Hoofdstuk 28

236 15 1
                                    

Slaperig loopt Fenna de trap af naar beneden. "Evert?" Roept ze door het huis. De stilte in huis maakt haar bang, al was ze niet van plan dat hardop toe te geven. "In de keuken!" Ze hoort zijn stem en haalt opgelucht adem. Terwijl ze vermoeid in haar ogen wrijft, loopt ze de keuken in. Daar dringt de geur van koffie en gebakken eieren haar neus binnen. "Wat doe je?" Vraagt ze zich verbaasd af. Evert draait zich naar haar toe, kust haar zacht en glimlacht naar haar. "Ook goedemorgen." Hij wrijft met zijn duim over haar wang, "en dit, lieve Fenna, is wat ze ontbijt noemen." Hoofdschuddend kijkt Fenna hem aan. "Het is bijna negen uur, we moeten werken... We hebben al de hele nacht geslapen."

Evert kijkt naar zijn vriendin. Nog steeds ziet ze er bleek en vermoeid uit, maar het nachtje slaap heeft haar zichtbaar wel goed gedaan. "Ik kreeg rond een uur of zes een berichtje van Bram, en ook een van Dries. Ze hebben tot toen doorgewerkt, en we beginnen straks om tien uur met z'n allen." Fenna fronst. "Waarom beginnen wij niet alvast?" Ze kijkt naar Evert. "Kom, lieverd, ga alsjeblieft even rustig zitten." Er klinkt bezorgdheid in zijn stem door, misschien zelfs wel een beetje wanhoop. Het raakt Fenna dat hij zo om haar geeft, maar toch wil ze niet toegeven. "De zaak, Evert..." Ze zucht en kijkt naar hem. Zijn haar zit nog door de war, hij draagt een joggingsbroek en een vaalgrijs shirt, maar toch ziet hij er voor Fenna knapper uit dan ooit. Menselijker, zachter. "Fen.. Vertrouw me maar, je kan alle rust gebruiken want de komende dagen gaan weer druk worden. En na wat... Na gisteren." Hij haalt zijn schouders op. Fenna glimlacht zwakjes naar hem. "Komt goed... Ik ben oké."

"Hé, Fen!" Eenmaal op het bureau wordt de blondine spontaan in een omhelzing getrokken door Bram. Liselotte volgt gelijk daarna zijn voorbeeld. Fenna laat het verrast over zich heenkomen. "Hoe voel je je?" Liselotte laat haar bezorgde blik over haar collega gaan. Fenna draait een spijkerbroek die iets te los zit om haar heupen, en daaroverheen een los vallende donkerblauwe bloes. Het lijkt alsof ze gewoon maar iets aangetrokken heeft, maar dat is niet gek bij Fenna; zo is ze. Ondertussen kijkt de blondine haar collega fronsend aan. "Het gaat prima met me," ze werpt een blik op Bram, "laten we daar maar gewoon over ophouden. Vertel liever wat jullie hebben gevonden vannacht."

Liselotte knikt, en schakelt in haar hoofd snel door naar alle informatie die ze samen met Bram heeft gevonden. Ze pakt haar laptop erbij, en scrolt door de documenten naar de stukken die ze nodig heeft. Bram heeft er iets meer moeite mee om zijn bezorgdheid om Fenna los te laten, maar als Liselotte begint te praten focust hij op haar stem. "We hebben eerst dat pand nagetrokken, waar hij.. Waar hij jou mee naartoe nam," begint ze, "dat stond op naam van ene Gilaine de Rhijn. Zij is arts, en er is niks te vinden wat haar hiernaartoe zou linken. Het was midden in de nacht, dus we hebben haar nog niet gesproken. Dat moeten we vandaag doen." Bram knikt instemmend. "We hebben ook gezocht naar camera's in de buurt. Er zijn er een aantal, maar we waren te gesloopt om naar de beelden te kijken. Dus dat moet ook vandaag." Hij kijkt naar Liselotte. "En we moeten ook kijken of er in de buurt iemand is die iets gezien heeft. Zowel bij dat pand als bij het weiland."

De informatie duizelt Fenna. Ze probeert het te ordenen in haar hoofd, maar ze merkt dat het niet lukt. Ze is nog steeds moe, en niet helemaal scherp. "Gesprek met die arts... Beelden bekijken en... Buurtonderzoeken dus?" Vragend kijkt ze haar collega's aan. Bram en Liselotte knikken. "Oké," Fenna weet heel zeker dat ze haar aandacht niet bij beelden of buurtonderzoeken kan houden, "ik wil wel met die arts praten," ze kijkt Evert aan, "ga je mee?" Hij kijkt naar Bram, die hem toeknikt. "Ik ga wel buurtonderzoeken organiseren," besluit de jonge rechercheur. Liselotte knikt met een serieuze blik op haar gezicht. "Dan ga ik beginnen met die beelden."

In de auto is het stil. "Gaat het met je, liefje?" Evert werpt een blik opzij. "Ik weet dat je dat een vervelende vraag vindt, maar ik maak me zorgen om je." Fenna slikt een bitse opmerking in als ze hem hoort toegeven dat hij bezorgd is. "Ik wil gewoon dat dit snel voorbij is." Geeft ze zacht toe. "Ik weet niet hoe lang ik dit nog trek." Ze probeert de tranen in haar ogen weg te knipperen. Evert geeft een zacht kneepje in haar been. "Hou vol..." Zegt hij zachtjes. "Het komt goed. Uiteindelijk... Beloofd."

De OplossingWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu