Het papier brandt in mijn handen en ik leg het weer op het nachtkastje neer. Nadat ik ja had gezegd op Samuel zijn voorstel hebben we iets verzonnen zodat we konden afspreken. Gail controleert regelmatig mijn telefoon, dus kan ik zijn telefoonnummer niet in mijn telefoon zetten. Samuel heeft het opgeschreven, dat briefje stop ik ver weg in mijn kluis. Ik heb hem gepakt omdat we hebben afgesproken dat als Gail er niet is, ik hem zou bellen om af te spreken zodat we de plannen kunnen door spreken. Dit is niet de eerste keer dat de twijfel toeslaat. Ik heb in een opwelling ja gezegd tegen Samuel, terwijl ik niet zeker weet of dit wel het juiste is wat ik doe. Ik wil erachter staan om weg te gaan en niet wegvluchten omdat ik bang ben. Het is heel lief wat Samuel doet, maar wat weet ik nou van hem? Ik ga inwonen bij een vreemd persoon, wat ben ik aan het doen? Ik zuig mijn lip naar binnen en draai me weg van zijn telefoonnummer. Ik kan het niet, nog niet.
Ik loop mijn slaapkamer uit, naar de keuken. Onbedachtzaam pak ik mijn pan, die ik net op het fornuis heb gezet, waarbij ik mijn hand verbrand. 'Godver.' Ik laat de pan uit mijn hand glijden en de melk stroomt over het fornuis terwijl ik de kraan opendraai. Ik houd mijn vingers onder de kraan en zuchtend kijk ik naar de ravage die ik ervan heb gemaakt. Ik ben er totaal niet bij met mijn gedachten en dat is zorgelijk. De kraan draai ik uit en ik kijk naar mijn vingers die er rood uitzien en pijnlijk aanvoelen. De pan leg ik in de wasbak en voordat ik het aanrecht ga schoonmaken zet ik water op om thee te maken.
Ik plof neer op de bank, met een dampende kop thee naast me. De televisie staat aan maar ik besteed er geen aandacht aan. Mijn gedachten gaan weer terug naar zijn telefoonnummer dat op mijn nachtkastje ligt. Ik besluit de televisie achter me te laten en loop naar de slaapkamer, naar het welbekende briefje die helemaal verfrommeld is door het aantal keren dat ik het in mijn handen heb gehad. Met trillende handen pak ik mijn telefoon en ik kijk naar het telefoonnnummer. Als ik mijn telefoon ontgrendel krijg ik een sms binnen. Als ik hem open zie ik dat het van mijn zus is, wat mij mijn wenkbrauwen doet fronsen, die me dringend vraagt om haar te bellen.
Als de telefoon overgaat duurt het even voordat ze opneemt, wat vreemd is aangezien ze me net een sms heeft gestuurd. Als er uiteindelijk wordt opgenomen hoor ik een enorm geruis. 'Saliha? Hallo?' Ik hoor enkel geruis en de stem van mijn zus is nergens te bekennen. 'Saliha!' Ik schreeuw wanhopig in de telefoon. Ik heb een onderbuik gevoel dat dit niet goed is. Dan valt het geruis weg en maakt plaats voor een welbekende pieptoon, de pieptoon die aangeeft dat er is opgehangen. Met grote verbazing kijk ik naar mijn telefoon. Nogmaals druk ik op de groene hoorn om te bellen. Ditmaal wordt er niet opgenomen en hoor ik mijn zus haar stem die aangeeft dat als je een bericht inspreekt, ze je terug belt. 'Saliha?! Wat is er in hemelsnaam aan de hand? Waarom stuur je dat ik je moet bellen en hoor ik alleen maar ruis? Ik ben ongerust, bel me zo snel mogelijk!' Ongerust hang ik op.
Mijn hand gaat door mijn haren terwijl ik het telefoonnummer van mijn ouders op zoek. Als ik het nummer heb gevonden en tot mijn opluchting neemt mijn vader snel op. 'Hallo pap! Wat is er met Saliha?' Ik luister naar mijn vader die verbaasd klinkt. 'Ze stuurde me een sms dat ik haar moest bellen en toen ik dat deed hoorde ik alleen maar ruis, waarna ze vervolgens ophing. Daarna heb ik nog een keer gebeld maar nam ze niet op.' Mijn vader probeert me gerust te stellen maar mijn onrust neemt steeds meer toe. 'Pap, dit is niets voor Saliha. Weet jij waarom ik haar moest bellen? Is er iets aan de hand?' Dan blijft het verdacht stil. 'Pap? Wat is er?'
Hij schraapt zijn keel, voordat hij antwoord. De telefoon valt uit mijn handen. Ik sla mijn handen voor mijn hoofd en jammerend zak ik op mijn knieën. Ik wist dat er iets aan de hand was. Mijn gevoel laat me nooit in de steek, zo ook dit keer niet. Ik hoor mijn vaders stem ver weg terwijl ik op mijn zij lig en voor me uitkijk. Dit kan hij niet menen. Hoe is het mogelijk dat dit gebeurd is? Ik bevochtig mijn lippen met mijn tong en er komt enkel een kreunend geluid uit mijn mond. Hoe kan ze me dan sms'en? Is het zo dat dit een van de valstrikken is? Dat ze hiermee proberen om mijn aandacht te krijgen? Zodat ik me ongerust voel en er alles aan zal doen om haar te vinden? Ik weet dat ik er niet altijd voor haar ben geweest maar dit verandert alles. Zou ze in de problemen hebben gezeten? Ik weet zo bar weinig van haar leven, dat ik geen benul heb waar ik moet beginnen. Dat maakt helemaal niets uit, ik moet en ik zal haar vinden.
Ik weet niet hoe het zo ver is gekomen maar plots hoor ik Samuel zijn stem. Hyperventilerend probeer ik het te vertellen maar het lukt niet. Ik hoor hem vloeken en zeggen dat hij Gail iets aandoet. Ik wil hem vertellen dat hij niet de oorzaak is van mijn aanval maar de ademtekort zorgt ervoor dat ik het niet kan. Hij vertelt me dat ik rustig moet ademhalen. Via mijn neus in, via mijn mond uit. Ik sluit mijn ogen en volg zijn instructie om ervoor te zorgen dat ik rustiger word. De lucht gaat mijn longen in en weer uit. Mijn ademhaling wordt steeds rustiger. Mijn ogen openen zich en staren in de verte. Ik zie helemaal niets om me heen en ik schakel de stem van Samuel buiten.
'Mijn zus is ontvoerd.'
JE LEEST
Forbidden Island (ON HOLD)
RomanceDe verhalen die rondgaan over het verboden eiland hebben een bepaalde aantrekkingskracht. Het verboden eiland dat alleen bereikbaar is per boot, over de stormende zee. Het verboden eiland waar alle dromen werkelijkheid worden, of lijkt dit alleen ma...