35. Brand (part 2)

194 17 2
                                    

Mijn handen vonden hun weg naar zijn nek en ik voelde zijn zachte haar aan mij handpalmen. Zijn beide handen hielden nu mijn zij vast. Onze lippen leken perfect samen te passen. Ondanks het feit hij water was en ik vuur, het voelde zo perfect aan. Zo puur, net of ik zweefde. Mijn hartslag leek wel 220 km/uur te gaan en hij haakte zich los.

Zijn voorhoofd rustte tegen dat van mij. Het enigste geluid dat ik hoorde was onze ademhaling en mijn eigen hartslag. We ademden elkaars lucht in en het voelde heerlijk. We hebben in zo'n korte tijd zoveel met elkaar gedeeld: pijn, vreugde, woede, maar dit was iets nieuws. Het was iets dat niet te beschrijven was, het waren alle gevoelens tegelijk en het voelde in één woord, fantastisch.

Het was het beste moment in mijn leven, voor zover ik het me kon herinneren. Newt wikkelde zijn armen nog steviger om me heen in een stevige maar toch zachte knuffel. Ik knuffelde terug en ontspande helemaal. We bleven even zo in stilte zitten tot er (hoe kon het ook anders) op de deur geklopt werd.

Newt haakte zich los en schraapte zijn keel. "Kom binnen?" zei hij half-vragend, want ook al zou hij niks zeggen, ze zouden nog steeds binnenkomen. Clint deed de deur open –zonder Robert wellicht- en bleef in de opening staan "Oh, sorry ik wou jullie ni-" Newt onderbrak hem met een sussend geluid "Ik ben al weg hoor." Ik slaakte een zucht, ik wou helemaal niet dat hij wegging.

Hij legde zijn hand op de deurklink om die open te doen, maar toen besefte ik juist dat ik de splinter er helemaal nog niet had uitgehaald. "Newt" zei ik en hij draaide zich iets te snel dan normaal om "de splinter." Hij schudde zijn hoofd en hield zijn vinger omhoog met een knipoog (ik beschouwde het als een teken dat hij er uit was). Ik knikte en liet hem gaan.
Achter me trok Clint zijn mond open "Duuuuus" zei hij "Jij en Newt hé?" ik schudde mijn hoofd "Het is niet wat je denkt." Hij trok zijn wenkbrauw op, hij wist het. Wie weet stond hij wel de hele tijd aan de deur te luisteren. Ik probeerde een poging om van onderwerp te veranderen "Dus hoe was het met Rob?"

Hij knikte "goed" zei hij "hard aan het werk zoals altijd." Ik knikte en er kwam een ongemakkelijke stilte, ik schraapte mijn keel en stond recht. Ik legde het pincet terug in de EHBO-doos en ging voor het geïmproviseerde raam staan. Wok was de borden al aan het klaarzetten en ik besefte dat ik eigenlijk reuze honger had.

In mijn linkerooghoek zag ik Minho uit de Oost-deur komen strompelen, op zijn gezicht was pijn af te lezen en hij zakte neer tegen de dichtstbijzijnde boom. Ik klapte de EHBO-doos snel toe en nam hem bij de hand, ik ging de kamer uit zonder nog iets tegen Clint te zeggen.

Ik liep zo snel als ik kon de trap af en sloeg de laatste vier treden over. Ik zwaaide de deur open en deed die niet meer achter me dicht, dat zal Clint wel voor me doen. ik spurtte naar de boom met de EHBO-doos die heen en weer zwierde aan mijn hand. Ik knielde hijgend neer naast Minho en hoorde de voetstappen van Clint al achter me, Minho wees hijgend naar zijn voet. Ik deed zijn schoen zo snel mogelijk uit en rolde zijn broekspijp omhoog, zijn voet was helemaal opgezwollen en had een blauwpaarse kleur. Ik had geen idee wat ik hiermee moest doen, het zou misschien helpen als ik wist wat er gebeurt was.

Ik keek naar Minho, die nog steeds aan het bekomen was van de inspanning. "Wat is er gebeurt?" vroeg ik, hij bleef heel hard hijgen maar kreeg er af en toe een woord tussen geperst "Geplet...door... enorme rots.... Voet.....is...gebroken...." ik draaide me om naar Clint om te vragen wat ik moest doen, maar hij was al terug onderweg naar de hoeve.

"Kun je alleen wandelen?" vroeg ik aan Minho. "Oh ja zeker weten hoor, ik ga zo dadelijk waarschijnlijk nog wat rondhuppelen met die schatjes van Grievers." Zei hij en  ik keek hem met een vervreemde blik aan. "Nee natuurlijk niet sjakkel, wat denk je nu zelf?! Help me overeind zodat ik op je kan leunen, dan zal het misschien wel lukken." Zei hij.

Ik boog diep door mijn knieën en ondersteunde hem aan de kant van zijn gebroken been. We strompelden samen zo snel we konden naar de hoeve. We hadden geen beschutting dus iedereen kon ons gelijk zien en me op zijn minst helpen, maar iedereen bleef gewoon doorwerken alsof ze me niet gezien hadden. In mijn linkerooghoek zag ik iemand aankomen, het duurde niet lang voor ik wist wie het was, Newt , de Newt die ik misschien nog geen uur geleden gekust had en ik had nog steeds geen spijt.

Hij ging aan de andere kant van Minho staan en ondersteunde hem ook, ondertussen vroeg hij wat er gebeurd was en Minho legde alles uit. Blijkbaar was hij gewoon terug naar de laar aan het rennen en toen viel er opeens een enorme rots op zijn voet, al een geluk wist hij zich er op tijd onderuit te wurmen zodat hij in de Laar was voor de deuren sloten. Vanuit de hoeve zag ik Clint al naar ons toe lopen met een geïmproviseerde brancard, die bestond uit vier balken en een plank. Het zou niet bepaald comfortabel liggen, maar het is in ieder geval beter dan wandelen. Met drie droegen we hem naar boven tot in de ziekenkamer, daar legden we hem op bed. Elke keer wanneer we hem verzette kreunde hij van de pijn, Clint spalkte zijn been en ik keek toe. Ik was nog niet goed genoeg opgeleid om dit soort dingen te doen en ik wou dat het direct goed gebeurde. Daarna gaf ik hem wat pijnstillers en een glaasje water, ik stopte hem goed onder en verliet toen de kamer met Newt.

Newt's POV

Ik trok de deur achter mij en Brenda dicht, het was stil tussen ons, maar op een of andere manier was het niet gênant.

Het was een aangename stilte, net zoals je aan de zee zit en naar de golven luistert. Alleen is er één ding, we zitten niet aan zee, we zitten in een klunkig labyrint waar we maar geen uitweg bij kunnen vinden, maar Brenda is hier, zij is hier en dat is alles wat nu uitmaakt.

Ze keek me met verwachtingsvolle ogen aan, ik zou misschien iets moeten zeggen, maar ik wou dit geweldige moment niet verpesten. Dus ik nam haar handen in die van mij, oh wat hield ik van haar handen, ze waren zo zacht, maar stevig, alsof ik ze nooit kon breken.

Nee het waren niet alleen haar handen, zij voelde stevig, ze was iemand waarop je kon bouwen en van kon houden zo veel je wou, want ze zou het nooit misbruiken. Ze glimlachte opgelucht en keek me oprecht in de ogen, ik hou van die glimlach, ze deed me geloven dat alles goed zou komen. Ze deed een stap dichter en wikkelde haar armen rondom me en ik knuffelde haar terug alsof ik haar nooit meer zou loslaten. Ik duwde mijn lippen zacht op haar voorhoofd en ze keek naar boven. Voor ik het wist waren we aan het zoenen, voor de tweede keer.

Run For Your Life (newt fanfiction)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu