Hoofdstuk 22

235 16 2
                                    

's Avonds hangen Evert en Fenna samen op de bank bij Evert thuis. Fenna heeft haar laptop op schoot, en is – ondanks dat het al bijna half elf is – nog steeds aan het werk. Evert speelt een spelletje op zijn telefoon terwijl hij met een half oog de voetbalwedstrijd op tv volgt. Af en toe werpt hij een blik op Fenna, die geconcentreerd door blijft werken. "Wat ben je eigenlijk aan het doen?" Vraagt hij zich uiteindelijk af. Ze kijkt op, en bijt op haar lip. "Ik weet het nog niet zeker," mompelt ze, "laat nog maar even." Evert fronst. "Leg eens uit? Misschien kan ik helpen." Ze schudt haar hoofd, en trekt daarbij een pijnlijke grimas. "Nee... Moet dit even doen. Wil geen valse hoop." Ze spreekt in korte zinnen, en drukt haar hand tegen haar voorhoofd. Er begint een stekende hoofdpijn op te komen, maar ze wil verder werken. Ze heeft even geen tijd voor hoofdpijn.

Evert kijkt bezorgd naar Fenna. Hij schuift over de bank naar haar toe, en tilt dan de laptop van haar schoot. Hij zet het apparaat neer op het tafeltje voor de bank, en legt dan zijn arm om Fenna's schouders heen. "Even rustig, Fen." Fluistert hij. Ze legt haar hoofd op zijn schouder en sluit haar ogen. "Eventjes..." Mompelt ze. Hij glimlacht zwakjes, en drukt een zachte kus in haar haren. Hij voelt dat ze wat dichter tegen hem aan kruipt, en hij geniet van het gevoel. Het is nog zo nieuw, deze intimiteit, dat hij er kriebels van in zijn buik krijgt. Hij streelt met zijn vingers zachtjes over Fenna's arm, benieuwd of ze die aanraking ook nog toestaat. Tot zijn verbazing leunt ze nog wat dichter tegen hem aan. "Dat voelt fijn," mompelt ze vermoeid.

Langzaam geeft Fenna's uitgeputte lichaam toe aan de slaap die ze zo hard nodig heeft, om al heel snel gewekt te worden door een schel fluitje uit de televisie. "Hm?" Ze komt overeind en kijkt Evert verward aan. "Wedstrijd is klaar." Evert zet de tv uit en staat op. "Ik ga slapen, kom je mee?" Fenna schudt haar hoofd, en is daarna gelijk weer helemaal wakker door de – nog steeds stekende – pijn in haar hoofd. "Fenna..." Evert zucht. "Nee, echt niet," protesteert ze stellig, "ik wil dit afmaken." Hij pakt haar handen vast en trekt haar omhoog van de bank. Dan legt hij zijn ene hand tegen haar gezicht. Automatisch leunt ze iets tegen zijn hand aan. "Fen," begint hij, "morgen kan je door met werken, nu is het tijd om-" Fenna zet een stap bij hem weg. "Jij bepaalt de regels niet voor mij." Verontwaardigd kijkt ze hem aan. Hij schudt zijn hoofd, "dat klopt..." Zegt hij zacht, als hij weer een stap naar haar toe zet, "maar ik ben bezorgd om je... Je ziet er moe uit, je hebt hoofdpijn..." Hij legt zijn hand weer tegen haar gezicht, leunt naar haar toe en kust haar zacht. "Laat me alsjeblieft een beetje helpen..." Fenna glimlacht zwakjes na Everts kus. "Oké," mompelt ze. "Maar denk maar niet dat dat elke keer gaat werken." Voegt ze eraan toe met een plagerige glimlach.

"Geen muur meer?" Fenna kijkt met opgetrokken wenkbrauwen toe als Evert de kussens van het bed af gooit. Hij haalt zijn schouders op. "Nee... tenzij jij het graag wil?" Onzeker kijkt hij haar aan. Ze glimlacht zwakjes en schudt haar hoofd. "Maar ik kan niet beloven dat je niet per ongeluk een schop krijgt vannacht." Met de onrust in haar hoofd weet ze zeker dat ze – voor de zoveelste nacht op rij – niet goed zal slapen. Evert haalt zijn schouder op. "Dan gooi ik je wel uit bed." Reageert hij nonchalant. Fenna lacht zacht. "Gezellig dit." Grinnikt ze. Evert kruipt onder de dekens en steekt zijn hand naar haar uit. "Kom nou maar gewoon liggen."

Met een glimlacht op haar gezicht kruipt ook Fenna onder de dekens. Ze legt haar hand in die van Evert voor ze gaat liggen. Ze draait op haar zij en trekt haar benen wat op zodat ze fijn ligt. Met de dekens tot over haar schouders opgetrokken kijkt ze naar Evert, die ook op zijn zij ligt, met zijn gezicht naar haar toe. Ze hebben nog steeds elkaars hand vast. Het voelt heel vertrouwd, om zo samen in bed te liggen. Evert glimlacht naar Fenna. "Ik vind je lief." De woorden verlaten zijn mond voor hij er erg in heeft. Fenna kijkt hem met grote ogen aan. Dan krullen haar lippen in een glimlach. "Ik jou ook." Geeft ze zachtjes toe. Ze voelt hoe Evert een zacht kneepje in haar hand geeft. Ze knijpt zachtjes terug terwijl haar ogen langzaam dichtvallen. Hij grinnikt. "Tijd om te slapen." Hij draait op zijn rug om het lampje naast het bed uit te klikken. "Slaap lekker." Mompelt Fenna zachtjes. "Jij ook." Hij wrijft met zijn duim over haar hand. Met hun vingers verstrengeld vallen ze even later in slaap.

De OplossingWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu