19) De W.I.C.

90 6 2
                                    

De laatste mannen kregen loon. De zak geldstukken raakten op. Martijn had alles zorgvuldig geobserveerd. De laatste liep de deur weer uit.

"Ziezo. Dat is gebeurd. Nu kunnen we de stad in."
"Ik heb een paar nieuwe lieden nodig. Er zijn er te veel afgescheept in de Kaap om dit schip efficiënt te laten werken. Tien manschappen moeten genoeg zijn."

Martijn zette zijn hoed op en de kapitein nam papieren.
"Lege contracten" verklaarde hij. Natuurlijk. Wie een contract tekent wordt met zijn leven aan de boot gebonden. Storm, ziekte, oorlog, honger,...

De overlevingskansen zijn klein. Gelukkig is de kapitein erg zuinig op de boot. Strenge regels gelden en de meeste risico's worden vermeden.

Bij de kanonnade op het fort bleef de Parel achter de linie schepen. Op het Spaanse schip hebben ze de verrassingsaanval geprobeerd. Een gewone kanonnade had te veel doden en te veel schade aan het goud schip opgeleverd.

Hoe minder aan boord misloopt hoe beter.

Op de kade was het een drukte van jewelste. Mannen en vrouwen liepen door elkaar te schreeuwen. Bagage wordt af en aan gebracht. Schepen werden geladen en gelost.
"Tegen de middag beterd dat, als het te warm wordt blijven de meesten binnen."

Martijn volgde de kapitein naar een kroeg. Er was al veel volk maar niemand die er uit zag als onbeschoft, dronken, of herrieschoppers.
De kapitein zette zich aan een tafel.
"Iets fris voor ons!"

Een bediende bracht twee vruchtensappen. De kapitein legde een munt op tafel. "Smakelijk Martijn. Even tijd voor onszelf voor we terug aan het werk moeten."

Martijn proefde van het glas en het oranje kleurige sap dat er in zat. Het smaakte fris en er zat wat banaan in dacht hij. En nog een vrucht die hij niet kent.

"Straks dus eigenlijk, ga ik nog even naar de W.I.C. daar zitten wat mannen die geïnteresseerd zijn in een opdracht. Maar een lekker drankje om de dag mee te beginnen kan wel."
Dat kon zeker. Martijn vond het heerlijk spul.

"Ik ben al blij dat de W.I.C. voor mij gaan bedelen is. Nu in een kroeg gaan zitten en mannen aanspreken is echt het ergste werkje ooit dat in de scheepvaart verzonnen is."

Daar kon Martijn best inkomen. Maar ja waar vind je anders idioten die op reis mee willen? Niet iedereen steelt broden...

Plots kwam hij tot het besef dat zijn mok leeg is. Jammer want het was erg lekker.
"Als we meer tijd hebben krijg je er twee" zei de kapitein lachend toen hij het treurige gezicht van Martijn zag. "Nu eerst werk aan de winkel."

De kapitein groette de barman met een groot handgebaar en hij liep naar buiten. Hij gedroeg zich alsof het snel moest gaan. Martijn begon er lukraak achter te vragen.

"Wat is de kans dat die Engelsen achter u aan zitten?"
"50% kans. Ze zitten of wel, of niet achter me aan. Of ze achter de boot zitten? Neem 75%. Engelsen zijn vreselijk slechte verliezers. Alles wat hun er aan doet denken dat ze niet zo groots zijn als zij geloven zien ze het liefst niet meer in deze wereld."

God, hij nam het niet serieus op als Martijn hem zo hoorde praten.
"Kom op Martijn. Dit is nederlands grondgebied. Hier liggen minstens drie keer zoveel kanonskogels als hier Engelsen aanwezig zijn. Ze zullen echt niets ondernemen vlak voor de kust. Dan bombarderen ze ook hun eigen koopvaardij. Die heeft hier ook een bureau. Open zee, dat is wat anders. Dat zouden ze het wel proberen. MAAR, daar gaan we niet naar toe. Mooi geregeld al zet ik zelf."

"Ook niet 50% kans dat ze het toch doen?"
"Verdomme Martijn je jaagt me angst aan."
En het waren nochtans zijn eigen woorden.
"Laten we gewoon die mannen oppikken en weer vertrekken. Dat is alles waar ik nu naar verlang. En het is makkelijk geld zelfs!" de kapitein was te opgewekt dan eigenlijk betrouwbaar is, "we hoeven niets eens iets te doen. Voor de kust liggen en waarschuwingsschoten op vijandige Engelse schepen vuren. Laten we rekenen op geen al te grote incidenten."

Martijn bleef met een naar buikgevoel achter. Het is de eerste keer dat hij de kapitein zo ziet. Niet nonchalant zoals anders. Eerder overmoedig. In de veronderstelling dat alles zal gaan zoals hij het gepland heeft.

De kapitein beende naar buiten alsof er niet zo veel aan de hand is. Met zijn handen in zijn zakken liep Martijn erachter. De kapitein wandelde naar en gebouw waar een Nederlandse vlag hing en in het groot W.I.C. op de muur was geschilderd.

Het was niet het soort gebouw zoals in Nederland. Het had een tropisch interieur. Lichtbruine kleuren, planten in grote bloempotten uit klei gebakken, meubeltjes van bamboe. Schilderijen van W.I.C. schepen aan de muur. Het was koel hierbinnen. De kapitein klopte op een deur. Er werd open gedaan.

"Ah kapitein. Mooi op tijd. Zoals afgesproken."
De twee schudden elkaar de hand.
"Jongeheer" de man stak ook een hand uit naar Martijn. Hij schudde die beleefd.

De man ging verder.

"De vlag heeft u gekregen daarnet als ik me niet vergis?"
"Die ligt al klaar op de boot. Enkel nog wat extra manschappen en dan staat de bemanning onder uw bevel."

Die man lachte tevreden.
"U bent er toch van op de hoogte dat wij regelmatig inspectie komen uitvoeren?"
De kapitein knikte "zoals ik zei, wij doen wat u ons beveelt."

Eventjes keek de man rond.
"Is Cornelis er niet bij?"
De kapitein legde de situatie zonder schroom uit.
"Ik ben opgepakt geweest door Britse soldaten in de Kaap. Vreselijke samenloop van omstandigheden al moet ik zeggen. Martijn hier, mijn pleegzoon, is toevallig op Cornelis gelopen. Zo hebben ze me uit de cel gehaald. We zijn uiteraard als de weerlicht weer vertrokken uit de Kaap. Gewoon om onnodige risico's te vermijden. In het begin kon Cornelis wel volgen maar..."

De man vulde zelf aan, "niemand kan De Parel van Holland volgen uiteraard. Zeker niet als je je oog nog op twee fregatten moet houden."
"Twee fregatten? We hebben er maar één gezien" mengde Martijn zich in het gesprek. Hij zei het zomaar, omdat het in zich opkwam.

"Twee normaal. Oh nee wacht, die tweede kwam later pas. Nu weet ik het weer" de man was oprecht verbaasd over zijn fout die eigenlijk niet eens zo erg was.

"Ik moet wel zeggen, we hebben zware kosten geleden aan de kiel. De W.I.C. werd verabtwoordelijk geacht van alle kosten..."
Martijn had het idee dat de man enthousiasme zou verliezen nadat de kapitein over geld begon. In tegendeel.

"Breng de rekening en de haven kosten volgende keer mee. Moest je hier schade oplopen betalen we je alles in één keer terug. Het is niet echt makkelijk om zomaar uit de kassa geld te gaan halen voor elk probleem. Dan kunnen we beter meteen één bedrag op tafel leggen."

De kapitein genoot van de Nederlandse service -bezorgd door een toegewijde kerel van de W.I.C.- en lachte gelukzalig.
Zie? Geen vuiltje aan de lucht.

Nog niet.

---

Foto : vlag van De Geoctroyeerde West-Indische Compagnie of West-Indische Compagnie en meestal afgekort tot WIC was een bedrijf of multinational met een corporatieve structuur, zonder dat de leden afzonderlijk aansprakelijk waren voor de beslissingen van het bestuur.

De WIC is twee keer opgericht en twee keer weer gesloten. Ze zijn vooral bekend om hun slaven handel en voeren vooral rond de Amerikaanse kusten terwijl de VOC, waarop zei gebaseerd waren, rond Afrika en Java voer. De WIC stond het leger bij in oorlogen.

De Spanjaarden en de Portugezen hadden bijna de volledige handel in handen. Zij moesten echter steeds meer macht afgeven aan de Engelsen en de Nederlanders. Deze twee landen werden steeds groter en hun aanwezigheid steeds belangrijker. De Spanjaarden verloren hun zeggenschap over de handel en moest die delen tussen Engeland en de Republiek. Toen Spanje en Portugal slechts van de zijlijn konden blijven toekijken was Nederland en wereldmacht. Op de voet gevolgd door de Britten. Zij konden die tweede plaats echter niet aanvaarden en voerden regelmatig veldslagen.

Dit is de exacte periode waarin dit verhaal zich afspeelt.

Oorlog om de Parel - BOEK 2Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu