Talk [l.r.h]

eleven

P.o.v Julia

"Hey, ik ben de hele avond alleen thuis, blijf je eten?" vraag ik. "Kan wel," zegt Luke. Hij pakt zijn telefoon om zijn moeder te appen dat hij later is. "Ik bestel wel pizza's, is dat een idee?" zeg ik. Luke knikt en glimlacht. "Ja, lekker," zegt hij.

Twee uur later zitten we op de stoelen in de woonkamer met onze pizza's voor de tv. Luke zit aan de ene kant en ik aan de andere. Na dat awkward moment van vanmiddag, ben ik bang dat ik iets fouts doe of zeg, dus ik durf niet dichterbij te komen. Ik heb geen idee wat dat was, en ik ben ook vrij benieuwd wat er was gebeurd als mijn telefoon niet was gegaan. Ik genoot wel van iedere seconde.

Luke krijgt een melding en bekijkt zijn telefoon even. "Oh," mompelt hij. "Wat is er?" vraag ik. "Uh, mijn ouders zijn er vanavond niet, en ik ben mijn huissleutel kwijt, dus ik kan het huis niet in. Ik moet denk ik Michael even bellen of ik daar kan blijven." zegt hij. "Huissleutel kwijt, handig. Als je bij Michael niet terecht kunt kom je hier maar, hoor." zeg ik met een glimlach. Luke bloost en glimlacht. "Dankjewel, Julia, dat is lief van je." zegt hij.

"Luke," zeg ik dan. Hij kijkt naar me. "Ja?" vraagt hij. "Ik vind het leuk dat we vrienden zijn geworden," zeg ik tegen hem, het is echt zo. Ik kan mezelf bij hem zijn en we hebben het gezellig. Luke glimlacht. "Ik ook, Juul," zegt hij. "Gelukkig maar." grinnik ik. Nog even kijken we tv, tot aan het voor Luke tijd is om naar huis, nou ja, naar Michael te gaan.

Ik neem afscheid van Luke en ik loop teeug naar de kamer. Op de bank betrap ik mezelf erop dat ik steeds aan hem denk. Ik probeer wel aan wat anders te denken, maar Luke blijft maar opkomen in mijn hoofd. Hoe hij lacht, hoe hij bloost, hoe hij praat... Alles. Die hele jongen zit gewoon in mijn hersenen gebrandt. Totdat ik een berichtje binnen krijg. Het is Calum.

Calum: Hi, you free tomorrow night?
U: ja, hoezo?
Calum: vroeg me af of ik je misschien mee uit kon nemen?

Woah. Ik denk na, vrijdag kan ik wel.

U: aww sweet
U: ik denk dat ik wel kan
Calum: mooizo, i'll pick u up at 7, dress nice
U: I will

Weet niet waarom ik ja zeg. Het is Calum, ik vind hem helemaal niet leuk. Hij is gewoon zo knap.