5 dagen sinds mijn gesprek met Dylan. Zijn woorden bleven door mijn hoofd spoken.
‘Hij praat vaak over je.’ Ik zucht en rol op mijn buik, mijn gezicht in mijn kussen geduwd. Ik roep uit een kreet van frustratie. Ik haat mezelf. Waarom moest ik nou weer dronken worden? Het laatste wat ik me van die nacht kan herinneren is het einde van de conferentie, en dat ik samen met een jongen, die dus Thomas was, naar een afterparty ging. Ik moet toegeven, het heeft ook een paar voordelen gehad. Als dit niet gebeurd was, had ik Thomas waarschijnlijk nooit meer gezien. Dus indirect heeft het wel gezorgd voor onze vriendschap. Vriendschap? Ik weet niet eens wat we van elkaar zijn. Als ik erover na denk kan dit ook als nadeel dienen. Als ik Thomas nooit meer gezien had lag ik nu niet als een verwarde puppy in mijn bed. Maar terug naar het verhaal. Een ander voordeel is dat ik wel de kans kreeg om Dylan te ontmoeten, en wie weet later de rest van zijn vrienden ook. Meer voordelen kan ik niet bedenken. De nadelen, daar in tegen, stapelen zich wel op. Ik heb last van ochtendziekte. En geloof me, het is niet fijn om te kotsen 5 minuten nadat je bent wakker geworden. Ik moet denken over wat ik eet en drink, ik wil geen dronken baby. Werken wordt ook steeds moeilijker. Thomas blijft me maar afleiden. En later zal de paparazzi er ook nog bij komen. Ughhh. Alleen maar problemen. En waar doe ik het voor? Thomas. Tom. Tommy.Ik sta op een stoep. Ik ben bezig de taxi chauffeur te betalen, als ik ineens voetstappen achter me hoor. De taxichauffeur rijdt net weg als ik me omdraai, met resultaat dat ik maar een paar centimeter van Thomas’ gezicht verwijderd ben. Even staan we daar, geschrokken van deze positie, maar dan zet ik snel een stap naar achter. Hij lacht naar me. Ik kijk naar zijn huis.
‘Ga je me nog naar binnen brengen, of blijven we hier staan totdat we bedolven worden onder bladeren?’ Hij knikt met zijn hoofd, en draait zich dan om.
‘Sure, follow me.’ Hij begint te lopen, en ik volg hem. Ik neem het huis in me op. Het valt me mee hoe groot het is. Oke, het is groter dan mijn appartementje, maar dat is niet zo moeilijk. Het laat me erg denken aan het huis van Eva, maar dan net groter. Maar ja, wanneer heb ik het huis van Eva nou voor het laatst gezien? Ongeveer-
‘Nou dit is het dan! Hier is de hal.’ Thomas begint me rond te leiden in zijn huis, iets wat ik by the way nogal zinloos vind. Ja, het is toch logisch dat je een toilet hebt? Dat kan ik ook wel raden. We lopen langs de keuken, woonkamer en dan de trap op naar boven. Een badkamer met een gigantische inloopdouche, een logeerkamertje en een slaapkamer. De slaapkamer is redelijk leeg. Nou ja, qua het aantal meubilair dat er in staat. Een kledingkast, een ladekast, een bureau en een groot king-size bed. Ik voel Thomas’ ogen in mijn rug branden als ik naar het bed kijk. Steunpilaren lopen van elke hoek naar het plafond, en het hoofd van het bed loopt door tot het plafond. Het is niet van hout, nee, dat zou er heel raar uitzien, maar het is van een soort stof/kussen. Snap je? Ik draai me weer om, voordat mijn brein rare gedachtes naar boven gaat brengen. Ik loop snel langs Thomas de trap af, voordat hij kan zien dat mijn wangen rood zijn geworden.Ik leg het snijmes weg, en druk een hand tegen mijn buik. Ik schiet voorover van het lachen. Thomas kan zichzelf ook met moeite inhouden. Ik kijk op naar hem, maar kijk snel weer weg. Hij zit helemaal onder de slagroom. Ik val op mijn knieën. Hij grinnikt ook, maar kijkt dan naar me, met een wenkbrauw opgetrokken. Ik probeer te stoppen met lachen.
‘Wat is er nou zo grappig?’ Ik begin weer lachen, en sta op, met mijn hand steunend op het keukeneiland. Ik loop naar hem toe, en sta stil vlak voor hem. Ik schud met mijn hand door zijn haar.
Hij grinnikt, en ik loop naar de wasbak om mn hand te wassen. Ineens voel ik iets kouds tegen mijn nek aan. Ik gil en draai me met een sprongetje om. Hij houdt wat van de vers geklopte slagroom in zijn hand. Ik ren weg, maar hij geeft niet op. Hij achtervolgt me het eiland rond. Jammer genoeg is hij sneller dan ik, en voor ik het weet wordt de slagroom over mijn haar verdeeld. Ik gil nog harder, wat er alleen maar toe leid dat hij me begint te kietelen. En weer een slechte eigenschap, ik kan dus totaal niet tegen kietelen. Ik begin hysterisch te lachen en probeer weg te komen. Ik loop tegen de muur aan, met als enige uitweg naar beneden. Ik laat me langs de muur naar beneden zakken, in een poging om de marteling te stoppen. Ik probeer weg te kruipen als hij even stopt, maar hij pakt mijn enkel stevig vast. Ik val op mijn buik op de grond, en hij begint in mijn zij te prikken. Ik draai op mijn rug, en na een paar minuten stopt hij eindelijk. Ik begin langzaam weer normaal te ademen, en besef me pas onze positie. Ik lig op de grond, en hij hangt boven me, zichzelf omhoog houdend met zijn handen die aan beide kanten van mijn hoofd tegen de grond gedrukt zitten.
‘Daar gaat ons toetje.’Het is half 10, en ik zit aan zijn net gedekte eettafel. Hij komt aangelopen met 2 borden. Hij gaat achter me staan, met zijn buik tegen mijn rug gedrukt, en zet het bord voor me neer. Hij loopt dan naar zijn kant en gaat op zijn stoel zitten.
‘Nou, na 4 uur “koken” zijn we eindelijk klaar. Eet smakelijk dan maar!’ Ik lag, en hij begint met zijn vork in de kip te porren. Ik por wat mee. De stilte is dodelijk. Het ging wel prima vanmiddag, maar als je eenmaal geen bezigheid meer hebt, ga je nou eenmaal nadenken. Ik zou dit niet moeten doen. Ik ken hem niet, en het is onmogelijk om hem te vertrouwen. Ik schuif het eten over mijn bord heen, ik heb ineens geen honger meer. Flitsen van mijn verleden komen me voorbij. Ik sta op van de stoel.
‘Ik heb even frisse lucht nodig. Vind je het erg als ik naar je balkon ga?’ Hij knikt, en ik haast de kamer uit. Ik kan er niet tegen. Ik ren de trap op, richting zijn grote slaapkamer. Ik merk het pakje sigaretten op het plankje van zijn nachtkastje, en gris het er van af, samen met de aansteker die ernaast ligt. Ik open de grote, glazen deuren en zet een stap naar buiten, de koude avondlucht in. Ik adem de lucht in en haal behendig een sigaret uit het pakje. Ik steek hem aan, ook al weet ik dat ik niet mag roken. Ik ben er al 3 jaar vanaf, maar als het niet meer gaat heb ik het gewoon nodig. Ik bedoel, een keer per maand mag toch wel? Ik weet het, ik ben zwanger. Die gedachte maakt me alleen maar nog banger. Ik blaas de rook in, terwijl ik met mijn lichaam tegen het rek aan geleund zit. Ik sta daar, tot mijn sigaret bijna op is. Ik hoor iemand de deuren openen, en ik hoor diegene me benaderen. Ik weet dat het Thomas is, logisch, aangezien hij alleen woont. De sigaret wordt uit mijn handen gepakt, en hij brengt hem naar zijn eigen lippen, om een keer te inhaleren, en de sigaret dan van het balkon af te gooien.
‘Je weet dat zwangere vrouwen niet zouden moeten roken?’ Ik zucht, en staar naar beneden. Hij legt zijn hand op mijn schouder. Ik schrik op, en hij haalt zijn hand meteen van me af.
‘Oke. Wat is er?’ Ik draai me om, mijn rug tegen het hek aanleunend.
‘Je begrijpt het toch niet. Het is ingewikkeld.’ Zucht ik, en ik loop het balkon af.
‘Scarlett?’ hij grijpt mijn pols vast. ‘Als we willen dat dit gaat werken moeten we niet elkaar wegduwen!’ Ik kijk hem in zijn ogen, en hij lijkt te schrikken. Het is net alsof hij in mijn ogen mijn hele verhaal heeft gezien, en dan nog erger.
‘Wie zegt dat ik wil dat dit werkt! Misschien wil ik dit wel niet! We hebben het alleen maar gehad over hoe jij erover denkt, maar ik dan!’ schreeuw ik naar hem. ‘Ik zou net zo goed een abortus kunnen halen! Ik merk er toch niks van!’ Hij kijkt me gepijnigd aan.
‘Je merkt er wel wat van! Je kan toch geen levend wezen vermoorden!’ Hij probeert kalm te blijven.
‘Dat kon ik wel! En ik kan het overnieuw doen!’ Hij kijkt me aan met grote ogen, en ik sla een hand voor mijn mond, beseffend wat ik net heb gezegd. Ik draai me om en ren de kamer uit. Ik storm de trap af, en richting de kapstok. Ik trek mijn jas ervan af en ren de deur uit. Ik hoor Thomas mijn naam nog roepen.
Hoi Hoi!
Het was eigenlijk niet mijn bedoeling om dit hoofdstuk zo te eindigen, maar ik denk dat het beter is voor het verhaal. Ik heb nog een heleboel dingen die ik moet schrijven voor dit verhaal. Ik heb een klein vraagje. Zouden jullie maybe in de comments kunnen vertellen hoe jullie Scarlett voor je zien? Wat voor persoon? Ik ben benieuwd :)
JE LEEST
{One night stand} Thomas Sangster
FanfictionNa een uit de hand gelopen after-party wordt Scarlett wakker in een onbekende kamer. Ze heeft geen idee meer wat er is gebeurd, of wie er naast haar ligt. Ze hoopte op een One Night Stand, maar bepaalde omstandigheden maken dit onmogelijk. Lukt het...