Huffelpuf

155 9 5
                                    

''Waar je nu naar moet, zo moet je geloven,
Zullen ze alles doen wat ze beloven,
Aards en trouw,
Vind ze en gauw.'
Huffelpuf! Dat is Huffelpuf.'
Mijn tweede week op Zweinstein was aangebroken en ik had nu al een berg huiswerk. Niet dat dat een probleem was voor mij, ik kon alles veel sneller opschrijven dan de rest. Daardoor was ik al klaar met... nou ja, alles eigenlijk.
Harry en Ron waren daar nogal jaloers op. Hermelien probeerde nog steeds te ontdekken of ik valsspeelde ofzoiets. Natuurlijk deed ik dat niet.

Ik was op weg naar Waarzeggerij met Griffoendor. Ik was benieuwd naar hun manier van waarzeggen. Thuis hadden we toekomstkijkers, maar volgens mijn oma hadden zij hele andere technieken.
'Hé, Oce, ben je daar weer?' Riep Ron.
'Nee, ik ben bij Oude Runen. Je hallucineert alleen dat je mij ziet. Ja, natuurlijk ben ik 'er weer'.'
Ze lachten.
Toen we het lokaal binnenstapten, moest ik meteen hoesten door de sterke geur van wierook. Met een zweverige stem groette de docent ons, en gaf ons de opdracht in elkaars koffiedik te kijken.
Hermelien's koffiedik was niet zo interessant, maar omdat ik ergens mee moest komen, besloot ik even in haar toekomst te kijken.
Haar voorspelling was al even oninteressant als haar koffiedik.
Bij mij, echter, leek Hermelien niet zo goed te weten wat ze moest doen.
'Ik zie niet echt iets. Een... waterdruppel, misschien?'
'Laat mij eens kijken, meisje.' De docent pakte het kopje op en keek erin.
'Vreemd, heel vreemd... nou ja, ga maar verder.'
Ze liep verder door de klas.
Opeens kreeg ik, door de sterke wierookgeur, een visioen.

Ik herkende het gevoel direct. Het was alsof ik sliep, maar dan kon ik nog alles voelen.
'Je mag zelf de keuze maken aan welke kant je staat, maar ik zal Harry altijd blijven steunen, Draco. Wat Voldemort vindt is slecht, en dat weet jij ook.'
'Maar-'
Ik werd weer teruggetrokken naar het heden.

Ondertussen had Hermelien het lokaal verlaten en de docent Harry's dood voorspelt. Ik keek in zijn nabije toekomst en zag geen dood, dus de docent was een oplichter.
Kortom, de les was een flop.

Blijkbaar was Melei Zuntejuenem boos op me, want de hele dag ging zo. Tot mijn schrik zag ik bij Verweer tegen de Zwarte Kunsten dat er ijs om me heen begon te verspreiden. Ik stopte het snel en nam me voor om vanavond te gaan trainen. De concentratie magie in deze dimensie was veel hoger dan thuis, en daarbij had ik door de dood van mijn moeder ook nog heel wat sterkere krachten, die ik heel snel zou moeten leren beheersen.
Tijdens Geschiedenis van de Toverkunst met Ravenklauw nam ik de les weer over, waardoor iedereen het tenminste begreep, en kreeg ik vele aanvragen en voorstellen om te beginnen met bijles geven, en toen was ik binnen een halfuur bijna vijftig Galjoenen rijker. En had ik bijna geen weekend meer. Of verdere vrije tijd. Het ging wel lekker zo.
Tijdens Kruidenkunde begonnen veel planten spontaan te bloeien, natuurlijk door mij, maar dat wist professor Stronk niet. Verbaasd heeft ze bijna de hele les besteed aan het onderzoeken van de oorzaak, die ze, zo wist ik, nooit zou vinden. Uiteindelijk besloot ze het bij 'magie' te houden en stuurde ze ons weg om dit te bespreken met Anderling. Alsof dat zou helpen.
Verder had ik Oude Runen, waar ik best oké in was, volgens mij, en een natuurtalent, volgens de docent. Ik vertaalde één van de boeken die hij liet zien, vlak voordat hij vertelde dat dit P. U. I. S. T. level was en ik ook gewoon wel direct eindexamen zou kunnen doen. Eigenlijk vond ik het wel makkelijk. Deze les was een flop, omdat daarna iedereen, Hermelien included, mij verdacht van spieken. En daarna was ik niet meer welkom bij mijn mede-Oude-Runen-leerlingen, behalve Hermelien. Natuurlijk.

Ook bedacht ik me, op weg naar Verzorging van Fabeldieren, dat ik binnenkort weer zou moeten beginnen met trainen voor Krav Maga, judo, karate, een Teroniaanse vechtsport genaamd deimin luofo en handboogschieten. Anders zou ik uit vorm raken. O ja, en schermen, natuurlijk.
Die avond besloot ik langs te gaan bij Anderling om te vragen waar ik zou kunnen trainen. Ze wees me op een veldje vlakbij het Grote Meer. Fijn, zo dicht bij het water.

De volgende avond was ik al druk bezig met boogschieten toen Draco opeens besloot mij op te zoeken.

Hij liep langzaam naar haar toe. Hij wist niet waarom, maar hij wilde haar niet laten weten dat hij er was. Toen hij op een meter van haar af stond, zei ze plotseling, zonder zich om te draaien: 'Hallo, Draco. Waarom ben je hier?'
'Ik, ehm, ik wilde je zien. Wat doe je?'
'Handboogschieten. Wil je het ook proberen?'
'Nou, ik- ik bedoel, natuurlijk, waarom niet, geen druk, want je hebt absoluut geen hele scherpe pijl op me gericht ofzo, dit is een compleet vrije keuze.'
Ze lachte.
In een paar uur tijd leerde ze hem hoe een boog vast te houden ('en niet loslaten, behalve als je recurve of compound schiet, maar dan heb je een lusje om!'), hoe te richten ('let niet te veel op je pijl, let op je doel. Kijk ernaar, en naar niets anders, en dan komt het allemaal goed!'), hoe te schieten ('en dan laat je los, dus zo. En niet zo, en vooral niet zo, begrepen?') en de complete geschiedenis van boogschieten, de beste schutters, veelgemaakte fouten en nog zo'n driehonderd andere dingen.
'Ik hoorde dat je bijles geeft.'
Ze lachte kort.
'Ja, dat kun je wel zeggen. Sorry, maar ik heb echt geen plaats meer voor nog iemand. Ik geef bijles in vakken die ik zelf niet eens volg! Mensen betalen goud geld voor duidelijke uitleg, echt waar.'
'Dat kan ik me voorstellen.'
En toen gingen ze verder.

Als hij later terug dacht aan die dag, vroeg hij zich af waarom hij het niet opgemerkt had. Het was overduidelijk. Nou ja, misschien niet zó overduidelijk, maar er waren aardig wat hints. Helaas zou het nog lang duren voor hij erachter zou komen.

Oceana - deel 1Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu