Zwadderich

150 8 1
                                    

'Macht van de Ouden, sterk, zonder genot,
Eindeloze strijd, eindeloze macht, jouw lot,
Onthoud dit goed voor later,
Bloed is dikker dan water.'
'Wat is dat nou weer voor een raadsel?' Vroeg Hermelien.
'Hoe moet je hier ooit een afdeling uit opmaken? Die ouwe is nu echt doorgedraaid!' Zei Ron.
'Dat hoef ik niet. Het is Zwadderich. Het gedicht is meer een soort... waarschuwing. 'Die ouwe' weet meer dan je denkt.'
'Wat bedoelt hij dan met 'Macht van de Ouden'?'
'Iets... uit mijn land.'
'Duidelijk'
'Sorry, het is moeilijk uit te leggen.'
Dat was een leugen. Het was zelfs heel makkelijk. Maar ik kan perfect liegen. Zelfs Veritaserum kon me mijn geheimen niet laten prijsgeven. Het enige dat dat zou kunnen, is vertrouwen. Helaas vertrouw ik niet zo snel.

Samen liepen ze naar Verzorging van Fabeldieren. Helaas hadden ze dat samen met Griffoendor. Hij vroeg zich af of Oce zou kiezen voor Potter of voor hem.
Hij was dolblij dat ze eindelijk in Zwadderich zat, al was het maar voor een week. Hij vroeg zich af hoe iemand als zij ooit in Zwadderich zou kunnen zitten. Ze was er veel te aardig voor.

'Goed, heeft iemand zijn boek opengekregen? Niemand? Ik dacht dat-'
'Je moet over de kaft aaien' onderbrak Oce hem. Iedereen deed wat ze zei en hun boek ging open. Die halfreus keek vrolijk door de klas, blij dat iemand dit had uitgevogeld. Hoe kon Oce ooit Zwadderich zijn? Aan het einde van het jaar zou ze vast bij Griffoendor worden gesorteerd.
Hagrid liet ze een hippogrief zien. Waren die dingen niet illegaal? Hier zou hij eens met zijn vader over praten, dacht hij, totdat hij zag hoe Oce ernaar keek. Dan maar niet.
Potter werd uitgekozen om erop te rijden. Hij boog er diep voor en dat beest boog terug naar hem. Onder luid gejoel klom hij op de rug van de hippogrief en vloog weg. Natuurlijk.
Toen hij eindelijk weer terug kwam, werd Potter als een held onthaald. Hij werd ziek van alle aandacht die Potter kreeg.
Toen kreeg hij een idee. Als Potter het kon, kon dat beest niet zo gevaarlijk zijn. Hij besloot eens aan zijn klasgenoten te laten zien hoe dapper hij wel niet was.

'Jij bent helemaal niet zo gevaarlijk, hè?'
Opeens gebeurde alles heel snel. De hippogrief die hem aanviel, Oce die 'Gyrti!' schreeuwde en het beest stopte en Hagrid die aan kwam rennen om hem te helpen.
De hippogrief liep op haar af en... boog. Het leek iets te zeggen, waarna ze knikte en het dier door Hagrid werd weggevoerd.
'Hagrid! Hij moet naar de ziekenzaal!' Waarom zou Griffel hem helpen? Ach, het maakte toch niets uit. Zijn arm deed te veel pijn om erover na te denken.

Later die dag vroeg hij zich af wat Oce had gezegd. Hij had heus wel gezien dat dat beest was gestopt zodra ze begon te roepen. Hij nam zich voor om het te vragen zodra hij haar weer zag.

Hij hoefde niet lang te wachten. Direct nadat de lessen waren afgelopen, kwam ze de ziekenzaal inrennen. Het was alsof ze Verschijnseld was voor de deur van de ziekenzaal. Maar, zo bedacht hij zich, dat was onmogelijk binnen de muren van Zweinstein. En de ziekenzaal was binnen de muren van Zweinstein.

'Oce! Wat fijn je te zien! Ik moet je echt wat vragen!'
Ze lachte kort naar hem. Hij vond het fijn als ze lachte, het was alsof alles om haar heen oplichtte.
'Steek maar van wal. Hoe gaat het eigenlijk met je?'
'Het gaat beter, Madame Pleister is een meester in haar vak. Maar Oce, ik-'
'Wat bedoel je? Ik dacht dat jullie geen helers hadden, zoals wij. Dat had mijn oma me verteld.'
'Nou, ik-'
'En wat wilde je eigenlijk vragen? Sorry dat ik je zo onderbrak.'
'Geeft niet. Ik wilde vragen wat-'
'Dracooooo! Wat is er met je gebeurd? Heeft dat vieze beest je aangevallen? Ik heb direct mijn vader ingelicht, daarom kon ik niet eerder komen. Hij gaat ervoor zorgen dat dat beest wordt afgemaakt. Oh, hallo, Oce.'
Waarom, waarom, WAAROM kon NIEMAND hem laten uitpraten? Hij wilde gewoon een antwoord krijgen op zijn vraag, verder slapen en misschien wat pizza eten. O ja, het was pizza-avond vandaag. Dat had Oce belooft.
Maar goed. Terug naar het heden, dacht hij. Patty Park stond hem bezorgd aan te kijken, terwijl Oce haar begroette. Geweldig. Vandaag was echt de beste dag van zijn leven.

'Jij ook hallo, Patty. Hoe was je dag? Trouwens, waarom heb je dat 'beest' dan niet zelf vermoord, als je hem zo verafschuwt.'
Patty was sprakeloos. En ze was niet de enige. Hoe kon ze ooit zo achteloos praten over iets als moord? Daarom zat ze dus ook in Zwadderich, zei een klein stemmetje in zijn hoofd.

Een dag later werd hij uit de ziekenzaal ontslagen.
Terwijl hij samen met Oce richting Toverdranken liep, kwamen ze Potter & co. tegen. Hij botste per ongeluk tegen Griffel aan en zei direct: 'Kijk uit waar je loopt, vies modderbloedje!'
Direct besefte hij zijn fout. Oce stopte, draaide zich tergend langzaam om en keek hem recht in zijn ogen aan. Het voelde alsof ze zijn hele ziel kon zien. Hij slikte. Potter & co. waren ook gestopt en keken nu nieuwsgierig naar het schouwspel. Hij zag nog net hoe Griffel haar tranen probeerde te verbergen, voordat hij zijn aandacht op Oce richtte.
'Wát zei je daar?' Haar stem klonk gevaarlijk scherp, als een mes dat net geslepen was.
'Hij zei: kijk uit waar je loopt, vies modderbloedje,' hielp Potter haar.
'En waarom zei je dat?'
Toen hij niet antwoordde, ging ze verder.
'Want, vergeef me, het klonk bijna als een belediging! En je weet dat ik het niet leuk vind als je mijn vrienden beledigt.'
Hij had zich diep in de nesten gewerkt.
'En als ik het me correct herinner, en dat doe ik, want ik heb een fotografisch geheugen-' Griffel stootte een klein kreetje uit: 'Dus zó doe je het!' '-dan noemde jij mij bij je eerste ontmoeting in gedachten een modderbloedje, totdat ik je van het tegendeel overtuigde. Draco Lucius Malfidus, ik eis een verklaring, beredenering en verontschuldiging tegenover Hermelien en mij.'
Aangezien hij niets zei, fluisterde ze 'Nu.' in zijn oor.
'Ik- ik- het spijt me. Gewoonte. Mijn vader denkt dat alle mod-dreuzelgeborenen slecht zijn en heeft dat mijn hele leven bij me ingepeperd. Oce, het spijt me, ik zou jou nooit meer een modderbloedje noemen.'
'En Hermelien?'
Potter & co. leek deze hele situatie nogal geweldig te vinden.
'Als je niet je excuses aanbiedt, spreek ik je nooit meer.'
Dat trok hem over de streep. Hij wilde haar niet verliezen.
'Griffel, het- het- het spijt me.'
Dat was alles wat Oce nodig had om zijn hand vast te pakken en hem mee te nemen naar Toverdranken, na Potter & co. een korte begroeting te hebben gegeven.

Oceana - deel 1Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu