*Annelien pov*
"Wat bedoelt u met 'buiten de muur'?" "Dat wordt je allemaal nog wel uitgelegd maar voor nu moet je met me meekomen." "Waarheen?" "Dat zie je wel als we er zijn." We lopen door veel gangen. Als ik naar buiten kijk zie ik een verlaten landschap. Dit is Chicago niet meer. Ik zie een raar wit ding naast het gebouw staan. Het heeft vleugels aan beiden kanten en is echt enorm. "Wat is dat?" Vraag ik terwijl ik het rare ding aanwijs. "Oh dat. Dat is een vliegtuig. Fantastische dingen." We lopen verder en komen bij een laboratorium uit. Als David de deur open doet met zijn pasje komt een jongen tevoorschijn. "Hier is ze Matthew." De jongen draait met zijn stoel mijn kant op. Een glimlach vormt op zijn gezicht. "Annelien. Dochter van Jan en Mary. Zus van Willem en klein zusje van Lena." "Euh ja hoe weet jij dat nou weer?" "Ik weet alles van je." "Oke dan laat ik het hierbij. Matthew pas goed op haar. Annelien houdt je aan zijn regels." Met dat verdwijnt David. Matthew rommelt in een kastje en haalt er een spuit uit. Mijn ogen worden groot als ik voetje voor voetje een stap naar achteren zet. Ik denk dat Matthew mijn angst door heeft. "Het spijt me maar het moet." "No nee nope no way dat dat ding in mijn buurt komt." Mijn rug raakt de muur. Matthew loopt voorzichtig op me af totdat hij recht voor me staat. Pas nu zie ik hou knap hij eigenlijk is. Gehypnotiseerd door zijn ogen voel ik niet dat hij van achteren de naald mijn arm in drukt. Pas als hij hem eruit haalt lijk ik weer terug te komen op aarde. "Dat was niet zo erg." "Dat was ook nog maar de verdoving." Mijn ogen worden weer groot als hij een nog grotere naald eruit haalt. Ik zie zwarte vlekken langs mijn zichtveld en voordat ik het weet lig ik op de grond terwijl mijn ogen sluiten.
*Hannah pov.*
Het is kwart over acht als ik me in het bos bij Eruditie bevind. Ik huiver als er een koude windvlaag langs waait. Het word herfst. De bomen beginnen lichtjes te verkleuren. Ik zucht diep en hoor voetstappen achter me. Ik draai me om maar zie niks. Ik draai me terug om en schrik als ik mijn moeder recht voor me zie. "Hannah goed je weer te zien." Ik knik als antwoord. "Helaas kunnen we hier niet blijven. Ik vrees dat we in de gaten worden gehouden." Zegt ze terwijl ze recht langs me heen kijkt. "Morgenavond 10 uur bij het factielozen gebouw. Neem afscheid van je geliefden je zal ze waarschijnlijk niet meer zien." Ik hoor voetstappen achter me. Ik draai me om en zie Eric met een achterdochtige blik op me aflopen. Als ik me terug draai naar mijn moeder is ze weg. "Wie was dat?" "Euhm gewoon een vrouw ze zocht de weg." "Ze leek wel heel erg op jou." Mijn handen trillen dus ik pak mijn shirt vast en probeer zo mijn handen te verbergen. "Het was gewoon een vreemde. Excuseer mij ik moet gaan." Ik loop langs hem en schrik op als hij mijn arm vastpakt. "We houden je in de gaten. We volgen elke stap die je zet dus denk erom." Ik ruk mijn arm los. "Maak je maar geen zorgen met mij zul je geen problemen hebben."
Ik ren bijna naar mijn appartement en zodra ik binnen ben doe ik de deur op slot. Bezorgd kijk ik om me heen en krijg opeens dit akelig gevoel dat ik in de gaten word gehouden. Ik loop naar het raam in mijn woonkamer en als ik naar buiten kijk zie ik net iemand wegkijken van mijn raam. Ik sluit de blauwe gordijnen. Ik ren naar de badkamer en pak een handdoek. Ik moet morgen iets van een wapen hebben en sinds ik van Jeanine al mijn 'mogelijk gevaarlijke' wapens heb moeten inleveren is dit de enige manier. Ik wikkel de handdoek strak om mijn hand. Ik kijk omhoog in het spiegelbeeld van mij maar wat ik zie maakt me bang. Ik zie er niet meer uit zoals eerst. In mijn ogen lijk ik angst te kunnen zien. Mijn haar hangt in losse slierten langs mijn hoofd. Mijn gezicht is witter dan ooit. Maar het belangrijkst is dat ik er zwak uit zie. Ik haal diep adem en stomp zo hard mogelijk met mijn hand op de spiegel. Het maakt verdacht weinig geluid. Ik pak de scherven die er erg scherp uit zien en verstop ze onder m'n bed. Ik ruim de rest op en zet net de bezem terug als er op mijn deur wordt gebonkt. "Hannah doe open!" Yeeh het is Eric nou dit maakt me zo blij!!! Ik loop naar de deur en als ik hem open doe stormt Eric naar binnen. "Je moet weg." "Wat?" "Je moet weg! Ik wil je niet meer hier. Je zorgt alleen maar voor afleiding." Ik voel vlagen van boosheid door me heen stromen. "Wat?! Je wilt me weg hebben? Na alles wat ik voor je heb gedaan." "Je hebt niks voor me gedaan ga maar lekker terug naar je moeder." "IK HEB VERDORIE ALLES ACHTERGELATEN VOOR JOU!!! MIJN BROER, MIJN FAMILIE, MIJN ALLES!!!! EN NOU WIL JE ME WEGHEBBEN?! WEET JE WAT ERIC, FLIKKER TOCH EEN EIND OP! IK BEN KLAAR MET JOU!"
Ik ren naar mijn slaapkamer en pak dingen die me nuttig lijken. Ik storm langs hem heen en begin te rennen. Ik stop voor Lila's huis en ik loop naar binnen. Ik zie Lila aan de tafel zitten. Ik loop snel naar haar toe en bedenk tegelijkertijd een afscheid. "Hey Hannah." Zegt ze met een warme glimlach. "Lila ik moet gaan." Lila's glimlach verdwijnt gelijk. "Wat? Waarom?" "Ik ben niet meer veilig hier. Eric wil me weghebben en ik moet gewoon gaan." "Laat me met je meegaan." "Lila dat kan echt niet." "Ja maar ik kan helpen. Alsjeblieft laat me hier niet alleen!" Mijn hart breekt als ik het meisje voor me aankijk. "Goed pak je spullen maar wel snel!" Lila lacht en rent naar de slaapkamer. 2 minuten later staat ze voor me met een rugzak op haar rug. "Kom op we moeten gaan." Ik pak Lila's hand en samen lopen we naar de uitgang. Maar net als we voor de uitgang staan gaat er een alarm af. Uit mijn ooghoeken zie ik mensen met geweren op ons afstormen. "Lila rennen!" Ik hou haar hand stevig vast terwijl we samen wegrennen. Een mes vliegt langs mijn oor. Ik draai me om en zie een vrouw met messen staan. "Lila ga! Blijf in het bos! Stop bij de eerste factieloze die je ziet en zeg dat je gestuurd bent door Hannah!" Ik duw Lila weg van me en zie hoe ze het bos in rent. Ik richt me weer op de vrouw en pak het mes dat ze net naar me gegooid heeft. Ik gooi en hij komt precies in haar oog terecht. Ik kijk toe hoe ze schreeuwend op de grond valt en een klein stukje van mijn hart breekt af. Ik draai me om en ren in de richting waar Lila verdween.
Hey iedereen ben ik weer. ********* griep!! Ik haat ziek zijn! Iemand anders hier die de griep heeft of de griep heeft gehad?
Even een ander vraagje wat vinden jullie van Hannah?
En zal ze Lila terug vinden?
Groetjes,
Iris
JE LEEST
This world will never be the same. Divergent.
Fanfictie(Divergent) Hey iedereen, Ik had vorig jaar besloten een boek te schrijven over Divergent. Ik had eerst heel erg het idee om het over Eric te doen (dat merk je ook als je het boek leest) maar hoe verder ik kwam hoe meer personages er bij mij opkwam...