[24] Alexandra Hemsworth

164 11 26
                                    


Met een bonkend hoofd word ik wakker. Het is lang geleden dat ik zo veel gedronken heb als afgelopen nacht. Ik sluit gelijk mijn ogen weer en kruip terug in de armen om me heen.

Armen om me heen?

ARMEN OM ME HEEN?!

Ik schiet ik omhoog. Dit is niet mijn kamer. Dit. Is. Niet. Mijn. Bed. En ik ben niet alleen. Ohja, hierom dronk ik niet meer. Ik moet weten wie dit is. Terughoudend kijk ik naar wie naast me ligt.

Opgelucht adem ik uit.

Het is niet iemand die ik goed ken. Geen akward situaties. Maar, ik lig wel met een vreemde in bed. In wat ik denk een afgelaten motel kamer Dat is niet het slimste ooit. Ik moet hier weg komen, voordat ik vermoord word.

Oh, ja, dat is geen probleem bij mij.

Voorzichtig kruip ik uit het bed en zoek ik wat kleren bij elkaar. Het is lastig, het licht in de kamer is veel te fel. Maar ik vind alles én mijn tas. Ik loop de kamer uit en een steegje in. Snel pak ik mijn stok uit mijn tas en spreuk ik een spreuk over me uit. Het kater gevoel ebt weg en ik verschijnsel naar huis toe.

Ik ben moe, maar loop met grote stappen door de tuin heen. Hoe eerder ik in mijn bed lig, hoe beter. Eenmaal binnen gooi ik mijn tas in de gang en loop ik naar de woonkamer.

Maar zodra ik de deur open gooi, staat Percy er. Hij heeft dikke wallen onder zijn ogen en kijkt me verloren aan. In zijn handen heeft hij het boek met de oplossing.

"Ga je het doen?" Vraagt hij zachtjes. Ik voel het bloed uit mijn gezicht lopen. Hij weet het. Ik zet een stapje naar achter, "Waar heb je dit gevonden?" Vraag ik terwijl ik naar het boek wijs.

"Heb je daarom mij met Maartje opgezet? Omdat je dood gaat?" Vraagt hij. Er zit een brok in zijn keel. Hij zegt het alsof hij het zelf nog niet echt gelooft."Was je überhaupt van plan om het mij te vertellen? Of zou je gewoon op een dag verdwijnen?" Zegt hij, niet echt boos, maar gekwetst.

"Ik weet het niet Perc." Fluister ik en ik zak neer op onze bank. Even blijft het stil. Dan gaat ook hij zitten, "Ik heb het geëindigd met Maartje." Ik frons, "Waarom?" Hij bijt op zijn lip en schud zijn hoofd, "Ik kon niet meer tegen mezelf liegen. Niet meer tegen haar liegen."

"Waarover loog je?" Vraag ik zachtjes. Hij pakt mijn hand op en kijkt me aan, "Ik kan niet doen alsof ik verliefd op haar ben, terwijl de persoon waarvan ik hou mijn hand vast heeft."

Ik laat zijn hand los. Zachtjes bijt ik op mijn lip en buig ik naar achteren. Ik schud mijn hoofd in tweestrijd,"Je weet wat er aan de hand is." Dit kan niet. Het kan gewoon niet. Al is het alles wat ik ooit nog kan willen. "Ja." Zegt hij dan. Maar hij pakt mijn beide handen weer vast en staat hij op.

Zijn blauwe ogen glinsteren. Zijn rode haar ziet er beter uit dan als er drie kilo gel in zit. Zijn hele uitdrukking is gekwetst, maar op een manier ook vol liefde. Zachtjes trekt hij mij ook omhoog, tegen zichzelf aan. Ik weerleg mijn armen om zijn heupen heen.

En dan drukt hij heel zachtjes zijn lippen op de mijne. Hij proeft precies zoals ik verwacht had dat hij zou proeven, naar kaneelkoekjes en groene thee. Zachtjes voel ik zijn tong langs mijn lip gaan en open ik mijn mond.

En dat is het moment dat ik besef wat ik aan het doen ben.

Ik zet een stapje naar achter en schud mijn hoofd. Maar mijn bezorgdheid valt bij het zien van de kleine glinsteringen in zijn blik. Ik zak neer op de bank. Hij, verstandig genoeg, helemaal aan de andere kant van de bank.

"Wil je alsjeblieft blijven... Tenminste voor nu. Ik weet dat het egoïstisch is, maar ik weet niet wat ik moet zonder jou." Zegt Percy dan. Ik begin te prutsen met het elastiekje om mijn pols. Hij kijkt me hoopvol aan. Ik bijt op mijn lip,

"Dit is wat ik altijd al heb gewild Perc. Je kan me niet hier houden. Het is tijd voor mij om te gaan, ookal weet ik dat dat egoïstisch is. Ik heb letterlijk alles waarvan ik hield ten onder zien gaan. Ik wil niet jou ook ooit moeten zien gaan. Daarvoor hou ik te veel van je."

Hij knikt langzaam. Ik sta op van de bank en loop de kamer uit. Als ik in de deuropening sta kijk ik nog een keer achterom. Percy's blik vangt de mijne, de tranen wellen op in mijn ogen. Hij haalt hopeloos zijn schouders op. Ik knik zachtjes.

Eenmaal buiten zak ik neer op de grond. Voorzichtig haal ik mijn ketting van mijn nek af. De ring laat ik rustig in mijn hand zakken. Ik leg het tegen mijn hart aan en sluit mijn ogen.

Ik wil niet meer hoeven kiezen.

A broken lightbulb ~Percy Weasley~Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu