Hoofdstuk 3

34 9 3
                                        

'Chris! Niet haar schieten ik smeek het je!' riep de magere jongen. De blonde jongen gaf hem een dodelijke blik en schoot naar mij. Ik ronde net op tijd om. De pijl stak uit de grond. Op precies dezelfde plek waar ik een paar seconden geleden lag. Ik keek naar Jane en Anne. Zij schoten tegelijkertijd en ik hoorde twee keer "tak". Ze stonden op en herlaadden hun bogen. Ik keek naar de jongens, hun bogen lagen op de grond. Ze waren ontwapend. Ze staken hun handen in de lucht en keken de vrouwen smekend aan. Ik siste naar Jane en Anne: 'volgens mij is dat mijn broer, laat hem alsjeblieft leven' Ze keken me een seconde onzeker aan. Toen vroegen ze aan de jomgens: 'wie zijn jullie?'
'Christiaan'
'James' zeiden ze. James... Die naam kwam me erg bekend voor. 'draai jullie om!' riep Anne. Ze draaiden hun rug naar ons toe. Ze waren beide nummer 5. Ik moest veel moeite doen om me te herinneren welke functie dat was. Krijgers! Het waren krijgers. 'wij willen niet doden!' riep de jongen die blijkbaar Chris heette. 'hoe kunnen jullie krijgers zijn en niet doden?' riep Jane. 'we zoeken een manier om dit spel vreedzaam te eindigen!'
'beloofd?'
'beloofd!' riepen de jongens. Anne en Jane lieten langzaam hun bogen zakken. Ze kwamen dichterbij de jongens en ik volgde ze. Christiaan stak zijn hand uit. Jane schudde hem en stelde zich voor. Er lag nog steeds een gespannen sfeer. Anne deed Jane na. Vervolgens stak Hij zijn hand naar mij uit. Ik was een beetje bang voor hem, aangezien hij me een minuut geleden bijna neergeschoten heeft. Ik schudde hem toch en mompelde: 'ik heet Julia' Christiaan glimlachte geruststellend naar me. Vervolgens draaide ik me om naar James. We schudden elkaars hand en ik stelde me voor. Toen ik James aanraakte zag ik ineens een flits voor me en kon ik me herinneren dat hij mijn broer was! 'James! Broertje!' riep ik blij. En ik omhelsde hem. Hij sloeg zijn armen stevig om mij heen. Toen we elkaar weer los lieten keek iedereen ons verbaasd aan. Anne schudde snel haar hoofd en vroeg: 'hoe willen jullie ons allemaal levend uit dit spel krijgen? En hoe zit het dan met de prijs, dat is namelijk de rede waarom we hier allemaal zitten' Christiaan begon uit te leggen: 'de regels van het spel zeggen dat wie het spel levend verlaat de winnaar is. Er staat nergens in de regels dat je de andere groep moet uitroeien. James en ik zaten dus te denken om met z'n allen samen te werken en hier met z'n allen levend uit te komen. We moeten de prijs waarschijnlijk wel delen, maar dan leven we in ieder geval nog en zelfs de helft van de prijs is genoeg om een hele familie gelukkig te maken'
'helaas wil niet iedereen meedoen, omdat niemand ons gelooft en de meesten willen de hele prijs voor hunzelf hebben...' vulde James hem bij. Christiaan ging weer verder: 'jongens zijn over het algemeen veel sterker en meisjes slimmer, dus als we nou een zo groot mogelijk gemixt team hebben vinden we wel een manier! Doen jullie mee?' Jane, Anne en ik keken elkaar twijfelend aan. Hoe konden we zeker weten dat ze de waarheid spraken? 'kunnen jullie ons een avond geven om erover na te denken?' vroeg Jane. De jongens knikten. Ze bukten om hun wapens te pakken. 'zien we elkaar morgen weer bij zonsopgang?' vroeg James. Ik knikte. Anne en Jane klikken weer met hun tong en de gouden herten kwamen weer de struiken uit. Ik deed ze na en ook mijn hert kwam de bosjes uitlopen. Ik sprong snel op zijn rug. Hij werd zoals ik al verwachtte van diamant. We namen afscheid van de jongens. En reden weg. Onderweg begon de zon al onder te gaan. We kwamen weer aan bij het kamp. Anne en Jane lieten me mijn slaapplaats zien. Het was een klein gat in de grond. Het was volgegooid met bladeren. Voordat Jane en Anne vertrokken vroeg ik ze: 'gaan we hun aanbod accepteren?'
'nee, natuurlijk niet! Het zijn vast bedriegers, we adviseren jou ook om er morgen niet meer terug te gaan. Slaap lekker'
'slaap lekker' zei ik. Ik ging in het bladerbed liggen. Het was niet zo comfortabel als het bed dat ik had, maar het leek me niet onmogelijk om hierin te slapen. Het wende vast wel. Ik dacht nog goed na over het aanbod van de jongens. Ze leken mij geen bedriegers. Al helemaal omdat mijn broer erbij zat. Ik vond het eerlijk gezegd wel een heel goed idee. Ik besloot morgen toch te gaan. Ik hoopte maar dat ik geen probleem onderweg zou tegenkomen. Ik sloot mijn ogen en na een tijdje viel ik in slaap. De volgende ochtend werd ik gewekt door Cindy. 'ga jij stiekem ergens heen?' vroeg ze me enthousiast. 'nee, waar heb je het over?'
'ah, please? Mag ik mee?'
'nee, dat is veel te gevaarlijk!'
'voor jou ja! Ik kan mezelf veel beter verdedigen dan jij! Mag ik alsjeblieft mee?'
'vooruit... Maar het is wel een geheim okay?' Cindy deed alsof ze haar mond dichtritste. Het was nog donker buiten. Perfect dacht ik bij mezelf.

Kan Julia de jongens vertrouwen? Gaat Cindy echt haar mond houden? Wat gaat er verder gebeuren?
Bedankt voor het lezen!
Xxx Izabella

de winnaars Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu