4. Draak of Monster

275 36 4
                                    

De zon bescheen zachtjes mijn verslagen gezicht, deed mijn huid glanzen in vol glorie, terwijl ik niets liever had gewild dan te verdwijnen in de duisternis

Deze afbeelding leeft onze inhoudsrichtlijnen niet na. Verwijder de afbeelding of upload een andere om verder te gaan met publiceren.

De zon bescheen zachtjes mijn verslagen gezicht, deed mijn huid glanzen in vol glorie, terwijl ik niets liever had gewild dan te verdwijnen in de duisternis. Te jammeren van verdriet, omdat zelfs mijn eigen soort me haatte. Ik had een kant gekozen, de kant waar ik niet thuishoorde, de kant van mijn vijand. Het soort dat wij al die jaren zo hadden gevreesd.

Twijfel leek me van binnen te verscheuren, en de grond onder me prikte in mijn voetzolen. Ik wilde opstijgen, zeggen dat het me speet. Ik wilde zeggen dat ik me voortaan zou gedragen, zou gedragen zoals zij. Ik wilde opstijgen, maar het meisje voor me keek me hoopvol aan, en ik wist: ik wilde niet zijn zoals zij.

Mijn vleugels sloegen neer, vastbesloten om nooit meer de drang te voelen op te stijgen en hen te zoeken. De stemmen en twijfels in mijn hoofd stierven weg, gedood door een glimlach zonder angst. Want eindelijk werd er naar mij gekeken zoals ik gezien wilde worden. Ik was geen monster, ik was een draak.

Een draak. Een woord dat uit haar mond zo anders klonk dan hoe het door de stenen straten van haar soort werd uitgesproken. Een draak, slechts een lettergreep die haar soort deed huiveren, die hun harten sneller deed kloppen van woede, angst en haat.

Die draak, groot als een berg, met scherpe klauwen, vuur kolkend in zijn maag. Een bek gevuld met slagtanden, als trouwe dienaren van zijn lust. Die draak waarover haar soort sprak, dat was ik niet. Ik was de kleine draak. Die draak die misschien niet anders oogde dan andere draken. Maar zij zag het, zij wist het.

Ze noemde mij de kleine draak, niet omdat ik klein was, noch omdat ze zoveel verstand had van draken dat ze kon zien dat ik nog een jonkie was. Ze noemde me de kleine draak, omdat ze voelde dat ik onschuldig was. Zo onschuldig als een klein meisje zoals zij.

De kleine draak, een naam waaraan ik trouw bleef terwijl de seizoenen verstreken, en mijn kleine meisje zo klein niet meer bleef.

Ze vertelde me dat ze Onia heette, een naam die ik zo graag had willen uitspreken. Een naam die ik met evenveel liefde over mijn tong had willen laten rollen zoals zij dat deed met de mijne.

De Kleine DraakWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu