29

1.9K 41 10
                                    

Ik zette mijn zonnebril recht op mijn neus en keek in de spiegel. Ik was veranderd. Niet alleen qua uiterlijk maar ook innerlijk. Mijn kledingstijl was anders, ik lette meer op wat andere van mijn kleding vonden en hoe ik er uit zag. Ik droeg vooral meer merkkleding en had ook veel meer schoenen, om te matchen met mijn outfit. Vroeger zou me dit niet uitmaken en ik vraag me af waarvoor ik dit aantrek. Ik zucht en haal een pluk haar uit mijn gezicht. Dit ben ik. Jelaysa, over 2 weken 16 en ik heb een vriend. Ik glimlach eventjes naar me zelf. Niet zomaar een vriend, ik heb een geweldige vriend. De deur gaat open en ik kijk geschrokken naar de deur. Speak of the devil. Jay glimlacht en kijkt van top tot teen naar me. "Wat ben je prachtig schat." Hij komt achter me staan en we kijken samen in de spiegel. "Jay?" Zeg ik zachtjes. "Ja babe?" "Er gaat toch niks met je gebeuren?" Ik slik en draai me om. Ik kijk recht in zijn ogen. Zijn ogen stralen niet meer zoals altijd sinds we hier waren. "Het komt goed." Hij tilt mijn kin op met zijn wijsvinger en drukt een kus op mijn lippen. "Nu gaan we genieten Jelaysa, morgen begint het pas." Fluistert hij in mijn oor. Ik glimlach en pak zijn hand vast. "Waar gaan we als eerst heen?" Vraag ik terwijl ik hem mee trek uit de kamer.

Ik zette mijn zonnebril op mijn hoofd en nam een slok van mijn cola. Mijn hand lang op Jay zijn hand terwijl hij met zijn andere hand zijn cola vasthield. "Ik ben blij dat je bent mee gegaan," Jay kijkt me aan. "ik heb echt iemand nodig die me steunt en op me wacht terwijl ik weg ben." Hij zucht en neemt een slok van zijn cola. Ik schud mijn hoofd. "Nee Jay, ik ga met je mee, ik ga niet zitten wachten op je terwijl jij je leven op het spel zet." Ik knijp in zijn hand en ik zie een klein glimlachje op zijn gezicht verschijnen. "Cool." Hij pakt een kaartje uit zijn jaszak en legt het op tafel. "Morgen gaan we naar een huis," hij wijst met zijn vinger naar het blaadje. Ik lees en zie een adres staan. "We doen alsof we geïnteresseerd zijn om het huis te kopen en jij leidt de verkoper af. Ik stop een pakketje in de kast." Hij draait het blaadje om en er staat een plattegrond op de achterkant. Hij wijst naar de grootste kamer. "Begrepen?" Ik knik. Eigenlijk dacht ik dat het nooit zo ver zou komen maar het was al zo dichtbij. "Ik heb het begrepen." Zeg ik zachtjes. Jay glimlacht. "Topper." Hij buigt zich over de tafel heen en geeft me een kus. Ik glimlach en kijk naar hem terwijl hij zijn telefoon pakt. Hij kijkt op en lacht wanneer hij ziet dat ik naar hem kijk. "Ik weet dat ik mooi ben, maar het maakt me verlegen als je steeds kijkt." Ik rol mijn ogen en lach. "Meneer kapsones, ik ken je ook niet anders." Ik kijk omhoog wanneer ik een schaduw langs me zie verschijnen. Er stond een lange gespierde jongen naast ons tafeltje. Ik keek naar Jay en hij knikte dat het goed was. De jongen keek me lang aan en schraapte zijn keel. "Het geld." Zei hij boos. Jay knikte naar de jongen en pakte een klein doosje uit zijn zak. Hij zette het op tafel en maakte het open. "Tel maar na." Jay slaat zijn armen over elkaar heen en leunt naar achter. Ik keek naar Jay. Waarom moest hij geld betalen? En waarom moest dat betaald worden op de dag dat hij beloofde dat we rust zouden hebben? Ik zette mijn hand onder mijn hoofd en keek naar de lange jongen. Hij was de briefjes van 100 aan het tellen. Hij keek op en knipoogte naar me. Ik keek weg en Jay keek boos naar de jongen. "Niet doen gast." Zegt Jay. De jongen stopt met tellen en grijnst. "Want? Ben je het echt vergeten Jay?" De jongen kijkt Jay aan. "Nee, maar dit is mijn meid." Zegt Jay. Ik glimlach. Het was altijd een goed gevoel als hij zei dat ik van hem was. De jongen zet het geld terug in het doosje en stopt het in zijn tas. "Het geld is goed," De jongen stak zijn hand naar me uit. Ik keek naar zijn hand. "Cedro." Hij trok zijn hand weg en knikte. "Jay, meisjes zijn van iedereen." Hij grijnst weer naar Jay en loopt dan weg. "Let niet op hem, hij is er maar soms." Zegt Jay geïrriteerd. Jay legt geld op tafel en staat op. "Kom, we gaan." Zegt hij zonder emotie in zijn stem, er was ook geen emotie in zijn gezicht te zien, alsof iemand alle emotie uit hem had gezogen. Ik stond op en knuffelde hem. Ik voel dat hij geschrokken is van deze plotselinge actie maar hij slaat zijn armen om mij heen. Het zal er vast wel heel idioot uit zien, een koppeltje knuffelend op een terras midden in de stad, maar het boeide me niet. Hij had een knuffel nodig. Ik laat hem los en kijk naar hem. "Je had het nodig Jay." Hij glimlacht en trekt me mee.

Social MediaWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu