Drug lord

685 48 49
                                    

Kreunend probeer ik mijn ogen te openen maar ze werken nog niet mee. Ik span mijn spieren aan maar ze worden tegengehouden door iets zwaars. Een harde klap in mijn gezicht, zorgt ervoor dat mijn ogen zich wijd open sperren. Jammerend leg ik mijn hoofd tegen mijn schouder, in de hoop dat het brandende gevoel stopt. Mijn zicht is troebel en heftig knipperend probeer ik alles scherp te stellen. Een hand komt in mijn gezichtsveld. Ik knijp mijn ogen stevig dicht, terwijl ik in elkaar probeer te duiken. Ik voel het touw in mijn polsen snijden, ik verzet me tegen de pijn omdat ik geen nieuwe klap wil incasseren. 'Stop, dit heeft geen zin. Doe normaal man. Ze is wakker, dat zie je toch.' Samuel zijn stem komt me tegemoet. Alhoewel ik weet dat het slecht is, voel ik mezelf iets ontspannen aangezien hij degene is die ervoor zorgt dat ik geen tweede klap krijg.

Kierend tuur ik van onder mijn haren naar het tweetal die voor me staan. 'De baas zei dat ze volledig wakker moest zijn als hij zou komen.' Een dikke, vettige man kijkt woest naar Samuel.

Samuel spant zijn spieren aan en maakt zich iets groter. Hij probeert de man overduidelijk te intimideren, wat enigszins lukt, want de man deinst achteruit. 'Hij komt over een kwartier. Ze komt nu al bij, dan is ze allang wakker.'

De dikke, vettige man kijkt naar mij, voordat hij Samuel weer aankijkt. Hij fronst zijn borstelige wenkbrauwen. 'Gast, dit meen je toch niet? Normaal beuk jij ze in elkaar en nu ga je zoetsappig doen?' Er valt een lange stilte, voordat hij weer verder praat. 'Jezus, je hebt het zwaar te pakken. Je voelt-' hij wordt onderbroken door Samuel die zijn hand dreigend heft. 'Houd je smoel, anders timmer ik hem dicht, duidelijk?' Samuel zijn hoofd is rood aangelopen en hij draait zich om naar mij. Mijn ogen hebben zich inmiddels geopend, omdat ik me heel goed realiseer wat die man wilde zeggen. Hij heeft wel gevoelens voor me, waarom doet hij dit dan? Zijn stormende ogen verzachten direct als ze de mijne zien. 'Tering, wat een watje,' zegt de man geërgerd. Samuel draait zich om maar ziet enkel een deur die dichtgeslagen wordt.

Hij zucht diep als hij zich weer omdraait. Hij vermijdt elk oogcontact en dat maakt me nog bozer. 'Hoe durf je me dit aan te doen?! Je durft me nog niet eens aan te kijken!' Mijn boosheid houd ik niet lang vol. Voor ik het weet springen de tranen mijn ogen uit. Met betraande ogen en een stem die verraad hoeveel pijn dit doet schreeuw ik. 'Klootzak!'

Zijn hoofd vliegt omhoog en zijn ogen boren zich in de mijne. Ik zie een mengeling van boosheid en verdriet. Met op elkaar geklemde tanden sist hij tussen zijn tanden door. 'Noem me niet zo.'

'Klootzak.' Ik probeer het krachtig over te laten komen maar mijn verdriet heeft de overmacht en neemt mijn woorden over.

Hij stapt dichter naar me toe en ik zie de tweestrijd in zijn ogen, die hij niet veel later voor me verwoord. 'Mijn handen jeuken maar ik kan je niets aandoen.'

Al snikkend kijk ik hem aan. 'Sla me, sla me maar.'

Ik zie dat hij zijn armen spreid en ik sluit stevig mijn ogen. Niet veel later voel ik zijn armen om mijn lichaam heen. Ik wil niet dat hij me troost, ik voel de boosheid weer opkomen. Ik probeer hem weg te duwen met mijn bovenlichaam, maar hij blijft me stevig vasthouden. 'Laat me los!' schreeuw ik hard in zijn oor.

Ik voel de druk verlichten, niet veel later omsluit hij mijn gezicht met zijn handen. 'Belezza, kijk me aan.'

Ik open mijn ogen die vuur spuwen richting hem. 'Hoe durf je me zo te noemen?'

Hij laat me los en verslagen staat hij op. 'Omdat ik, fuck,' hij haalt zijn hand door zijn haar, 'peerpressure, ken je dat?' Herkenning is te lezen in mijn ogen, waardoor hij doorgaat. 'Reduan is die beroemde drugsbaron waar het allemaal om draait. Daarom was ik zo angstig dat hij bij mij thuis was, dat doet hij nooit. Hij is via de burgemeester op de hoogte gesteld dat je in mijn huis was. Hij heeft me de opdracht gegeven om-' hij stopt middenin zijn zin omdat de deur met een knal openvliegt.

De dikke, vettige man stapt naar binnen, gevolgd door een kale, gevaarlijk uitziende man. Niet lang daarna zie ik de arrogante Reduan naar binnen stappen. Tevreden constateert hij zijn vondst. 'Allereerst zullen we de tortelduifjes even uit elkaar halen, anders loopt het niet goed af.' Geschokt kijkt Samuel naar Reduan. Reduan laat een humorloos lachje horen. 'Kom op broertje, je had toch niet verwacht dat ik achterlijk ben?' Hij wacht niet op antwoord en knikt naar de dikke, vettige man.

De dikke, vettige man pakt Samuel bij zijn arm, die hij gelijk lostrekt. 'Blijf met je smerige poten van me af,' briest hij ziedend naar de man. Hij kijkt mij aan, voordat hij naar Reduan kijkt. 'Je hebt het beloofd.'

Reduan schudt zijn hoofd. 'Broertje toch, beloftes zijn er om te breken, niet waar? Wegwezen nu.'

De dikke, vettige man gooit zijn gewicht in de strijd en Samuel kan niets anders doen dan meelopen. Zijn laatste smekende blik, voordat de deur wordt dichtgedaan, ontgaat me niet. Als ik gehoor had gegeven aan zijn smekende blik was deze ellende, die komen gaat, me bespaard gebleven.

Forbidden Island (ON HOLD)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu