Chapter 79

96 6 0
                                    

Madeline pov

Skylar en ik zitten al een tijdje bij te praten in de Common Room als Thomas en Luca aankomen lopen. 'Hey meiden,' Luca komt met een glimlach naast me zitten. 'Hey, trouwens Luca, dit is Skylar. Sky dit is Luca!' Ik stel ze kort aan mekaar voor als ook Thomas op de sofa komt zitten. 'Dus zijn jullie weer vriendinnetjes?' Zijn stem klinkt kinderachtig als ook een lach zijn mond verlaat. Hoofdschuddend kijk ik hem aan. 'Hoe oud ben je ook al weer?' 'Ik voel me aangevallen.' We lachen allemaal even. We praten een tijdje.

'Dus ik hoorde dat jij en Remus weer bij elkaar zijn.' Het is Thomas. 'We zijn nooit een koppel geweest, Thomas.' 'Sorry hoor, mevrouw Lupin.' Een plagende grijns hangt rond zijn gezicht als ik op sta. 'Ik ga even lopen.' Ik loop de Common Room uit en hoor al snel voetstappen. Niet veel later wordt ik vastgepakt aan mijn arm en een zijhal ingetrokken. 'Is het waar, wat Thomas zei?' Ik zucht even. 'Luca, het was een avond. Niets meer, niets minder.' 'Kom op, je voelde toch wel iets die avond?' 'Ik hou van Remus, sorry Luca, ik voelde me hopeloos.' Hij haalt gefrustreerd een hand door zijn haar. 'Ik begrijp het al, het was niks meer dan een one night stand voor jou. Je bent gewoon een slet.' Zijn blik verhard. Naar de manier hoe hij is naar de meeste mensen. Een typische Slytherin. 'Sorry Luca.' Kort rollen zijn ogen, hij stompt met zijn handen die mij omringen op de muur achter mij, en loopt dan hoofdschuddend weg. Voor een moment sta ik geschrokken stil. Ik verpest ook alles. Langzaam verlaat ook ik de gang en verplaats mezelf zonder bij bewustzijn naar de uilentoren. Als ik kan dan bij het open stuk muur van de uilentoren aan kom kom ik tot stilstand van verbazing. Als ik eerlijk ben wil ik dit leven niet meer. Ik verpest alles, ik maak alles kapot, ik maak iedereen kapot. Ik ben gewoon levend ongeluk. Ik ben niet tot nut. Een misselijkmakend gevoel gaat door me heen als ik langzaam een stap naar voor zet. Waarom kon ik nooit gewoon een simpel meisje zijn geweest, een simpel meisje met een simpele familie, een simpel verhaal.

Voor en tijd heb ik gedacht dat de fout altijd bij andere lag. Niet bij mij. Dat hun problemen veroorzaakten en dat ik daar de dupe van was geworden. Dat ik gewoon ongeluk op liep. Dat ongeluk mij vond. Maar toen stapelde dingen zich op. Ik kwam er achter dat ik het ongeluk ben. Ik maak mensen ongelukkig. Ik laat ongeluk gebeuren. Ik ben ongeluk. Mijn leven is een en al ongeluk. Er zijn gebeurd en gebeuren zoveel dingen in mijn leven dat het me te veel wordt. Hoe moet ik hier nog mee door gaan? Ik geef het op. Ik geef het gewoon op. Madeline Winston geeft het op. Dat lijkt voor iedereen misschien raar, maar ze kennen me niet. Een masker verbergt wie ik echt ben. Een opgever. Ik hoor de stem van Skylar al in me hoofd, ze praat me altijd moed in. Wat zou ik ook zonder haar moeten. Een kleine korte glimlach verschijnt op mijn gezicht. Ik staar voor me uit naar de maan die op mijn verlicht net zoals het meer en dingen om mijn heen. Zoals een deel van Hogwarts. Het prachtige Hogwarts, maar het enige wat ik voel is leegte. Een grote leegte. Mijn laatste ontdekking is me te veel. En niemand kan me daarbij helpen. Het wordt mijn einde. Ik kan mensen niet nog meer pijn doen. En dat is waarom dit mijn zelf bepaalde einde is. Dan zet ik de laatste stap naar voren en laat me vallen. Ik sluit mijn ogen en laat me zelf gaan. 'MADELINE!' 'Arresto Momentum!' Dan wordt alles zwart.

*

Langzaam open ik mijn ogen. Maar ik sluit ze al vrijwel meteen door het felle licht. Een felle hoofdpijn gaat door mijn hoofd heen. Een paar seconden probeer ik het weer, na wat geknipper zijn mijn ogen gewend aan het licht. 'Ah fijn je bent wakker.' Een jongeman schuift het gordijn weer achter zich dicht. Hij schrijft wat op het papier, wat op het kleine bordje ligt. Met een opgetrokken wenkbrauw kijk ik hem aan, wat overigens mij weer een steek door mijn hoofd oplevert. 'Je bent in her St Mungo's Hospital. Je hebt een harde klap gehad aangezien de spell die je vriend gebruikt heeft niet al te sterk was. Het heeft daarentegen wel je leven gered.' 'Voor zoveel er te redden was.' Mompel ik zacht. Hij is even kort stil. 'We hebben natuurlijk een aantal testen moeten doen om te kijken als je oké was. Maar,-' 'Dat ben ik niet, ik weet het, bedankt voor de reminder! Duss, wanneer kan ik weg hier?' Voor een moment kijkt hij verast en verward, maar dan herpakt hij zich. Nog steeds hangt er een verwarde blik rond zijn gezicht. 'Uh,- als je je goed voelt.. en je bent verder oké. Mag je binnen nu en een uur gaan. Heb je iemand die je op kan halen?' 'Ja.' Hj knikt en verdwijnt achter het gordijn zonder nog wat te zeggen. Nou dat is ook wat, en dit moet een van de beste ziekenhuizen zijn? Pfff. Waarschijnlijk kan ik het nog beter. En daar is me echo weer, fijn. Ik blaas een plukje haar vermoeid uit mijn gezicht en staar voor me uit. Nog steeds voel ik de leegte. Ik denk terug naar het laatste wat ik me herinner als ik al snel mijn hoofdschud. Ik sluit kort mijn ogen als ik het van me af probeer te schudden. Ik hoor het gordijn weer aan de kant zwaaien als dit keer een vrouw verschijnt. 'Miss Winston toch?' Ik ben te vermoeid om mijn ogen te rollen als ze knikt. 'Hier heeft een pillen tegen depressie, alles staat uitgelegd op de bijbehorende brief.' Ze drukt het in mijn handen. 'Al de testen zijn goed, dus u bent vrij om te gaan. U kleren liggen klaar op de stoel. Moet ik nog iemand voor je bellen?' Ik schud mijn hoofd en wuif haar weg. Hoofdschuddend loopt ze weg. Depressie. Dat is wat.

Toxic Lips | The MaraudersWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu