"Wat is hier gebeurd?" vroeg ik toen ik naar de oude verdorde afgebrande boomstronken op de grond keek. De savanne waar we eerst doorheen reden leek te veranderen naar een zanderige omgeving.
"Tientallen jaren geleden terroriseerde een Traya, een oud beest, het gebied rond Lorthren," vertelde Middas.
"Een Vuurworm," reageerde ik en terwijl het paard ons door het landschap heen trok zag ik enorme gaten op willekeurige plekken in de grond.
"Die bestaan toch niet meer?" vroeg ik verbaasd. Vuurwormen waren gevaarlijke wezens en heel oud volgens de geschiedenis.
Niemand wist waar ze vandaan kwamen of wie ze gemaakt had. Het enige wat men vermoedde was dat het mutanten waren."Het zijn legendes, totdat ze gezien worden," antwoordde Middas. "Sommigen denken dat het wormen zijn die draken hadden opgegeten,". Middas moest lachen. "Een worm die een draak opeet en daardoor vuurkrachten krijgt,".
Ik moest ook lachen door dat idee."Het is wel dood toch?" vroeg ik.
"Lorthren heeft een enorm goed leger. Iedereen onderschat de koning en toen de rest van de wereld hoorde over de aanwezigheid van de Traya hadden ze hun hoop voor Lorthren opgegeven. Maar met enorme ballista's en een grote groep goede soldaten was het ze gelukt," vertelde Middas. "Ik vind het jammer dat ik er niet bij was. Een koopman zat namelijk al vanaf kinds af aan in mijn bloed en een Traya had ik zeker wel willen zien tijdens mijn reizen,".
"Ik ben blij dat het beest er niet meer is," zei ik en staarde naar het fort dat steeds groter werd naarmate we dichterbij kwamen.
"Halt!" zei een poortwachter met een speer in zijn hand toen we bij Lorthrens poort arriveerden.
De speer had drie scherpe punten en ik zag voor me hoeveel verwondingen ze hier mee konden maken dan een normale speer."Wie zijn jullie en wat komen jullie hier doen?" vroeg de poortwachter door en keek ons allebei streng aan. De andere poortwachter liep om de kar heen en doorzocht de spullen. Hij haalde er een lap stof uit, bekeek het en gooide het terug op de kar.
"Mijn naam is Middas en ik kom voor de markt," antwoordde Middas. "En dit is mijn nicht, Sara,".
Ik keek Middas even aan en hij gaf me een knipoog."Je verkoopt lappen stof?" vroeg de controlerende poortwachter naast de kar als bevestiging en Middas knikte.
"Heel zacht. Je kunt er prachtige jurken van maken. Hebben jullie een vrouw? Ze zouden dit geweldig vinden," vertelde Middas vrolijk. Hij was goed.
"Nee, bedankt. Open de poort!" riep de wachter en even later trok het paard ons door de poort heen.
We stonden nu in de grote stad van Larosha en Middas reed het paard en de wagen naar een herberg. Het was druk door de vele Laroshanen en buitenlanders en kinderen speelden op straat met houten speelgoed en stoffen vliegers.
Bij de herber liet Middas zijn paard staan en terwijl we allebei van de kar af klommen kwam er een vrouw naar buiten gelopen.
"Middas! Je bent er!" riep ze blij en omhelsde de man.
"Fijn dat je er bent! Ik heb de perfecte kraam geregeld voor de markt van vanavond en morgenochtend. Hoe was je reis? Heb je nog spannende verhalen te vertellen?" vroeg de vrouw aan hem door.
"Ach," begon Middas glimlachend. "Het was een prima rit. Zoals altijd,".
De vrouw lachte naar hem en keek mij toen ineens aan.
"En wie is je geheime vriendin in haar mooie roze jurk?" vroeg ze toen en liep op me af.
Oh, nee. Hier had ik geen zin in.
"Een vriendin. Ze heeft wat dingen te doen," zei Middas. Ik knikte."Wat enig," zei de vrouw. "Nou, laat het maar weten als je iets nodig hebt,".
"Eigenlijk," begon ik. "Kan je me wel ergens mee helpen,".
De vrouw keek me vragend aan."Ik ben op zoek naar het huurlingenleger. Weet jij of ze hier in Lorthren zijn?" vroeg ik.
"De zuiderlingen?" vroeg Middas als bevestiging en ik knikte.
"Waarvoor heb je hen nodig?" vroeg de vrouw.
"Ik ken de leider en moet hem spreken," loog ik en de vrouw keek Middas even aan."Ze zijn in deze stad toch?" vroeg ik door.
"Ze verblijven in de Gouden Klaver," zei ze. "Een herberg aan de andere kant van Lorthren,".
Ik wilde net weggaan, totdat de vrouw me tegenhield.
"Ze zijn gevaarlijk. Wees voorzichtig. Niemand vraagt zomaar naar de zuiderlingen," gaf ze als laatste advies en ik knikte dankbaar.
"Dankjewel Middas," zei ik en liep de straat op.
De Gouden Klaver. Daar zouden ze moeten zijn. Ik slenterde door de drukke straten van Lorthren. In mijn roze jurk viel ik erg op en probeerde mijn hoofd gedeisd te houden. Mensen staarden me aan alsof ik een buitenaards wezen was. Zo voelde ik me eigenlijk ook.
Toen ik al een lange tijd aan het zoeken was zag ik plots een uithangbord met een oud roestig klaverbeeld.
"De Gouden Klaver," zei ik in mezelf en stapte de herberg binnen.
Er klonk vrolijke muziek en er werd hard gelachen en gejoelt.
Ik liep subtiel naar de bar en vroeg om wat eten."Vandaag hebben we een kip stoofpot met champignons en pompoen," zei de man achter de bar en ik knikte.
Ik gaf hem een zilverstuk en even later kreeg ik een grote kom met warm eten.
Ik liep onopvallend naar een tafel bij een raam en nam een hap van de stoofpot. Het was prima. Ik miste de konijnpasteitjes van onze stam. Die waren pas heerlijk.
Langzaam keek ik rond en probeerde de zuiderlingen op te merken.
Achter me hoorde ik een hard gelach en keek onopvallend naar waar het geluid vandaan kwam."Hij had drie kinderen ontvoerd en was het bos ingevlucht. Ik volgde zijn spoor en vond hem bij een kampvuur. Ik bespioneerde hem en daarna zag ik dat hij één van die kinderen wilde opeten. Een gestoorde kannibaal. Ik trok mijn zwaard en stormde op hem af. Hij draaide zich om en toen," hoorde ik een man vertellen en plots sloeg hij op de tafel. De mannen om hem heen schrokken even, maar wachtten in spanning af op het vervolg.
"Stak ik mijn zwaard door zijn keel, zei hem mijn naam en brak zijn nek," ging de man verder. Iedereen aan de tafel lachte en joelde."Meer!" riepen ze.
"Eerst bier!" riep hij en een serveerster kwam naar hem toe toen hij zijn hand omhoog deed.
Ik keek naar de man die het verhaal vertelde. Hij had een getinte huid, tattoos over zijn gespierde armen en naast hem zat een vrouw met donkerblonde krullen en een opvallende ketting met een rode kristal eraan.
Ik zag aan de manier hoe ze met elkaar deden dat ze een relatie hadden.
JE LEEST
The Sword of Starlight✅
FantasíaDeel I De prinses van Catador, Lena, voelt zich niet comfortabel in haar koninklijke familie. Al helemaal wanneer ze wordt uitgehuwelijkt aan de prins van Trivah, prins Jonas. Haar vader, de wrede koning Henrick, weet op een dag een gedaantewissela...