en spied om me heen. Als ik niks zie, draai ik terug en loop zonder geluid te maken verder. Dan verstijf ik als ik weer een klik hoor: het geluid van een geweer dat geladen wordt.

Ik steek mijn neus in de lucht en snuif de geur op. Mijn haren komen overeind als ik de mensengeur erin herken. Net op het moment dat ik wil rennen, hoor ik de struiken achter me ritselen en meteen daarna valt er een groot zwaar net over me heen. Ik jank in verassing en probeer het net van me af te schudden, maar tot mijn schrik raak ik er juist meer in verstrikt.

Hoe ik het gedaan heb weet ik niet, maar ik kreeg het voor elkaar om zo erg verstrikt te raken in het net dat ik amper nog kon bewegen. Mijn poten zatenn over elkaar vastgebonden en mijn snuit is totaal verstrikt, wat praten moeilijk maakt. Wanhopig jank ik voor hulp, maar de moed zinkt me in de poten als ik twee mannen de struiken uit zie lopen. Mijn pupillen versmallen in schrik als ik ze herken. Lucas en Marco.

'Is dit de goede?' Vroeg Marco. Hij was reuze gespierd en zijn stem was heel laag. Onder zijn korte broek stak nog net een breed litteken uit. Ik kon het niet laten om even trots te zijn op wat ik hem had nagelaten.

Lucas was iets minder gespierd als Marco, en net iets groter. Hij keek mij onderzoekend aan. Ik gromde boos, maar het enigste resultaat daarvan was een brede duivelse glimlach op zijn gezicht.

'Dat is het zeker.' Gniffelde hij. Toen kwamen ze dichterbij. Ik gromde en ontblootte mijn tanden, maar ik was geen partij voor ze in deze situatie, en ook de jongens wisten dat maar al te goed. Kronkelend probeerde ik vrij te komen, maar ik was te laat. Marco bukte, greep het net vast met beide handen en tilde het net een beetje op. Weer probeerde ik te ontkomen, maar niks hielp.

'Dat was lang geleden he, Heather?' Sprak hij met een nadruk op mijn naam. Ik keek naar hem en zag een glans in zijn ogen. Ik boog naar voren en probeerde hem te bijten, maar daardoor kwam het net alleen maar strakker om mijn keel en neus te zitten. Lucas lachte.

'Nou nou, niet zo agressief doen he?' Zei hij met een arrogante stem, waarna hij naar Marco knikte. Even vroeg ik me af wat hij bedoelde, maar daar kwam ik niet veel later achter toen Marco het net begon te zwaaien en mij volop tegen een boom aan smeet. Ik kwam recht met mijn flank en borst tegen de stam aan en ik voelde mijn huid openscheuren. Daarna viel ik op de grond, waar ik beduusd en vol pijn bleef liggen. Weer greep Marco het net en tilde het op. Ik jankte en trok mijn hoofd bang op tegen mijn borst, zo ver als mogelijk was. Bloed droop van het net op de grond. Toen zag ik Lucas een telefoon uit zijn broekzak pakken en een nummer intoetsen.

'We hebben haar baas.' Sprak hij. Vanaf de andere kant van de lijn hoorde ik iemand spreken, maar ik kon het niet verstaan. Wanhopig begon ik weer te kronkelen, tot ik ineens gegrom van achter me hoorde. Zo goed als mogelijk draaide ik me om. Mijn hart stond stil toen ik Mex zag. Meteen begon ik te roepen: 'Mex ga weg hier! Deze mensen zijn gevaarlijk!' Vol bezorgdheid begon ik te bewegen maar ik zag dat Mex niet van plan was weg te gaan. Hij ontblootte zijn tanden en gromde naar Lucas en Marco, maar ik zag bij hun geen angst.

Lucas greep het geweer dat aan zijn riem hing en richtte het op Mex. Beide toonde ze geen angst, maar ik kon het wel van beide ruiken. Toen wist ik wat ik moest doen.

Zonder te aarzelen beet ik omhoog naar Marco's hand. Meteen toen mijn tanden in zijn hand boorde, liet hij los en wonderbaarlijk genoeg wist ik mezelf gedeeltelijk uit het net te bevrijden. Snel sprintte ik naar Mex toe, en net toen ik Lucas de trekker hoorde overhalen, sprong ik.

Pijn schoot door mijn flank en verlamde me. Ik viel als een zak zand tegen de grond en bleef liggen, niet in staat te bewegen. Ik hoorde Mex janken in verbazing. Mijn blik verschoof naar hem en zwak jankte ik:

'Ga naar de welpen Mex... Waarschuw Kayden... '

Mex wou op me afspringen, maar ik gromde naar hem. 'Ga!'

Verbaasd dook hij achteruit de struiken in, zijn blik gekweld. Zijn blik schoot even snel op Lucas en daarna weer op mij. Met pijn in zijn ogen knikte hij. Daarna draaide hij zich om. Ik zag hoeveel moeite hij had om weg te gaan, en mij hier achter te moeten laten. Maar veel tijd om hem na te kijken had ik niet, want Marco had ondertussen een stok gegrepen en torende dreigend boven mij uit. Met een luide bonk sloeg hij de stok tegen mijn hoofd, en alles werd zwart.

Sorry voor het lange wachten!

Heb verder niet echt iets te vermelden ehe
Daaaag

Geen genadeWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu