Hoofdstuk 20.

107 10 0
                                    

[Ashley P.O.V]

Ik keek naar de jongen naast me en knikte met mijn hoofd. Zijn lippen waren nog steeds dichtbij en ik wende mijn blik af, naar mijn handen. Ik hoor hem zachtjes grinniken.

"Ik ben een vriend van Jason, Floris," stelde hij zich zelf voor.

Meteen keek ik op. Ik had Jason nooit over zijn vrienden horen praten. Hij was altijd bij mij of gewoon thuis, zoals ik weet.

"Hoe kennen jij en Jason elkaar?"

Uit nieuwsgierigheid vraag ik verder. Floris begint nu te lachen, een kille lach, waar ik rillingen van krijg. "Dat moet je aan hem zelf vragen. Waar is hij eigenlijk?"

Nu was het mijn beurt om te grinniken. "Ruzie," antwoordde ik simpel en in zag een grijns spelen rondom zijn lippen.

"Je kan dus nergens naar toe?" Een rilling vloog over mijn rug naar mijn benen toe. Ik wilde ja zeggen, maar hij wist dat ik nergens naar toe kon. Jason zal vast alles verteld hebben.

"Eigenlijk niet nee." Ik kan naar Melda toe, maar die heb ik nu al zo vaak lastig gevallen. Ik kon altijd bij ze terecht, maar dit is mijn probleem en die moet ik zelf oplossen.

"Mag ik Jason misschien bellen?" vraag ik aan Floris.

Hij knikt en haalt zijn telefoon tevoorschijn, een gouden IPhone 6. Hij ontgrendelt zijn telefoon en geeft hem aan mij, met de nummer van Jason op het beeldscherm.

Ik hou de telefoon tegen mijn oor en hoor de standaard piepjes. "Ik ga niet meer verder met dat plannetje. Ik hou fucking veel van haar!" roept Jason door de telefoon en van schrik deins ik maar achter.

"Jason, ik ben het, Ashley," zeg ik wat twijfelachtig. Ik heb hem nog nooit boos gehoord.

"Ashley? Oh god sorry. Waarom bel je met Floris' telefoon?" Ik hoor dat hij schrok, van alles wat jij net door de telefoon heeft geschreeuwd.

"Ja ik ben het inderdaad. Hij is in het ziekenhuis en vertelde dat hij een vriend van jou is." Ik hoor een zware ademhaling door de telefoon en meteen weet ik dat hij boos is.

"Jullie zijn nu nog in het ziekenhuis toch?" snauwt Jason en ik knik.

"Ja of nee Ashley?!" Weer knik ik, maar dan besef ik dat hij het niet kan zien.

"Ja, ja i-we zijn daar."

Ik hoor Jason opgelucht ademhalen en frons met mijn wenkbrauwen. "Blijf daar, ik kom er zo snel mogelijk aan. Als hij wilt gaan moet je zo veel mogelijk tijd rekken, begrepen?" Zijn stem is waarschuwend en ik heb het gevoel dat de oude Jason weer terug is.

"Ja. Ik hou van je, kus!" Ik hang meteen op en heb spijt van wat ik net hem gezegd. Ik heb tegen hem gezegd dat ik van hem hou, terwijl alles steeds moeilijker en ingewikkelder wordt.

Ik geef Floris zijn telefoon terug en ga weer zitten, met mijn tijdschrift op mijn schoot.

Als Floris me wilt meenemen en ik schreeuw zullen de zusters me wel helpen, toch?

Desnoods de bewakers?

"Wat zei dat liefdevolle vriendje van je?" Floris legt zijn hand op mijn schouder en ik voel hoe koud zijn hand is.

"Niks bijzonders, hij komt hier morgen weer." Ik had het gevoel dat liegen nu het beste was. Misschien is het wel Jasons schuld, wat er ook speelt, maar ik moet mezelf en hem redden.

[Jason P.O.V]

Haastig zoek ik mijn autosleutels en zie mijn opa verbaasd kijken. Ik wuif het weg en maak een gebaar dat hij met me moet meelopen.

"We gaan naar het ziekenhuis, opie." Mijn opa kijkt me verschrikt aan.

"Ik leg het wel uit." Mijn opa knikt en gooit zijn autosleutels naar me.

Mijn opa heeft een mooie Porsche, waar niemand aan mag zitten. "Hij wordt toch van jou." Ik glimlach dankbaar naar mijn opa en pak mijn jas van de kapstok.

"Waarom zijn we onderweg naar het ziekenhuis met zo'n vaart?" Ik rijd inmiddels 140 kilometer per uur en zie mijn opa soms verschrikt kijken, als ik moet remmen.

"Het meisje, Ashley, is daar," antwoord ik zijn vraag en zie dat hij knikt.

"Haar moeder lag in het ziekenhuis toch?" vraagt hij door.

Ik heb alles aan mijn opa verteld. Over onze ontmoeting - wat je een ontmoeting kan noemen-, over de deal met Floris, over haar moeders ongeluk en over onze ruzie. Mijn opa heeft op allerlei manieren gezegd dat het fout is, wat ik heb gedaan.

"Je gaat haar de waarheid vertellen, Jason. Ze kan een tijdje boos zijn, maar ik heb het gevoel dat jullie weer bij elkaar zullen komen."

Ik glimlach even naar mijn opa en neem de afslag naar de ziekenhuis. Ik parkeer voor het ziekenhuis en stap meteen uit. Ik zie vanaf mijn ooghoeken dat mijn opa me achtervolgd en ren door de gangen heen.

"Niet rennen jonge man!" schreeuwt een receptioniste naar me.

Ik negeer het en ren naar de juiste verdieping. Ik stop bij de deur en zie Ashley en Floris zitten. Floris heeft zijn arm om Ashley heen geslagen, die een tijdschrift leest. Haar blik is gericht op de grond en ik speel wat met me horloge, om haar aandacht op mij te vestigen. Als het licht van mijn horloge op haar schijnt, kijkt ze precies in mijn ogen en ik gebaar dat ze stil moet zijn.

"Jezus," hijgt mijn opa achter me en komt aan wandelen met zijn stok.

"Sorry opie." Hij wuift het weg en vestigt zijn aandacht nu ook op Ashley en Floris.

"Loop gewoon naar binnen," zegt mijn opa en ik doe wat hij zegt. Ik duw een klapdeur open en loop naar binnen.

Meteen kijkt Ashley op en ik zie dat ze glimlacht. Floris heeft zijn blik gericht op zijn telefoon en ik doe zo zachtjes mogelijk. Met een zucht ga ik zitten en zie Ashley knikken, vanuit mijn ooghoek. Mijn opa neemt plaats naast me en pakt een krant.

"Ik had je al gezien, Antonio." Ik verstijf bij het horen van mijn achternaam.

This Time It's DifferentWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu