The mysterious princess (voltooid)

Nadia haar reis

Nadia pov. 

Ik ben aangekomen op Madagaskar en loop naar de plek waar ik mijn spullen heb achtergelaten. Daar zie ik iemand tussen mijn spullen zoeken. Ik doe mijn handen omhoog en er verschijnen wortels uit de grond en tillen die iemand op. 'Wie ben jij?' 'Dat gaat jou niks aan Nadia.'  'Hoe weet je hoe ik heet?' 'Ik weet ook dat Daléonië je verschrikkelijk mist.' 'WAT! Jij bent Arthur geef Daléonië terug!' 'Nee, alleen in ruil voor je krachten.'  'Nooit.' Dan word ik zo boos en stuur een tornado op hem af. Dan maakt hij de wortels kapot door zijn krachten en land op de grond. Ik stuur nu echt de tornado op hem af en stuur er nog een heleboel. Ik ontwijk Arthur's zijn vuurballen. En opeens is hij weg. Dan hoor ik nog snel. 'Het is nog niet afgelopen.' Ik kijk om me heen en zie hem nergens. Ik blaas wat in en uit en voel me weer rustig worden. Ik kijk nog een keer om me heen en zie niemand. Ik verzamel mijn spullen en zet mijn kamp op. Ik zoek naar wat eten en vind wat bessen en noten. En begin ze als tussendoortje te eten. Het gevecht heeft me moe gemaakt. Ik ga in mijn tentje liggen en val in slaap. 

- 

Ik word wakker en zie dat het al donker is. Ik maak snel een vuurtje en ga erbij zitten. Ik eet mijn overige vruchten en bessen op. Dan komt er opeens een fossa aanlopen. Hij kijkt me aan en ik haal diep adem en blijf stilzitten.  Hij komt langzaam naar me toe. Dan herkent hij mij een soort van en gaat op de grond liggen als erkenning.  Ik steek mijn hand uit en aai hem over zijn hoofd. Hij komt naast me liggen. 'Hallo kleine vriend. Kom maar.' Ik ga in het tentje zitten en hij komt erbij liggen. 'Ik ga slapen kleine vriend. Welterusten.' Ik ga liggen en val in slaap en merk dat hij tegen me aan komt liggen.

-

Ik word wakker van geritsel en zie dat de fossa wakker is geworden.  'Goedemorgen.' Hij gaat met zijn hoofd langs mijn been. 'Moet jij niet in het wild in plaats van bij  mij?' Hij draait een rondje en komt bij mij zitten. 'Ik ga eten halen en dan opzoek naar iemand die me kan helpen. Jij kan niet mee.' Ik sta op en pak een kort zwart broekje met een wit hemdje. Ik trek mijn stevige schoenen aan en ga opzoek naar de vruchten, die ik gister avond had. Dan staat opeens Arthur voor mijn neus. 'Daar ben ik weer.' 'Hoepel op.' 'Nee, ik wil jou deel van de diamant.' 'Nooit. En laat me er nu langs want ik wil eten.' 'Nee.' 'Arthur!' 'Ja.' 'Ik snap best dat As blij is dat ze bij je weg is.' 'En nu is het genoeg.' Hij smijt een vuurbal naar me toe die had ik niet zien aankomen en land een paar meter verderop op de grond. Ik sta op en gooi wat waterballen in zijn richting. Hij maakt een schild om zich heen en houdt de waterballen tegen. 'En wie hebben we hier dan!' Ik kijk op en zie dat hij de fossa heeft die bij mij slaapt. De fossa probeert los te komen maar hij is niet sterk genoeg. 'Laat hem gaan.' Ik stuur lianen naar hem toe en binden Arthur vast. 'Laat hem gaan.' 'Nee.' 'Ja.' Ik zet hem nog meer vast met lianen en zodat hij de fossa los moet laten. 'Ga weg kleine vriend.' Hij rent snel weg. Ik beweeg de lianen zo dat Arthur geen kant op kan en laat hem hangen. 'Nadia kan ik je helpen?' 'Aida wat doe jij hier?' 'Terra had me gestuurd zodat ik het pakketje kon ophalen.' 'Ja is goed neem hem maar mee dan kan ik rustig verder.' 'Is goed succes.' 'Dankje.' Aida vliegt met Arthur weg. Ik draai me om en zie dat de fossa bang naar me kijkt. 'Rustig maar ik doe je niks, Arthur is er niet meer.' Hij komt weer langzaam naar me toe en begint langs mijn been te wrijven. 'Ik noem je kleine vriend.' Hij wrijft langs me been waarschijnlijk dat hij het goed vind. 'Kom je kleine vriend dan gaan we naar de tent en verzamelen we mijn spullen en lopen we verder.' Ik pak al mijn spullen en loop door de wouden. 'Fossa, waar moeten we heen.' En van zelf gaat hij voor me uit. Net als of hij weet waar we heen moeten. 'Kleine vriend moeten we niet gaan lunchen?' Hij knikt en rent weg. Ik eet mijn vruchten op en niet veel later komt hij met een beestje aanzetten en eet hem op. 'Eet smakelijk.' Ik pak mijn kruik en drink mijn water op. 'Kleine vriend weet jij misschien een waterbron?' Hij staat op en kijkt me vragend aan. Ik pak snel mijn spullen bij elkaar en volg hem naar de waterbron toe. Na een half uurtje lopen, komen we bij een klein beekje aan. Ik hou mijn kruik in het water en vul hem met water. 'Dankjewel, maar misschien moet ik wat gereedschap gaan vinden om eten te vangen voor vanavond. Zullen we hier onze tent neer zetten?' Hij geeft een knik en ik zet de tent op en leg mijn spullen neer. Hij gaat er vanzelf op zitten en ik pak wat takken en stenen en ga beginnen. Op een gegeven moment komt kleine vriend me ook helpen, maar dan op zijn manier.

-

'Dankjewel kleine vriend. Ik ga opzoek naar wat eetbaars.' Hij knikt en gaat op mijn spullen liggen. Ik ga hier vanuit dat hij op mijn spullen let. Ik loop het oerwoud in heel stilletjes. Ik blijf laag en kijk vol verwondering om me heen het oerwoud is prachtig. 

-

Ik kom rond vijf uur aan bij mijn tent en heb twee dezelfde beestjes gevangen een voor kleine vriend en een voor mezelf. Ik vil hem en leg hem op het vuur die ik had gemaakt. De fossa is al begonnen met eten. Als hij gaar is eet ik mijn vlees ook op. Ondertussen is het donker geworden. 'Kleine vriend lijkt het niet verstandig om te gaan slapen?' Hij knikt. Ik kleed me om en ga in de tent liggen. Niet veel later komt kleine vriend bij mij liggen. 'Welterusten kleien vriend.' Hij sluit zijn ogen en valt in slaap. Ik luister naar alle geluiden uit de duisternis en val ook langzaam in slaap. 

Lieve lezers,

Hoofdstuk 42 al weer wat gaat het hard. Het heeft heel lang geduurd voordat dit hoofdstuk er op kwam. Sorry daarvoor, ik ben bezig met een heel nieuw boek te schrijven alleen ik wil eerst alle hoofdstukken hebben geschreven en dan pas dat verhaal te gaan publiceren. Dus ik schrijf veel aan het andere boek en dan is dit ook nog een kort hoofdstuk. Ik baal heel erg van mezelf.  Vergeet vooral niet te stemmen en als je nog iets leuks te melden hebt laat het dan vooral weten.

Liefs mij