Hoofdstuk 28.2 een hondendrol in de lift

4.8K 303 39
                                    

{Point Of View Selena}

Ik word wakker op een plek waar ik nog nooit wakker ben geworden. Op een plek die ik niet ken, en op een plek die mijn ouders nooit goed kunnen hebben gekeurd. Recht voor met zie ik een troebele, blauwe spijkerstof met pluisjes en gaatjes. Hoe kom ik hier terecht? Misschien ben ik ontvoerd of.. Mijn spieren spannen zich aan, klaar om weg te rennen en.. Ik ontspan me als ik me herinner wat ik doe en hoe ik hier kom. Alles komt als een klap in mijn gezicht terug. Jake en Catherine. Mijn ouders. Marc. Matt. "Matt?" roep ik. Er komt geen antwoord terug. Ik ga onder de deken vandaan en stap met beiden voeten op de ijskoude vloer. Brr. Thuis had ik vloerverwarming. Ik schud mijn hoofd. Thuis is niet meer thuis.

Ik sta op van de bank waar ik die nacht heb geslapen. "Matt?" vraag ik nog eens. Ik hoor wat geritsel van buiten naar binnen komen, door het open raam.

"Matt? Ben jij dat?" vraag ik onzeker. Ik schuifel richting het raam. Het geritsel wordt duidelijker, en ik hoor nu duidelijk gehijg. Maar het klinkt niet zoals een mens zou hijgen. Ja, misschien als ze drie keer de marathon hebben gelopen in de woestijn zonder water. Ik kijk van links naar rechts."Hallo? Is daar iem-" ik stop met praten als ik zie wie (of moet ik wat zeggen?) voor de deur staat. Ik ren snel de keuken uit, naar de voordeur. Ik gooi hem open. Het hondje staat er nog. "Wie ben jij dan?" Ik hurk neer voor het hondje. Hij zit onder de modder maar zijn ogen glimmen en stralen. Ze lijken op de kerstbal-oorbellen die mijn moeder een keer droeg op kerstmis. Door zijn stralende ogen lijkt hij jong, maar je kunt zien aan zijn vacht en aan zijn lichaam dat 'ie al oud is. "Hoe kom jij hier terecht?" kir ik zachtjes. "Hoor jij bij Matt?"

Het hondje begint te kwispelen. Nou ja, kwispelen.. Het lijkt meer op een propeller.

"Ken jij Matt?" vraag ik. "Is hij jou baasje?"

Weer begint het hondje te kwispelen, alsof het wil zeggen. "Ja, ja hij kent me. Matt kent me."

Ik sta op, nadat ik nog even achter zijn met modder besmeerde oortje heb gekrabd. "Ik ga Matt bellen om te vragen of hij je kent." Het hondje kijkt me aan alsof hij weet waar ik het over heb, terwijl zijn staartje nog steeds met 100 kilometer per uur rondjes draait.

Als ik naar binnen wil lopen, loopt hij doodleuk met me mee. "Hé!" zeg ik streng. "Blijf jij eens buiten! Blijf! Af! Zit!" Tot mijn verbazing gaat het beestje zitten. "Braaf." zeg ik. Ik gooi mijn bruine haar over mijn schouder en loop naar de keuken, om daar met de telefoon te bellen die Matt al voor me klaar had liggen. "Gelukkig heb ik deze nog niet weggegooid, voor het geval dat er sukkels zoals jij zijn die hun mobiel expres dood laten gaan. Barbaar die je bent." zei hij tegen me. Daarnaast heeft 'ie een briefje met zijn nummer achter gelaten. Ik toets het nummer in.

"Hai, met Matt?"

"Hi, Matt, met mij. Selena."

"Hoi! Wat is er? Is er iets fout?"

"Nee, niet per sé fout maar.. Er staat hier een hondje voor de deur en die wil graag naar binnen."

Het blijft even stil. "Is 'ie Bruin? Hyper actief? Vies? Vrolijk?"

"Ja, dat allemaal."

"Nee maar!" roept Matt vrolijk. "Keesje is terug gekomen!"

"Keesje?" vraag ik. Het geblaf en het gehijg wordt luider.

"Ja! Laat hem maar binnen."

"Eh," zeg ik lachend. "Ik denk dat Keesje zichzelf binnen heeft gelaten!" Ik kijk hoe Keesje op zijn korte pootjes binnen komt stuiven en luid begint te keffen.

Matt schiet in de lach. "Gek beest." Hij geeft me een korte uitleg waar ik hondenvoer kan vinden, en dan hangen we bijna op. "Oh, Selena?" roept Matt nog.

The Balloon (a Dutch Love Story)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu