12) Toch niet alleen.

81 7 0
                                    

Martijn was overdonderd. Hij pakte een jutte zak en stopte er een hoop messen in, dat zou de kapitein wel appreciëren en een pistool. Want waarom ook niet en wat eten.

Hij stapte van het schip dat droog in het dok lag en zocht Pieter weer op. Hij kon en moest hem helpen.

Gelukkig had Pieter nu vast werk en was hij makkelijk te vinden. De pakhuizen kende Martijn goed. Hij zag Pieter onmiddellijk. Hij sjouwde zakken. Waarschijnlijk met koffie bonen.

"Pieter!"
Hij keek op. Pieter had zijn hemd uitgetrokken wegens de late hitte en Martijn kon zien dat hij veel gespierder was dan vroeger.

"Ha Martijn. Ik wist dat ik je niet snel kwijt zou zijn."
"Goed gegokt. Ik heb je hulp nodig."
Pieter legde de zak in de loods en klopte het stof van zijn handen.

"Zeg maar, de werkdag is toch bijna gedaan. Het schemert al."
Martijn knikte.
"Kunnen we binnen rustig praten?"
Pieter liep naar het kantoortje van zijn baas. Hij klopte zachtjes op de deur.
"Meester Rembrandt?"

De man deed zelf open. Het was een jonge zakenman. Hij droeg de betere kleding van de burgerij. Blauw dus. Hij droeg geen hoed, die hing aan de leuning van zijn stoel. De man zweette een beetje.

"Pieter?"
"Mogen we wat bespreken met jou? Dit is Martijn Willemszoon. Binnenkort misschien Martijn Johanneszoon Mulder. Hij is van de Parel van Holland en hij heeft een groot probleem."

Wow, Pieter was echt veranderd. Ook hij is volwassen geworden. Op zo'n manier met je baas praten getuigd van een goede band en goede werksfeer. Maar ook de baas zelf, Rembrandt Claes, zag er als een gezellige man uit met warme, lichtbruine ogen.

"Kom binnen."
Martijn mocht gaan zitten op het enige stoeltje dat er nog in een kantoortje stond naast de stoel van meester Claes.
"Jij bent van de Parel? Je hebt er wel het mooiste schip op uitgekozen hoor."

Martijn voelde dat het ijs gebroken was.
"Ja meester. Maar we hebben een probleem. De kapitein is opgepakt door de Britten. Hij wordt gevangen gehouden in het oude Britse fort. Ik ben op zoek naar een Nederlandse overheidsbeambte. Een admiraal, een secretaris, iemand, die voor de kapitein kan getuigen of hem vrij krijgen. Kent u zo iemand?

We zijn een nederlands fregat tegengekomen voor de havengeul. Er moeten er vast meer zijn. Met een belangrijk iemand aan boord."

De man dacht na.
"Ik heb van een fregat gehoord. Er wordt gezegd dat die onderweg zijn naar Batavia. Maar of er iemand aan boord is... Voor het zelfde geld hebben ze dat schip ginder voor een heel andere reden nodig."

Hij bleef nadenken.
"Ik kan het voor je rondvragen. Zelf heb ik echter geen belangrijke klanten gehad die je ook maar iets zouden kunnen helpen."

Martijn probeerde iets anders.
"Heeft u toevallig geen bestelling voor het fort zelf? Geen toevallige fout in een bestelling of zo? Dan probeer ik hem te bevrijden terwijl u met de Britten praat."

Het was een gewaagde vraag. De man overzag de mogelijkheden maar zijn gezicht liet blijken dat hij niet wilde.

"Doe het voor de prins. Voor oranje en om een oorlog te vermijden."
Het is een gemene uitspraak maar Pieter waagde zijn kans.
Meester Rembrandt dacht na, wilde niet maar zwichtte toch.

"Ik kan kijken of ik een oude bestelling van ze heb of dat ik een foute briefwisseling heb. Maar ik ga niet aan schriftvervalsing doen. Dat kost me m'n baan en mijn titel als meester bij de gilde."

En daarop stond hij op. Martijn hoopte op goed nieuws. De baas opende een doos met archieven en begon door de vergeelde papieren te bladeren. Af en toe bekeek de meester eens wat er geschreven stond.

De ene doos na de andere volgde. En in het midden van de derde doos leek de gildemeester te twijfelen. Martijn beet op zijn lip.

"Ik heb misschien iets dat je kan gebruiken."
De meester ging zitten en bestudeerde aandachtig wat er stond. "Ik heb een idee jongens."

Na het document aandachtig gelezen te hebben legde hij het neer op tafel.
"Dit is een onafgewerkte koopakte. Drie zakken ongemalen bonen. Op naam van een -als ik het goed kan lezen- zekere Sigmund Thompson. Een geannuleerde verkoop. Als ik die Britten wijsmaakt dat die Sigmund hier jaren post gevat heeft en dat hij die bonen heeft besteld kunnen jullie ondertussen de kapitein zoeken."

Martijn kon zich niet langer inhouden.
"Dit is geweldig. Bedankt meester. Dit vertel ik aan de kapitein."

Hij was zich bewust dat hij een kans had om de kapitein te kunnen zien, misschien zelfs helemaal niet. Hem bevrijden lukt op deze manier misschien nooit maar ze kunnen wel naar binnenp.

"Kom morgen terug. Dan gaan we. Vergeet niet, ik doe het omdat het mijn plicht is om Johannes te beschermen volgens de uitspraak van de prins. Niet omdat ik een piraat wil bevrijden."

Martijn stond snel terug met beide voeten op de grond. De kapitein is en blijft een misdadiger.
Meester Claes is iets vreselijks riskant aan het doen voor hem.

---

Foto: 'De schepen van de eerste schipvaart onder leiding van De Houtman' door een anonieme kunstenaar. Het is een gravure prent op papier gemaakt in 1614. De prent is eigendom van de Koninklijke Bibliotheek (van Nederland).

Afgebeeld zijn de schepen 'De Jacht', de 'Mauritius', de 'Hollandia' en de 'Amsterodamum'.

Oorlog om de Parel - BOEK 2Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu