Badboys

hoofdstuk 11

Ik ga terug uit de toiletten en Jasper staat voor mijn neus.

Ik zucht.

'Wat is er gebeurd?' vaagt hij.

Is hij nu bezorgt? 

'Er is niets gebeurt, laat me met rust.' zeg ik geërgerd en loopt langs hem heen.

Hij neemt mijn pols vast zodat ik moet stoppen.

'Waarom laat je me niet met rust?' vraag ik terwijl ik mijn pols los wring uit zijn greep.

'Dat weet je best.' zegt hij met een grijns.

'Jij vuile perverse lul.' zeg ik en trek met al mijn kracht mijn pols los.

'Eerst ga je met Ashley en als ze niet meer goed genoeg is voor jou dan breek je haar hart. Jij hebt haar gebruikt als seksspeeltje en dan vraag je dat aan mij?' zeg ik vol afschuw.

Hij lijkt helemaal niet te luisteren en kijkt naar iets in mijn gezicht.

Dan brengt hij zijn hand stilletjes naar mijn wang.

En strijkt met zijn vingers onder mijn neus.

Hij laat me zijn vinger zien met mijn bloed op.

'Weet je zeker dat er niets is gebeurd, Lena?' vraagt hij fronsend.

'Shit.' ik leg mijn hand onder mijn neus en loop terug naar de toiletten.

Ik steek onmiddellijk een paar velletjes onder mijn neus Jasper komt de toiletten ook binnen.

'Misschien heb je het niet door, maar dit zijn de meisjestoiletten. Of je moet iets bekennen of je bent blind.' zeg ik en maak de velletjes een beetje nat.

'Denk je nu dat dit de eerste keer is dat ik in de meisjestoiletten kom? De gang is iets te open denk je niet?' zegt hij lachend.

'Jij bent een van de walgelijkste personen die ik ken.' ik schud met mijn hoofd.

'Niet de walgelijkste?' 

'Nee dat nog net niet, ik ken iemand die zelfs erger is dan jou.'

'En wie is dat dan?'

Ik besluit niet op die vraag te antwoorden.

Ik heb geen idee wat hij gaat doen als ik hem de naam geef van Taylor.

Wat als hij Taylor gaat opbellen?

Als Jasper door heeft dat ik niet ga antwoorden begint hij over iets anders.

'Hoe komt het zelfs dat je een bloedneus hebt?' 

'Wat kan je dat nu schelen?' zeg ik verveeld.

'Gewoon ik wil het weten, dat heb je toch gehoord dat ik dat vroeg?' hij begint weer bazig te doen.

'Ik kreeg iets tegen mijn neus.' 

'Heeft iemand je geslagen?' zegt hij kwaad en begint me dan uit te lachen.

'Dat doe je goed op je tweede dag al in elkaar worden geslagen, dat is niet eens bij mij gebeurd.' zegt hij tussen het lachen door.

'Ja omdat niemand je durft te slagen.' zeg ik en draai met mijn ogen.

'Ja tot jij hier op mijn school aan kwam huppelen.' zegt hij met een geïrriteerde tinteling in zijn ogen.

Hij vindt het blijkbaar niet leuk als hij de touwtjes uit zijn handen vallen.

'Die had je verdient.' ik haal mijn schouders op.