Hoofdstuk 12

1.2K 100 27
                                    

Iedereen die met mij mee gaat, bereid je vast voor. Morgen vertrekken we."
Bepakt en bezakt vertrokken we. Mike had goed werk verricht. De groepen waren eerlijk. Ian, Carlos, 12 anderen en ik gingen met Anna mee. Het tempo zat erin. Anna liep voorop.
Ik had me de hele nacht voorbereid op de wespen. Ik wist precies welke planten, kruiden en bessen we nodig hadden voor een tegengif. Ook wist ik hoe we onszelf konden beschermen tegen de wespen. Met een laagje modder. Anna begon te praten: "Over een km of zo iets zijn we bij mijn kampje." "Oké jongens, ook jij Anna, smeer een laagje modder over je heen. Ik weet dat het vies is, maar zo ben je beschermt tegen de wespen." "Ja Hazel dat weten we. Dat stond in één van de brieven." "Klopt." Antwoordde ik. "Maar niet iedereen heeft het meegekregen." Zo begonnen we met insmeren. Al snel zaten we onder de modder. "Laten we nu de kruiden, bessen en planten verzamelen die we nodig hebben" riep Ian. Hij noemde de namen van de planten en waar je ze kon vinden. Ik keek hem met open mond aan. "Hoe weet jij dit allemaal?" Vroeg ik. "Ik heb me met zoals jij verdiept in die wespen." Zei hij glimlachend, terwijl hij een plantje uit de grond trok.

Al snel hadden we de benodigde spullen en konden we het tegengif maken.
Ik liep naast Anna voorop. Ik hoorde angstaanjagende kreten. "Dit zijn m-mensen die g-ge-gestoken zijn." Zei Anna bibberend. Ik huiverde even. "Oké Anna wil jij een toespraak houden en zeggen dat ze naar ons moeten luisteren en doen wat ze zeggen?" "Ja doe ik" zei Anna vastberaden. Ze liep naar een verhoginkje en begon. "Leden. ALLEMAAL DE AANDACHT DEZE KANT OP EN LUISTER!" "Zo die stem had ik niet bij haar verwacht" riep een jongen achter mij. Daar was ik het eigenlijk wel mee eens. "DEZE MENSEN DIE JULLIE HIER ZIEN STAAN KOMEN ONS HELPEN. JULLIE WORDEN NIEUWE TEAMGENOTEN. WE SLUITEN ONS BIJ HUN AAN. IK ZOU ZEGGEN LUISTER NAAR WAT ZE TE ZEGGEN HEBBEN, ZE GAAN NU VOOR DE WESPENSTEKEN ZORGEN. OH JA ALS JE NIET GESTOKEN BENT DOOR EEN WESP SMEER JE JE VOL MET MODDER. DAT STOOT DE WESPEN AF. VRAGEN? NEE? NOU GA KLAAR STAAN IN EEN RIJ ALS JE GEHOLPEN WILT WORDEN." Meteen omstond er een rij. Pijnlijke kreten stegen op uit de rij. Ik begon met een jongen die duidelijk geen angst kenden. Hij zag er toch belabberd uit. Snel stopte ik wat van het tegengif om zijn mond. "Kauwen" riep ik. Hij begon braaf te kauwen en slikte het door. Eerst begin hij te trillen.... Was dat de bedoeling dacht ik van streek?... Ik voelde en hand op mijn schouder. Ik draaide mij om en keek recht in de prachtige ogen van Ian. "Kalm aan iedereen. Dit hoort. Hij valt zometeen in slaap. Als hij wakker is, dat is na ongeveer 2 minuten, is hij weer volledig de oude. Hij blijft overigens wel het litteken houden op de plek waar hij gestoken is." Zei Ian met een rustgevende stem. De jongen zakte in elkaar. Je hoorde een paar snurk geluiden uit zijn mond komen. 2 minuten later werd hij wakker. "Ik voel me weer zo gloed als nieuw" riep hij vrolijk. "Daar is onze Thomas weer terug." Riepen een aantal jongens, waarschijnlijk zijn vrienden.
Meteen begonnen ik en mijn team het tegengif in de monden van de patiënten te stoppen. Één voor één vielen ze in slaap en één voor één werden ze weer kerngezond wakker. Ik voelde me trots op mijn team.
"Kom jongens we gaan terug." Riep ik. "Kom we gaan mee." Riep Anna. "Pak je spullen iedereen, we vertrekken nu. Oh ja, vergeet je brieven niet mee te nemen."

We vertrokken gezamenlijk. Het was een hele optocht. Ongeveer 30 man. We kwamen geen andere mensen tegen. Terug in het kamp liep ik gelijk op Caden af. "Hey Caden. Was het een beetje vol te houden zonder mij?" Ik gaf hem een knipoog. "Haha, ja het ging eigenlijk prima. Er is niet echt iets bijzonders gebeurd." "Oké laten we even iedereen bijeenroepen. Ik heb een plan en dat wil ik graag uitleggen." "Hazel, ik denk dat het verstandiger is als we eerst gaan slapen." Zei Caden voorzichtig. "Iedereen heeft een lange dag achter de rug en is moe." "Dat is waar." Antwoordde ik. "Morgen. Morgenvroeg vertel ik mijn plan." "Dat is goed, Hazel. Weltruste." "Weltruste Caden." Antwoordde ik toen ik naar mijn boom liep.
Ian lag al in onze boom. Ja onze boom we hadden onze namen in de stam gekerfd. Ik sliep iedere nacht naast hem. We waren heel hecht geworden. "Hey Ian." Fluisterde ik. "Hey Hazel." Antwoordde hij. "Kom hier." Fluisterde hij terwijl hij zijn armen gespreid hield. Dat liet ik mij geen twee keer zeggen. Snel kroop ik tegen hem aan. "Mijn leven is zo veel beter geworden toen jij in mijn leven kwam." "Wat zei je Ian?" Vroeg ik, ik hoorde niet wat hij net fluisterde. "Niks, laat maar." Fluisterde hij. "Welteruste Ian, je bent zo veel voor mij gaan betekenen." "Weltruste Hazel, jij bent ook veel voor mij gaan betekenen."

-------------------------------------------------
Hey readers,
De jongen op de foto is Thomas. Laat alsjeblieft tips achter als je die hebt! Ook ben ik erg benieuwd wat jullie vinden van wat ik tot nu toe heb geschreven. Vinden jullie dit soort stukjes tekst aan het eind van mijn verhaal wel leuk? Of moet ik dat weg laten? Persoonlijk vind ik dan wel dat je dan meer met de 'schrijver' in contact staat. Maar zelf lees ik er vaak wel overheen;)
Don't forget to follow, vote and comment!
XX Lara

Kill Or Be Killed - Hazel ✔️Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu