Het voelde alsof er aan mijn kooi werd getrokken. Geschrokken vlogen mijn ogen open en in paniek keek ik om me heen.
Ik bevond me in dezelfde witte kamer als gisteren, maar ik lag niet in de kooi. Ik was weer geketend en aan de pijnlijke trekken in mijn spieren te voelen, hing ik hier al even. Alleen leek er niemand behalve ik in de kamer te zijn.
Bang draaide ik met mijn oren en snoof de geuren op die in de kamer hingen. Ik rook de man met het zwarte haar en zijn bodyguards, maar de geur was relatief oud. Opgelucht zuchtte ik. Maar daarna voelde ik de pijn in mijn staart weer. Even sloot ik mijn ogen, ademde diep in en draaide mijn hoofd naar achteren.
Op de wond op mijn staart zat een dikke korst. Mijn oren zakte verdrietig naar achteren maar kwamen al snel een klein beetje weer omhoog. Leek de wond... kleiner te zijn? Kleiner als in een beetje geheeld?
Lang kon ik er niet over nadenken toen ik de deur hoorde opengaan. Daar stond weer de man met het zwarte haar, alleen leek hij anders. Hij rook naar iets sterks, een beetje zuur ofzo. Ik kon het niet benoemen. Zijn haar zat in de war, zijn kleren zaten vol kreukels en hij leek niet helemaal op de wereld te zijn. Wankelend kwam hij de kamer binnen, zijn ogen wazig.
'Je bent wakker!' Riep hij met gespreidde armen. Ik maakte een schokkerige beweging toen ik me ineens herinnerde wat er met hem aan de hand was. Hij was dronken.
'Komop wolfje, verander is even in een meisje, speciaal voor deze oude Jochem.' Stamelde hij, struikeld over zijn eigen benen toen hij dichterbij kwam. Zijn naam is dus Jochem. Hm... Ja, hij lijkt wel op een Jochem.
Maar ik weigerde te veranderen, en het leek de dronken man voor me weinig te schelen. Zijn hand kwam omhoog en hij aaide over mijn harige borst. Daarna keek hij op, zijn gezicht stond ineens op onweer.
'Een mens zei ik!' Schreeuwde hij boos, waarna hij mij volop tegen mijn ribben sloeg. Ik hapte naar adem en zakte rillend ineen na nog een tweede keer hard geslagen te zijn tegen mijn borst. Met pijn in mijn romp veranderde ik terug in een mens en meteen zag ik Jochem opbeuren.
'Braaf meisje.' Lachte hij. Zijn hand kwam omhoog en gleed over mijn gezicht. Ik gromde en schudde zijn hand weg, maar het enigste wat ik daarmee bereikte was dat Jochem beide handen over mijn heupen legde. Toen merkte ik het op. De afstandsbediening die de machine bestuurde in zijn broekzak. Een glimlach verscheen op mijn gezicht. Een idee vormde zich in mijn gedachten. Ik had boeien om mijn enkels waardoor ik niet naar voren kon schoppen. Maar wie verwachtte er nou dat ik naar achter wilde gaan?
Snel kwam ik in actie nu hij nog steeds zo dicht tegen me aanstond door mijn benen om hem heen te slaan. Jochem schrok en probeerde vrij te komen, maar ik was sterker dan hem, nu hij dronken was tenminste. Meteen gleed ik met mijn voet in zijn zak en greep de afstandsbediening tussen mijn tenen. Daarna trok ik mijn benen over Jochem's schouders terug en gaf hem een flinke duw waardoor hij achterover viel en met zijn hoofd tegen de grond knalde.
Het liefst had ik willen genieten van het beeld van deze bewusteloze, bloedende man, maar ik wist dat ik geen tijd te verliezen had. Ik spande mijn spieren aan en gooide mijn benen naar achteren, de afstandsbediening stevig vast geklemd. Wonderbaarlijk genoeg lukte het me, weliswaar na de derde poging, om ver genoeg naar achteren te reiken voor mijn hand om bij de afstandsbediening, en dus mijn voet, te kunnen. Snel pakte ik het vast en uitgeput vielen mijn benen naar beneden.
De afstandsbediening leek een beetje op een gameconsole controler, op de manier hoe hij was ingedeeld. Ik begon op wat willekeurige knoppen te drukken, tot ik een zachte biep hoorde en alle boeien tegelijk open sprongen. Onhandig viel ik op de grond.
'Bitch!' Klonk het ineens van voren. Ik keek op en zag Jochem voor me staan. Hij had een grote fles in zijn hand en hield die omhoog, met het idee die op mijn hoofd stuk te slaan. Maar ik was sneller. Snel zette ik me af en dook opzij. Geen seconde later versplinterde de fles op de plek waar ik net had gelegen. Maar ik had geen tijd om op adem te komen want Jochem kwam op me afgestormt. Hij botste tegen me op en duwde me tegen de muur. Zijn handen sloten om mijn nek en knepen mijn keel dicht. Hij grijnsde onuitstaanbaar.
Ik gromde met mijn kaken op elkaar. Mijn spieren begonnen te trillen en mijn ogen sloten. Even voelde ik mijn ogen tintelen, en toen ik ze opendeed waren het geen mensenogen meer, maar blauwe wolvenogen met een rood randje om de pupillen. Even had ik een déjà vu gevoel, maar dat was niet waar ik me nu op moest concentreren. Mijn vingers kromde en ik groef mijn nagels in Jochem's schouders, maar hij liet niet los. Ik trok hem naar mij toe en grijnsde toen ik zijn verbaasde blik zag. Hij liet mij los en zette zijn handen tegen mijn schouders, zichzelf proberend los te trekken uit mijn greep. Maar het had geen zin. Ik liet niet los.
Met mijn hoofd een beetje schuin en mijn mond een beetje open in een grijns, keek ik hem aan. Mijn hoektanden waren scherp. Toen dook ik naar voren en sneed met mijn scherpe tanden in het vlees van zijn nek. Het ging zo gemakkelijk, ik beet zo door het zachte weefsel heen. Jochem schreeuwde het uit, maar het kon me niks schelen. Deze man had zo veel levens genomen, het werd tijd dat hij de prijs daarvoor ging betalen. Met een brede grijns op mijn gezicht en mijn tanden in zijn nek verzonken, beet ik zijn slagader door. Bloed stroomde uit de verse wond als water uit een kraan, en ik voelde Jochem schokken. Met bloed om mijn mond liet ik hem los en meteen viel hij tegen de grond.
'Klootzak.' Gromde ik zachtjes terwijl ik zijn dode lijk aan de kant schopte. Dat was het moment dat ik besefte dat er nog geen één bewaker de kamer was binnengekomen. Wantrouwend liep ik naar de deur opening en gluurde de gang in. Maar ik rook geen geuren van andere mensen.
Snel nam ik een besluit. Ik kon nu ontsnappen. Maar ik kon Axel niet achterlaten, dus moest ik hem eerst bevrijden.
Zoekend keek ik om me heen. Aan de gang zaten in totaal 6 deuren vast, 1 van deze kamer, 1 van de kamer waar Axel in zat en de andere vier waren onbekend bij mij. Ik sprintte naar de deur met het woord 'Kantoor' erop en trok het open. In deze rood geverfde kamer bevond zich een bureau, twee stoelen, meerdere kasten en een groot lelijk beeld van één of ander mytisch wezen waar ik de naam niet van wist. Ik rende naar de kasten en trok alle ladens open, tot ik uiteindelijk de laden vond met allemaal sleutels erin. Er lagen acht sleutels in, die ik allemaal meenam. Weer begon ik te sprinten, met de blijvende angst dat er weer bewakers zouden komen die mij alsnog zouden opsluiten.
Axel schrok wakker toen ik de deur open gooide en willekeurig één van de sleutels in het slot stak. Hij keek vol verbazing naar wat ik aan het doen was met zijn mond een beetje open.
'Hoe kom je hieraan?!' Vroeg hij zacht.
'Doet er niet toe. Hier...' Ik had eindelijk de juiste sleutel gevonden en vol kracht trok ik zijn kooi open, waarna hij er meteen uit sprong.
'Weet jij de weg hieruit vandaan?' Mompelde ik, terwijl ik in een wolf veranderde. Maar toen ik naar hem keek zag ik hem naar de drie andere deuren kijken waarvan ik nog steeds niet wist wat erachter zat.
'Wat?' Snoof ik met de sleutels tussen mijn kaken. Hij gromde en sprong op mij af, maar voor ik iets kon doen had hij de sleutels weggegrist en was hij de kamer uit gerend. Verward volgde ik hem, maar toen ik de hoek om stapte trof ik geen blonde wolf aan, maar een naakte jongen die net een kamer in verdween. Ik volgde hem de kamer in en schrok toen ik nog meer kooien zag.
'Zijn er meer wolven?' Vroeg ik met open mond. Axel draaide zich half om. Meteen zag ik hoe gespierd hij was, met een paar littekens over zijn lichaam. Hij had blond haar met hier en daar wat bruine plukjes dat reikte tot aan zijn schouders. Hij knikte en gooide drie sleutels naar mij. Ik ving ze op en veranderde ook in een mens. Even zag ik hoe Axel begon te blozen, maar hij draaide snel terug naar de drie kooien voor hem en probeerde snel een andere sleutel uit in het slot.
Ik rende naar de kamer ernaast. Tot mijn verbazing stonden hier ook drie kooien. Als er hier en in de andere kamer beide drie kooien stonden, plus die van Axel en mij, zijn dat er acht. Wat is er dan in de laatste kamer?
'Niet belangrijk nu.' Fluisterde ik tegen mezelf. Snel ging ik net als Axel met de kooien en de sleutels prutsen. In totaal moesten we vier keer van sleutels ruilen tot we alle wolven hadden bevrijd, maar het lukte. Ik stak de laatste sleutel in het slot en opende het. De blauw-grijze wolf sprong eruit en rende naar de andere bevrijdde wolven. Ik veranderde en volgde haar. In de hal trof ik maar drie wolven aan, die in de rij stonden voor een open ventilatieschacht. De rest was er al in verdwenen.
Ik kroop als laatste de schacht in. Ik haalde diep adem en begon daarna snel te kruipen.
Mex, ik kom eraan.
Ik voel me zo slim he... Ik wist niet hoe je Déjà vu schreef dus ik ging even googlen met... deshavu xp Yup serieus. Maar anders dan dat... Een nieuw hoofdstuk joehoe.. :P
JE LEEST
Geen genade
WerewolfHeather Parker is een jong meisje van 13 jaar en zit in de brugklas. Ze wordt vreselijk gepest en haar thuissituatie is ook al niet te best. Maar op een dag komt ze erachter dat ze niet alleen mens is, maar ook wolf. Ze besluit het in eerste instant...