Hoofdstuk 31

32 3 0
                                    

'Deze jurkjes zijn ook leuk' zegt Crase die naar een kledingrek rent. We zijn in de stad, kleding aan het uitzoeken voor het schoolfeest. Ik had best veel zin om te gaan shoppen maar na vanmiddag eigenlijk niet meer.

'Lily? Wil je liever een jurkje of kort broekje met een shirtje?' Vroeg Crase die een aantal kleding stukken vast had. Allebei liever niet. Ik ga liever in een boerka naar het feest. Dan hoeft niemand te zien dat ik het ben. 'Wat jij wilt' antwoordde ik. 'Oké, dan gaan we voor een kort broekje met een shirtje' zei ze vastbesloten en duwde een aantal kleding stukken in mijn handen.

'Lars zijn neus moest in het ziekenhuis recht gezet worden hoorde ik' zei Crase toen we in de pashokjes stonden. 'Wie is Lars?' Vroeg ik. 'Één van die jongens die aan het vechten was' zei ze en ik hoorde haar het pashokje uitlopen. Ik kwam ook naar buiten.

We hadden allebei een wit broekje aan met een rood hemdje er boven. 'Nee dit is het niet' zei Crase en ze liep haar kleedhokje weer in. Net als ik.

'Had die andere gast nog verwondingen?' Vroeg Crase. 'Nee' antwoordde ik. 'Waarom gingen ze überhaupt vechten?' Vroeg Crase meer aan zich zelf dan als echte vraag. 'Ik heb echt geen idee' antwoordde ik terug. Wist ik het maar...

Na 2 uur lang shoppen hadden we eindelijk iets gevonden. Een donker grijs broekje met studs. Het shirtje is wit met zwarte letters. Opzich wel een leuke combi.

'Zullen we nog naar mijn huis gaan?' Vroeg Crase op de terug weg. 'Sorry ik moet optijd thuis zijn, ander keertje?' Antwoordde ik. Ik hoefde dat helemaal niet, maar ik wilde gewoon heel graag naar huis. 'Oh oké, maakt niet uit. Dan zie ik je morgen wel weer op school' zei ze een beetje teleurgesteld. Zo vervelend als mensen dat doen.

Toen ik thuis kwam ben ik meteen naar mijn kamer gegaan. Mijn moeder was toch nog niet thuis. Ik liet mezelf op mijn bed vallen en ik pakte mijn telefoon. Ik probeerde Luke nog een keer te bellen, maar zoals ik al verwacht had nam hij niet op.

Zou ik anders bij hem langs gaan? Naja hij wilt me niets voor niets niet zien... Ik stel het nog wel even uit. Misschien is er niks aan de hand en is hij morgen alweer op school.

Ik legde mijn telefoon weg en pakte mijn huiswerk voor me neus. Leuk, wiskunde... Waarom bestaat het? Het enige waar ik ooit wiskunde voor nodig heb gehad is toen ik ooit een broek wilde kopen in Amerika maar daar werken ze met andere maten. Dus ze hadden er heel lief een tabel bij gezet zodat ik het kon omrekenen. Maar verder niet dat ik weet.

Nadat ik klaar was staarde ik een beetje naar het plafond. Ik verveelde me. Het enige waar ik aan kon denken waren Luke en de rest. Ik kon zelfs niet aan Cindy denken, wat ik normaal 24/7 deed. Sinds ik hun heb ontmoet voel ik me...een soort...ja hoe leg je dat uit..? Levendig?

Ik lag nog een beetje te piekeren en toen besloot ik toch maar langs te gaan. Ik pakte mijn fiets en fietste richting het bos. Toen ik bij het bos aan kwam stopte ik even. Is dit wel het juiste om te doen? Ach fack it ik ga gewoon.

Toen ik aan kwam bij het huisje was het stil. Ik hoor alleen het geritsel van de blaadjes en de vogeltjes die druk aan het fluiten waren. Maar geen teken van een ander levend wezen.

Ik liep richting het huisje. Ik klopte op de deur. En na een tijdje nog een keer. Maar er werd niet open gedaan. Ik keek naar binnen, via het raam naast de deur. Binnen was het een enorme puinhoop. Als of er een bom was ontploft. Kasten lagen omver, kleding lag overal op de grond, de bank en de stoelen lagen op hun zij, borden en glazen lagen kapot op de grond ect.

Ik schrok een beetje van de bende, waardoor ik uit een soort paniek aanval keihard op de deur begon te bonzen. Toen dat geen zin had rende ik naar de schuur die open stond. Daar was niemand. 'Hallo..?!' Riep ik. Maar ik kreeg geen antwoord.

Ik rende naar de deur die de schuur en het huisje van elkaar scheid. Shit, ook op slot... Ik bonsde ook op deze deur en trok aan de hendel in de hoop dat hij open ging. Toen ik merkte dat dat niet veel zin had rende ik terug naar buiten. De auto van Luke stond nog op het terrein. Zijn fiets staat in de schuur, maar waar is hij?

Ik ging op de veranda zitten en mezelf kalmeren. Misschien is hij een wandeling gaan maken. Of is hij naar het huis van de rest van de 'roedel' ofzo? Ik weet het niet. Maar er zal vast niks aan de hand zijn. Ik maak me altijd druk om niks.

Toen ik mezelf weer tot rust had gekregen, had ik voor mezelf besloten om hier op hem te wachten. Ik had thuis toch niks beters te doen. Ik voel me nu wel een beetje een stalker. Maar ik wil gewoon zeker weten dat alles goed gaat. Dat doen vrienden toch?

'Die komt voorlopig niet thuis hoor' hoorde ik een stem vanuit het bos komen. Ik herkende de stem niet. Het was een vrij zware mannen stem, waarvan ik een beetje schrok. Ik was uit schrik reactie overeind gekomen. Ik hoorde de voetstappen dichterbij komen, maar ik kon nog niet zien wie het was.

Full MoonWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu