Hoofdstuk 29

3.9K 140 30
                                    

Roxanna

Gapend liep ik samen met Cameron de aankomsthal in. Cameron had een bagagekarretje gepakt en onze koffers erop getild. Ik rekte me uit en liep arm in arm samen met Cameron richting de uitgang. Raymond had me gevraagd om op de parkeerplaats te wachtten.

"Ben je moe, prinses?" vroeg Cameron.

Ik hield Camerons arm steviger vast en knikte. "Best wel." antwoordde ik met een vermoeide stem. "En jij? Ben jij moe van de reis?"

Cameron maakte een nadenkend geluid. "Uhm... Niet heel erg moe, ik heb wel lekker geslapen. Ik zat naast mijn prinses en die zat ook lekker te slapen, dus ik had het wel fijn." zei hij met een glimlach.

Ik glimlachte. "Je maakt me echt gelukkig." zei ik.

"Natuurlijk, ik bedoel ik ben de enige echte Cameron Morgan, als je me ziet wordt je al gelukkig, net als iedereen." zei hij.

Lachend rolde ik mijn ogen. "En je bent weer eens in je arrogante rol."

"Roxy!" riep ineens de stem van Raymond over de parkeerplaats. Hij stond een aantal meters verderop en was hevig met zijn armen heen en weer aan het zwaaien. "Roxy!" riep hij weer. "Roxy! Ik ben hier, Roxy!"

Cameron en ik waren gestopt met lopen en waren met grote ogen naar Raymond aan het kijken van een grote afstand. Grote ogen van verbazing, maar ik vooral omdat ik me er best wel voor schaamde. Ik bedoel, als je vader je roept en hevig zwaaide met zijn armen terwijl je vriendje erbij staat, is het best wel gênant.

"Is... dat je vader?" vroeg Cameron stotterend.

Langzaam knikte ik. "Ja." antwoordde ik. "Ja, dat is hij."

Samen met Cameron liep ik naar mijn vader. Ik omhelsde Raymond stevig en kreeg een kus op de voorhoofd van hem. "Leuk je weer eens te zien, lieverd." zei hij met een grote glimlach. De ogen van Raymond gingen van mij naar Cameron. "En jij moet vast en zeker Cameron zijn, niet waar?"

"Leuk u te ontmoeten, meneer Coldblood Shay." zei Cameron terwijl hij zijn hand uitstak naar mijn vader. "Ik ben Cameron Morgan."

Raymond schudde de hand van Cameron en knikte. "Insgelijks, Cameron." zei Raymond met een grote glimlach.

Gelukkig... Raymond mag hem.

Er verscheen ook een grote glimlach op mijn gezicht door mijn gedachtes. Maar ik had te vroeg gejuicht, want Raymond was nog niet klaar met zijn woordje: "En voor jou is het commandant Coldblood Shay."

Ik zat er dus helemaal naast; Raymond mocht Cameron niet... Meestal zou je Raymond tegen hem mogen zeggen, maar als hij zegt dat je hem commandant Coldblood Shay moet noemen... Dan zit je niet eens in de buurt van de ik-mag-je-buurt, dan zit je meer in de ik-haat-je-en-blijf-van-mijn-dochters-af-buurt.

Cameron knikte niet begrijpend.

Ik haalde de koffers van het bagagekarretje en legde die rechtop op de grond. Cameron bracht het bagagekarretje terug en liep vervolgens terug naar ons. Hij pakte zijn koffer en trok die van mij ook mee. Ik pakte mijn schoudertas van de grond en liep met mijn vader mee.

"Hoe was de vlucht, schat?" vroeg Raymond glimlachend.

Ik haalde mijn schouders op. "Ik weet niet, ben een beetje moe."

Raymond knikte. "Het is die witte Range Rover!" riep hij naar Cameron.

Cameron liep naar de auto en begon te wachtten op ons. Al snel waren we er en maakte mijn vader de achterbak open, zodat we de koffers erin konden leggen.

De hele rit was het stil, niemand zei wat. Er hing een ongemakkelijk sfeer in de lucht. Nerveus friemelde aan ik aan een blonde lok.

Ineens stopte mijn vader bij een appartementencomplex. Ik keek uit het raam van de auto.

The Bad Boy Next DoorWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu