"Wat moet ik hier ook alweer precies komen doen?"
Ik omhels Lindsay alsof ik haar al drie jaar niet gezien heb. Dit is waar ik mijn kracht uit put. "De meeste mensen zeggen hallo als ze elkaar zien."
"De meeste mensen worden niet zo plotseling naar Zwitserland gecommandeerd," reageert Lindsay, maar ze lacht er wel bij en dus vindt ze het niet erg.
Toch heeft ze een punt. Ik heb alles uit de kast moeten trekken om haar hier te krijgen. Ik heb zelfs persoonlijk haar stand-in gebeld omdat ze minstens één voorstelling zal missen. Maar ik moet haar gewoon bij me hebben. "Jij bent mijn mascotte. Zonder jou zou ik het nog een keer verknallen en dat moeten we niet hebben."
"Nee, inderdaad niet," klinkt een andere, zeer bekende stem.
Ik draai me om en zie Kayleigh staan. Mijn ogen worden groot van verbazing. "Waar kom jij nou weer vandaan?"
Ze rolt met haar ogen. "Uit het vliegtuig. Wat denk je anders dat ik hier doe, op een vliegveld? Ik dacht dat je wel een extra mascotte kon gebruiken. Je bent er tenslotte behoorlijk goed in om een hoop drama te maken om niets."
Daar kan ik haar geen ongelijk in geven. Ik heb me nogal dramatisch gedragen de afgelopen dagen.
"Gaan we hier nog weg of hoe zit dat?" vraagt Lindsay ongeduldig. "Ik ben niet helemaal naar Zwitserland gekomen om rond te hangen op een vliegveld."
Ik ook niet. Ik ben hier met een missie en het is tijd om die uit te gaan voeren. In mijn buik gieren de zenuwen al in het rond, maar deze keer zal ik ervoor gaan. Deze keer ontglipt hij me niet.
**
Het duurt een half uur om van de aankomsthal van het vliegveld naar het kantoor waar Christian werkt te komen. Ik wilde eerst naar zijn huis gaan, maar Kayleigh wees me erop dat het maandag is en hij dus waarschijnlijk op zijn werk zit. Zeker gezien hij al gezegd had dat hij het de komende weken erg druk heeft. Maar daar moet ik nu niet aan denken, want daar word ik alleen maar nog nerveuzer van.
Stijf van de spanning loop ik op de balie af die de receptie van het kantoorgebouw vormt. Ik zet mijn vriendelijkste glimlach op naar het meisje dat verveeld naar een computerscherm zit te staren. "Goedemorgen, ik kom voor Christian Forestier. Weet jij waar ik hem kan vinden?"
Ongeïnteresseerd kijkt ze op, kauwend op een kauwgum die verdacht veel naar Bubblicious ruikt. "Meneer Forestier zit op dit moment in een bespreking. Had u een afspraak?"
"Nee, maar ik moet hem echt even spreken," hou ik vol terwijl in mijn achterhoofd een stemmetje fluistert dat ik gek ben. Dat ik hem niet moet storen op zijn werk.
"U kunt een afspraak met hem maken voor volgende week."
Volgende week? Mooi niet. "Ik wil hem nu spreken. Vandaag. Je weet wel, binnen de komende vierentwintig uur."
"Het spijt me. Meneer Forestier zit op dit moment-"
"Kom." Kayleigh trekt me bij de balie weg. "Ik weet waar zijn kantoor is. Waarschijnlijk zit hij daar en anders wachten we wel tot hij terugkomt."
De medewerkster achter de balie neemt niet eens de moeite om ons tegen te houden. Die is allang weer bezig met haar kauwgum en haar computerscherm. Lindsay en ik kunnen dus ook ongestoord achter Kayleigh aan de brede gangen door lopen.
Het kantoor is werkelijk een doolhof. We slaan hier rechtsaf, daar linksaf, dan weer een trap op... Het is dat we een gids bij ons hebben, anders zou ik hier nooit de weg hebben gevonden.
Uiteindelijk leidt de zwarte vloerbedekking ons naar een gesloten witte deur. Op het goudkleurige bordje dat tegen de muur hangt, staat de naam Christian Forestier. Mijn hart begint meteen twee keer zo snel te kloppen. Hier werkt hij dus.

JE LEEST
The Life Store #Wattys2016
FanfictionOm het studentenleven in Londen te bekostigen gaat Nederlandse uitwisselingsstudente Maya de Lange op zoek naar een baantje. Dat vindt ze uiteindelijk bij een wel heel bijzondere winkel. En alsof dat nog niet genoeg is, is haar eerste klant ook nog...