Hoofdstuk 12

26 3 0
                                    

Ik keek achter me om en zag een duif voor bij lopen. Opgelucht hapten ik naar adem en keek terug naar Jels. "Het is maar een duif prinsesje.": zei Jels toen hij mij een knuffel gaf. Waarschijnlijk had hij gezien dat ik me rot had verschoten. Toen deed hij het weer, hij zetten de move om me weer te kussen maar weer was er het geluid. Deze keer keek ik weer geschrokken rond maar deze keer zag ik echt niks... Geen duif... Geen ander dier... Gewoon niks. Toen Jels keek, keek hij echt verbaasd en tegelijk ook bang. Ik wou weten wat er was want ik zag aan hem gewoon dat er iets niet klopten. "Jels wat is er?" Zei ik. Hij antwoorden:"Er is niks Amber kom laten we naar binnen gaan het is nog al donker." Ik keek hem aan en zag dat er echt iets was maar ik volgde hem toch want ik wou hem niet nog banger maken of boos maken. Toen we wandelden hoorde ik het weer, weer hetzelfde geluid als er voor. Ik keek om en ik pakte Jels zijn hand vast want ik kreeg nu bang omdat ik weet niks zag. Jels kneep in mijn hand en trok me naar hem toe en zei: "Amber wees niet bang het komt in orde er is niets, waarschijnlijk was het weer een duif. En moest het dat niet zijn dan ben ik er om jou te beschermen want niemand komt aan mijn meisje! Je bent mijn prinsesje Amber!"

VakantieliefdeWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu