Gevangen {Harry Styles}

38.

Kim
Nadat de caravan op zijn plaats staat en los gekoppeld is van de auto, is het tijd om de tenten op te zetten. We zetten de tenten ruim uit elkaar tegenover de caravan. Ik vouw mijn tent uit en zet de tentstokken in elkaar. Ik raak nu al in de war, ik heb nog nooit een tent in elkaar gezet.

Harry zijn tent staat al een tijdje, mijne nu ook bijna. Als ik laatste stok goed erin heb gedaan laat ik mijn tent los. Mijn tent stort in elkaar en is weer met de grond gelijk gemaakt. Een gefrustreerde kreun verlaat mijn mond. "Lukt het?" Vraagt Harry. "Nee dat zie je toch?" Snauw ik. Hij zegt niks en pakt mijn tent op. "Ik doe het wel." Zegt hij. Binnen vijf minuten staat mijn tent op. Zelf had ik er 20 minuten over gedaan zonder resultaat. "Dankje." Zeg ik en open mijn tent. Ik pak mijn spullen en leg het in de tent, en pomp mijn lucht bed op. Ik heb een èènpersoonsluchtbed en Harry een tweepersoonsluchtbed.

"Ik ga zwemmen." Meld ik als ik mijn bikini heb aangedaan. "Is goed, veel plezier, misschien wil Harry ook wel mee." Zegt Anne en haar ogen zoeken naar Harry. "Hij is in de caravan." Zegt Robin. "Ik vraag het wel." Zeg ik en loop de caravan in. Moet dat nou echt? Ik heb echt geen zin om 'gezellig' met Harry te gaan zwemmen.

"Wil je mee zwemmen?" Vraag ik als de caravan in loop. Hij knikt. "Ik kom er zo aan." Zegt hij en staat op van de bank. Hij loopt langs me en ik voel zijn ogen branden op mijn rug.

Ik pak mijn zwemhanddoek en sla die om mijn half naakte lichaam heen en loop naar het zwembad toe. Anne vertelde mij dat het zwembad achter de receptie is en dat het niet ver lopen is van onze caravan.

Als ik aankom bij het zwembad zoek ik een bedje uit en leg mijn handdoek erop. Gelukkig is het niet zo druk, er zijn een paar kinderen van ongeveer 10 jaar aan het zwemmen en er liggen een paar oudere mensen op de bedjes boeken te lezen.

Ik loop naar het trapje toe en ik loop het koude water in. Mijn lichaam verstijfd. Het water is echt ijskoud. "Zo koud is het toch niet?" Grinnekt iemand achter me. Ik kijk om en zie een badmeester staan. Hij is licht getint en heeft zwart haar. Ik schat hem rond de 20. "Het is best koud hoor." Zeg ik en loop stapje voor stapje verder het water in.

In de verte zie ik Harry aankomen lopen. Hij heeft een gele zwembroek aan en over zijn schouder hangt een grote rode handdoek en draagt nog steeds zijn zwarte zonnebril.

Hij legt zijn handdoek op het bedje naast de mijne en komt dan naar mij toe lopen. Zijn gele zwembroek staat hem goed, ik kan mijn ogen niet van zijn lichaam afhouden.

"Het water is echt ijskoud." Zeg ik rillend. Het water komt net nog onder mijn bikinitopje. Harry zegt niks en springt het water in. Ik krijg een plons water over mij heen.

"En bedankt." Zeg ik en veeg het water uit mijn gezicht. Harry begint te lachen. Ik zie dat de badmeester op staat van zijn stoel en deze kant oploopt. "Je mag niet het water in springen." Zegt de badmeester tegen Harry. Harry draait zich om en kijkt hem boos aan. "Ik zal het niet meer doen." Zegt Harry en rolt met zijn ogen.

Als de badmeester weg is beginnen we te lachen. "Niet meer doen." Zeg ik en zwem weg. "Kim." Hoor ik Harry zeggen. "Ja?" vraag ik zacht en draai me om. "Het spijt me." Zegt hij. "Voor in het water te springen?" Vraag ik en begin te lachen. Zijn gezicht blijft sirieus. "Het spijt me van alles." Zegt hij en komt naar me toe gezwommen. "Alsjeblieft, geef me een kans." Zegt hij en kijkt me met smekende ogen aan. "Je hebt tegen me gelogen Harry. Niet alleen dat, je hebt me pijn gedaan, mijn hart gebroken. En nu zeg je dood leuk dat het je spijt. Sorry maar ik ben er klaar mee." Zeg ik boos en loop naar het trapje toe. Ik kan dit niet meer. Ik word gek, helemaal gek. Nu het over is met Lottie ben ik weer goed voor hem. Dacht 't niet. "Kim!" Roept hij. Ik negeer hem en pak mijn handdoek van het bedje af en verlaat het zwembad.

Tranen stromen over mijn wangen heen. Ik veeg snel mijn tranen weg, het is het niet waard om weer te huilen, om hem. Klootzak dat ie is. Ik ben kwaad. Niet op hem alleen maar ook op mezelf. Het is mijn eigen schuld, ik moest godverdomme niet verliefd op hem worden. Ik kijk achter me maar Harry is nergens te bekennen. Ik wou dat hij voor me vecht, dat hij laat zien dat hij echt van me houd. Dat hij achter me aan gaat, maar inplaats daarvan kijkt hij toe hoe ik weg loop, alweer.

Nadat we avond hebben gegeten ruimen we de tafel af. Harry en ik negeren elkaar en we doen net of er niks gebeurt is. Zoals altijd. Anne en Robin zijn net weg gegaan om een stukje te gaan wandelen op de camping. Harry en ik hebben beloofd om de afwas te doen.

Ik zucht als ik de berg afwas zie staan op het aanrecht. Ik laat de afwasbak vullen met warm water en doe er afwasmiddel in. Ik pak het eerste bord en was het af. Harry pakt een theedoek en komt naast me staan.

Ik schrik als er een mobiel afgaat. Harry zijn mobiel. Hij pakt zijn mobiel op en loopt naar buiten toe. Ik kan het niet laten om hem afteluisteren, ik ga naast het raam staan. "Nee nog niet, maar dat komt nog wel." Zegt Harry. "Hou me op de hoogte, ik spreek je later." Zegt hij en hangt op. Grijnzend kijkt hij naar zijn telefoon.

Zo snel als ik kan loop ik naar de keuken toe en pak een volgend bord om af te wassen. "Wie was dat?" Vraag ik als Harry binnen komt lopen. Hij kijkt blij. "Oh niemand." Zegt hij. "Oh niemand? Raar. Zal vast wel weer die slet van je zijn." Snauw ik en loop weg. "Je doet de afwas maar alleen, ik ga douchen." Roep ik en loop de badkamer in.