Hoofdstuk 3

272 17 3
                                    

"Evert, ik heb je mijn locatie gestuurd, je moet nu komen." Fenna's stem klinkt gehaast door de telefoon. "Fenna? Wat is er aan de hand?" Evert is net thuis nadat hij boodschappen gedaan heeft. Het is vijf dagen nadat ze het onderzoek naar de moord op Annemarie Drenzer hebben gestart, en ze maken lange dagen om een oplossing te vinden. Voorlopig zijn ze er nog niet, maar aan Fenna's stem te horen heeft ze iets gevonden. Evert vraagt zich af op ze nog op het bureau is, de afgelopen dagen heeft ze steeds langer gewerkt dan hij. "Fenna?" Als ze niet antwoord op zijn eerdere vraag herhaalt hij haar naam. "Ja," ze klinkt een beetje afwezig, "ik... eh, kom maar gewoon." Hij hoort iemand praten op de achtergrond. "Fenna?" Hij klinkt geïrriteerd, "kom op, vertel even wat er aan de hand is." Hij hoort haar zuchtend. "Ik heb een lijk gevonden. Kom je dan nu? Tot zo." Zonder verdere uitleg verbreekt ze de verbinding.

Een kwartiertje later ziet Fenna Everts auto aankomen. Als haar collega uitstapt, loopt ze naar hem toe. "Henry Galde volgens het rijbewijs in het hoesje van zijn telefoon. 20 jaar oud pas." Samen loopt het blonde duo richting de plek die met rood-witte linten is afgezet en waar Liselotte aan het werk is in haar witte pak. "En..." Fenna bijt op haar lip. "Weer een letter. De N dit keer." Met een ruk draait Evert zijn hoofd naar Fenna toe. "Dat meen je niet?" Verbaasd kijkt hij haar aan. Ze knikt kort. Evert laat de informatie even bezinken. Hij kijkt naar Fenna, die een sportlegging en een vestje aanheeft. Haar haren zijn samengebonden in een staartje, maar er zijn plukken uit losgevallen, die nu om haar gezicht heen hangen. "Je was aan het hardlopen?" Vraagt hij haar. "Ja," Fenna beantwoordt zijn vraag, terwijl ze haar blik op de jongeman die ze heeft gevonden richt.

Het hardlopen is normaal iets wat Fenna's hoofd leegmaakt. En dat had ze juist deze week zo nodig. Nu is ze alleen maar meer in de war. Dit lijkt een ingewikkelde zaak te worden, en dat wilde ze nou juist voorkomen. Nu blijven de foto's van haar vaders huis op het glazen bord hangen, en wordt ze elke dag opnieuw met zijn dood geconfronteerd. Ze vindt het zelf vreselijke egoïstisch, er vallen slachtoffers, en het enige waar ze aan kan denken is haar eigen ongemak. In haar hoofd vervloekt ze zichzelf, maar ze kan niks aan het gevoel doen.

"Fenna, hé." Evert legt zijn hand tegen haar arm. "Luister je wel?" Ze kijkt hem met grote, bruine ogen aan. Hij geeft een zacht kneepje in haar arm. "Gaat het? Heftig dit... Hij is nog zo jong." Hij gebaart naar de jongen." Fenna knikt langzaam, hij ziet in haar ogen dat ze alweer afdwaalt. "Fen, blijf erbij," hij fronst, "vertel eens precies wat er gebeurd is." Ze haalt haar schouders op. "Ik was aan het lopen en toen vond ik hem. Ik heb Lies gebeld, toen heeft zij Bram gebeld en ik jou." Het is de meest korte samenvatting die ze maar kan geven. "Fenna," Evert zucht, "iets uitgebreider graag." Ze rolt met haar ogen. "Wat wil je weten? Er zijn geen details, er is niks. Ik was aan het hardlopen, hij lag hier. Ik dacht van een afstand dat hij misschien was flauwgevallen. Toen zag ik het bloed en de letter. Er was niemand. Hij is koud dus hij is al langer dood. Het bloed van de letter is droog. Ik kán je niks vertellen, Evert." Vertelt ze hem geïrriteerd.

Evert blaast wat lucht uit en draait dan van Fenna weg. Op deze manier is er geen communicatie mogelijk. Het kwetsbare wat hij net even zag is verdwenen, en gelijk gedraagt ze zich weer zo. Fenna ziet hem wegdraaien. Ze draait zelf even de andere kant op, zodat ze met hun ruggen naar elkaar toe staan. Dan haalt ze een paar keer diep adem. Ze heeft het lastig, en zodra ze het moeilijk heeft sluit ze zich af. Dan reageert ze geïrriteerd en kortaf. Alleen door zich af te sluiten kan ze zichzelf in de hand houden. Daarom verbergt ze haar emoties en gedraagt ze zich alsof het haar niks doet. Ook al gaat ze vanbinnen stuk.

Liselotte verbreekt de gespannen stilte tussen het blonde duo. Ze bukt zodat ze onder het afzetlint door kan, en kijkt haar collega's dan aan. "Weer een messteek in het hart en weer een wond op het achterhoofd." Vat ze kort samen. Bram voegt zich ook bij de groep. "Als we daar die N in bloed bij optellen kunnen we wel stellen dat het om dezelfde fucking gek gaat." Concludeert hij. Evert knikt. "Op naar het bureau dan. Kijken of we een verband kunnen vinden."

De OplossingWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu