Hoofdstuk 11

106 18 21
                                    

Een week na hun vertrek uit Dragmar bereikten ze Unas. Dit was niet meer dan een klein dorpje dat zijn status had verkregen door als eerste plek een regelmatige overgang aan te bieden naar Akrua, het langwerpige eiland niet ver van de kust van Rhâga.

Akrua was net als de rest van het continent duizenden jaren eerder door het Middengebergte in tweeën gesplitst. Normaal gesproken ontstaan bergen door de tijd heen, maar dit was niet het geval voor het Middengebergte. Er was namelijk nog een tijd in mensenheugenis dat er geen gebergte was die het continent opdeelde. Het continent was één, maar was niet verenigd onder één heerser. De verschillende stadstaten hadden het voor het zeggen.

Na de Grote Oorlog tussen Palron en Madrettor, had Palron, met behulp van vele magiërs, het Middengebergte op laten komen toen het zag dat het de oorlog niet kon winnen. Ze hadden gedacht op die manier de macht te kunnen behouden in het zuiden, maar uiteindelijk had het de ondergang van Palron betekent.

De tand des tijds liet haar markeringen achter op het continent, maar het Middengebergte was altijd hetzelfde gebleven. Hoe men hun best ook deed om dit grote gebergte weer van het continent te laten verdwijnen, dit was nooit gelukt.

Door het gehele Middengebergte waren er maar drie gevaarlijke passen die een doorgang tot het noorderbodem boden. Livia had de angstaanjagende verhalen gehoord. Toch had ze het gebergte zelf nog nooit mogen aanschouwen. Ze was wel eens in Larmondur geweest, maar door de heuvels om deze stad, was het niet mogelijk om het Middengebergte te zien.

Maar die middag in Unas, toen ze enkele uren voor het optreden een kleine wandeling langs het water maakten, zag ze voor het eerst in haar leven de grote bergketens van het Middengebergte tegen de horizon geplakt. Talia stond naast haar vriendin en genoot van de verbazing in Livia's ogen.

Ze waren nog minstens enkele dagen reizen van het Middengebergte verwijderd, maar toch waren de grote rotsen al zichtbaar. Deze trokken op uit het water totdat ze verdwenen in de donkere wolken. Het was een angstaanjagende verschijning.

'Bijzonder, nietwaar?' vroeg Talia grijnzend.

Livia knikte.

'Ik ben geboren in een klein dorpje aan de voet van het Middengebergte,' vertelde ze. Het was de eerste keer dat de jonge vrouw iets over haar verleden deelde. 'Maar zelfs daar werden deze bergen niet als normaal beschouwd. Iedereen wist dat het er niet hoorde.'

Livia draaide zich verbaasd om naar haar vriendin. Talia realiseerde zich wat ze gedeeld had en besloot een ander onderwerp aan te kaarten. 'Ik heb gehoord dat Sean en Aeryn al wel eens het Middengebergte over hebben gestoken.'

Haar wenkbrauwen trokken verbaasd op. 'Echt?'

Talia knikte. 'Ze komen uit het noorden en moesten ooit naar het zuiden vluchtten.' Sean had haar verteld dat ze uit Culla kwamen, een dorp in het zuiden. Toch verbeterde Livia haar vriendin niet.

Samen met Talia liep ze verder langs het water. De frisse zeewind prikkelde op haar huid en het deed haar denken aan thuis. Normaal gesproken ging er een pijnlijke steek door haar borst als ze terugdacht aan het leven dat ze ooit had gehad, maar nu ze hier stond en terugdacht aan vroeger, leek ze er voor het eerst vrede mee te hebben. Ze voelde niet dit paniekerige gevoel en de tranen vormden zich nog niet in haar ogen. Nu was er alleen nog een zachte pijn in haar borst, waarvan ze wist dat deze nooit meer wegging, maar daar had ze vrede mee.

 Nu was er alleen nog een zachte pijn in haar borst, waarvan ze wist dat deze nooit meer wegging, maar daar had ze vrede mee

Deze afbeelding leeft onze inhoudsrichtlijnen niet na. Verwijder de afbeelding of upload een andere om verder te gaan met publiceren.
Feniks in de As [Kronieken van Rhâga #1]Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu