10. Loopgravenkoorts?

364 9 0
                                    

Lloyd had er deze ochtend behoorlijk de pest in. Hij had de ochtendwacht gekregen aan de borstwering op precies dezelfde plek waar gisteren de jonge wacht, door een Duitse sluipschutter in zijn hals werd geraakt. Uitgerekend nu Lloyd voelde dat hij koorts had en zich steeds beroerder begon te voelen, kwam de regen met bakken de lucht uit. De gangen in de loopgraven veranderden door de onophoudelijke regen al snel in modderpoelen, die steeds lastiger begaanbaar werden. De 'duck boards', die nu op sommige plaatsen onder water stonden, werden behoorlijk glad. Het gebeurde regelmatig dat een onfortuinlijke soldaat luid vloekend onderuit ging. Het artilleriebombardement op de Duitsers ging nog steeds onophoudelijk door, hoewel Lloyd de indruk had dat het 's nachts in hevigheid afnam, maar echter nooit ophield. Voorzichtig schoof hij het jute gordijntje van het schietgat een klein stukje opzij en keek hij naar de Duitse linies. Er was niets wat op vijandelijke activiteiten leek. "Dat kan ook niet." bedacht Lloyd zich. "Er is tijdens zo'n beschieting geen mof die zijn kont uit zijn schuilhol steekt." De gedachte dat hij eigenlijk voor niks de wacht hield en het feit dat hij tot op het bot nat was geregend, zorgde ervoor dat Lloyd's stemming tot een absoluut dieptepunt was gedaald. Hij haalde zijn gouden zakhorloge tevoorschijn en keek op het uurwerk. "Kwart voor acht." zag Lloyd. Hij hield het horloge van zijn grootvader tegen zijn oor, maar kon door het artilleriebombardement, het zachte, vertrouwde tikken, niet horen. Nog een kwartier en dan zou hij door Timothy afgelost worden en zou hij proberen om in zijn, in de wand van de loopgraaf uitgegraven, kleine, éénpersoons schuilhol, proberen om nog wat te slapen.

Om precies acht uur meldden Timothy, Sergeant Evans en een Lloyd onbekende kapitein zich bij de wachtpost. Lloyd nam houding aan en salueerde naar de drie mannen die voor hem stonden. "Plaats rust, Korporaal." zei de kapitein vriendelijk. Timothy nam plaats op de "fire step", de opstaande rand in de loopgraaf die het mogelijk maakte om door het kijkgat of, in de meeste gevallen, over de rand van de borstweringte kijken. Lloyd droeg de wacht over aan Timothy met de officiële mededeling dat er zich geen bijzonderheden hadden voorgedaan. Sergeant Evans stelde de kapitein aan Lloyd voor. "Korporaal," begon Evans. "Dit is Kapitein Edwards. Hij is de plaatsvervanger van de vorige maand gesneuvelde Kapitein Morris." Ditmaal schudde Lloyd de hand van de kapitein, waarbij hij zich aan de lange officier voorstelde. De kapitein bleek een correcte officier te zijn. Vriendelijk en bezorgd naar zijn onderofficieren en manschappen, maar tegelijkertijd eiste hij discipline van hen en duldde geen tegenstand. Zijn lange gezicht met spitse neus werd opgesierd met een enorme snor, die de man tevens een wat komisch uiterlijk gaf. "Hoe lang heb je wacht gehouden, Korporaal?" vroeg de kapitein, die Lloyd bezorgd aankeek. "Twee uur, Kapitein." antwoordde Lloyd. "Je ziet wat bleek, Korporaal. Voel je je eigenlijk wel goed?" Evans keek de kapitein verwonderd aan. De sergeant was helemaal niet gewend dat officieren zich het persoonlijk welzijn van hun manschappen aantrokken. Hemzelf kon het helemaal niets schelen of een soldaat ziek was of niet. Wanneer de persoon in kwestie fit genoeg was om zijn taken uit te voeren, was dat voor de sergeant meer dan voldoende. De vraag van Kapitein Edwards vond Evans dan ook vreemd en ongepast. "Goed genoeg om mijn dienst te vervullen, Kapitein." beantwoordde Lloyd de vraag van Kapitein Edwards. De Kapitein bekeek Lloyd nog eens aandachtig en had meteen door dat deze zich beter voordeed dan hij in werkelijkheid was. "Sergeant!" riep Edwards naar Sergeant Evans. "Breng deze man naar een verbandpost, zorg ervoor dat ie zich naar behoren kan wassen en droge kleding aantrekt!" Sergeant Evans antwoordde de kapitein met een simpel: "Zeker, Sir." "Oh, en Sergeant," ging de kapitein verder. "Zorg ervoor dat ie door de hospik goed onderzocht wordt en Kinine tegen de koorts krijgt. Daarna verplicht zes uren rust. Loopgravenkoorts is wel het laatste wat we hier kunnen hebben." Lloyd schrok bij het horen van het woord loopgravenkoorts. De ziekte ontstond als gevolg van een infectie die veroorzaakt werd door vlooien en luizen.Éénmaal besmet met loopgravenkoorts, kon de patiënt, in het ergste geval, zo snel achteruit gaan dat deze eraan kon overlijden. "Kom maar mee, Korporaal." zei Evans tegen Lloyd. Zwak, vermoeid en bij elke stap het gevoel hebbend te moeten overgeven, sjokte Lloyd achter Evans aan naar de dichtsbijzijnde verbandpost.

...en de engel sprak Duits.Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu