We waren alweer aan het lopen, ik had honger. Zal mijn moeder naar me opzoek zijn? Zal ze me missen? Of zit ze daar maar van idc? Als ze me niet zoekt.. I'm scared. Achja, ik moet Ruben maar vertrouwen, maar nog steeds heb ik een gedachte, een gedachte dat hij niet alles verteld heeft wat er is gebeurd, ik voel het gewoon. Was dit alles maar een droom, maar nee, het moet mij weer gebeuren. Michel bukken! Zei ruben. Ik schrok me dood. Ik was aan het dag dromen. Hoezo, zei ik. Sttt, daar! kijk! Waaaarrrr?? Daar, bij die boom, daar staat een man. Shit. En wat doen we nu? zei ik. Uhm, we blijven hier wachten tot die weg gaat, we moeten het met ze 2e redden. Trust nobody, zei hij. We zijn al een paar minuten aan het wachten. Shit k moet niezen, hatjoeeee. De man kijkt achterom, we zetten het op een sprinten. Blijf staan jullie! Schreeuwd de man. Hij pakt zijn pistool en schiet in de lucht. Ik en Ruben duiken naar de grond. Hij houdt zijn pistool op ons gericht, hij zegt schreeuwend: kom hier! Ik was zo bang, ik pakte Rubens hand vast. Rustig lopen we naar de man toe. Het is geen slanke man maar hij is ook niet dik. Gewoon een beetje mollig, hij heeft geen baardje maar meer stoppels en hij heeft zwart haar. Nog steeds houd die zijn pistool op ons gericht, ik voel me hart bonken. Ey, wie zijn jullie?! Iiikk ben miiichellee, zei ik stotterend. Ik ben Ruben, en jij? Stil jij, hou oud ben je? 13,14? Wie denk je wel dat je bent! Wat doen jullie hier? Dat gaat je niks aan! Zei Ruben. De man schoot nog een keer in de lucht. Ruben schrok. Wat doen jullie hier? Zei de man nog een keer maar dan bozer. Voordat Ruben wat zou zeggen zei ik snel: we zoeken de weg naar huis, we gingen wandelen en we zijn verdwaald, kunt u ons helpen? Neenee jullie liegen! Hij maakte zijn pistool gereed om te schieten, zodat wij de waarheid zouden zeggen, maar zo dom waren wij niet. Nouja dat ik in die auto stapte was dom genoeg, en ik had het lef er niet voor om op zo'n moment brutaal te zijn, Ruben wel. Oke dan liegen we als je ons niet geloofd, en mogen we nu verder?! Jullie komen hier niet zomaar weg! Jullie weten wie ik ben, en hoe ik eruit zie. We weten niet hoe je heet zei Ruben. Ik heet Richard. Omg. Ik kreeg een glimlach op mijn gezicht en tegelijkertijd was ik doodsbang. Waarom lach je? Nouw jongens zeggen geen o my god. Ik wel en ik ben een jongen, dus... We moesten lachen. Vinden jullie het grappig?! He, is het soms grappig?! Ik weet niet wat er grappig is hoor! Dus hou gewoon je mond dicht! Nog steeds had ik Rubens hand vast. En nu, zei Ruben. Hij had zoveel lef, in tegenstelling met mij, ik was een watje, ik durfde niet eens te zeggen wie ik ben. De man zei: ga linksaf ik loop achter jullie aan. Hij wijst ons de weg. En ga hier links en hier rechts. Zo ging het 5 a 10 minuutjes door, het leek wel een uur. Ja! Daar is het. En ik keek recht voor me, en we waren weer bij het huis.
JE LEEST
ontvoerd
HorrorDit boek gaat over een meisje genaamd Michelle. Als ze over straat richting haar huis loopt, stopt er een auto naast haar. Een vrouw vraagt naar haar de weg naar het bos. Michelle legt het uit. De vrouw kan het niet in haar hoofd onthouden, Michelle...