Hoofdstuk 4

126 12 3
                                    

Liselotte zucht vermoeid. De peuk die ze op het PD heeft gevonden, is door haar fout onbruikbaar geworden. Ze moet het vertellen aan van Zijverden, maar de forensisch rechercheur durft niet. Tot overmaat van ramp is ze net gebeld door de ouders van Bram; Lova is ziek. Liselotte heeft met haar schoonouders afgesproken dat Lova bij haar opa en oma mag blijven, maar toch vindt Liselotte het heel vervelend. Ze wil naar huis als haar meisje ziek is. Voor haar zorgen als dat nodig is.

Na het sms'je van Bram, werd Liselotte alleen maar ongeruster. Ze kan zich al de hele dag niet concentreren. Haar hoofd zit bij Bram en bij Lova, niet bij haar werk. En dat haat ze, ze wil haar werk goed doen. Liselotte besluit om zo naar van Zijverden te gaan, om hem te vertellen dat het bewijs verknoeid is. Door haar. Liselotte zucht weer. Ze kan wel ontslagen worden.

De deur van het lab vliegt met een rotvaart open. Liselotte veert geschrokken op. "Oh, sorry. Ik wilde je niet laten schrikken." Fenna staat in de deuropening. "Het is alweer zes uur, zal ik je thuis afzetten?" Liselotte schudt haar hoofd. "Ik blijf nog even hier, moet nog wat afronden", mompelt ze. Eigenlijk heeft ze helemaal geen zin om door Fenna naar huis gereden te worden. Ze loopt straks wel naar huis, dan wordt haar tenminste ook niets over Bram gevraagd. "Weet je het zeker?" Fenna staat nog altijd in de deuropening. Haar gezicht staat bezorgd, ze heeft echt wel door dat haar collega ergens mee zit. Liselotte knikt. Ze weet het zeker. "Oké dan", zegt Fenna. "Ik blijf nog een halfuur hier, als je je bedenkt, zeg het gerust!" Weer knikt Liselotte. Op het moment dat Fenna de deur wil sluiten, houdt de forensisch rechercheur haar tegen. "Fenna?" Fenna kijkt op. Ze hoopt dat Liselotte met meer komt, maar weet eigenlijk al dat dat niet gaat gebeuren. "Wil je de volgende keer eerst drie keer kloppen voordat je binnenkomt?" Liselotte kijkt Fenna vragend aan. Zij perst een glimlacht op haar gezicht. "Tuurlijk, collega." Dan sluit ze de deur.

Liselotte zucht. Ze was weer bot. Zoals altijd. Zodra er spanning in haar lijf zit, kan Liselotte snel en vaak bot uit de hoek komen. Het vervelende is, dat haar collega's dat inmiddels ook wel doorhebben. Dan gaan zij weer vragen wat er is, en daar heeft Liselotte ook een hekel aan. Ze wil geen medelijden. Ze wil niet in het middelpunt staan. Ze is gewoon Liselotte, that's it.

Op het moment dat ze alles heeft opgeruimd en naar van Zijverden wil gaan, vliegt de deur weer open. Liselotte kijkt niet op of om, maar ergert zich kapot. "Fenna, ik heb je net gevraagd of je drie keer wilde kloppen", zegt ze geïrriteerd. "Oh, sorry." Liselotte kijkt verschrikt op. Shit! Dit is niet Fenna's stem, maar de stem van haar chef. Ook dat nog.

Liselotte kijkt haar chef verlegen aan. "Het spijt me", zegt ze zacht. Van Zijverden glimlacht vriendelijk. "Het maakt niet uit, ik had moeten kloppen." Liselotte houdt wijs haar mond. Even blijft het stil in het lab, dan begint van Zijverden weer te praten. "Liselotte, wil je even meekomen naar mijn kantoor?" Liselotte knikt voorzichtig. Haar baas klinkt niet boos. Misschien valt het allemaal wel mee. Ze loopt achter hem aan naar zijn kantoor. Onderweg ziet ze Fenna en Evert staan. Ze kijken haar aan. Liselotte kijkt weg. Vernederend dit; nu staat ze toch nog in het middelpunt van de belangstelling.

Van Zijverden opent de deur. "Ga zitten", zegt hij aardig, terwijl hij haar een stoel aanreikt. Liselotte gaat zitten. Ze kijkt haar chef stilletjes aan. "Hoe gaat het met je?" vraagt van Zijverden. Liselotte haalt haar schouders op. "Prima." Van Zijverden glimlacht professioneel. "Zeker weten?" Liselotte houdt haar mond. "Nou?" De forensisch rechercheur wordt knalrood. "Ik, euh", begint ze twijfelend. Haar baas knikt bemoedigend. "Ik heb het bewijs verknoeid."

Het blijft even stil. Dan staat van Zijverden op. Hij loopt naar zijn werknemer toe en hurkt naast haar. "Hoe is dat gebeurt?" vraagt hij. Hij klinkt nog steeds niet boos, verre van zelfs. Liselotte wrijft een traan uit haar ooghoek. "Sorry", mompelt ze. Van Zijverden pakt een tissue uit zijn broekzak. Dankbaar pakt Liselotte de tissue aan. "Wat is er gebeurt?" vraagt haar chef weer, als Liselotte is uitgehuild. Liselotte begint aan een stuk door te ratelen. "Alles gaat mis. Bram is ziek. Lova is ook ziek. Het bewijs is verpest. Ik kan me niet meer concentreren. De peuk is door de tang fijngeknepen, of door mij eigenlijk. Ik bedoel, ik had de tang vast. Maar ik schrok en toen -tsjak!- was 'ie kapot."

Van Zijverden klopt Liselotte op haar schouder. "Het maakt niet uit", zegt hij. "Het kan iedereen gebeuren." Liselotte schudt wild haar hoofd. "Het had niet mogen gebeuren. Ik snap het als u mij ontslaat." Van Zijverden begint te lachen. "Jou ontslaan? Ik ben niet gek. We hebben je nodig in het team, Liselotte." Liselotte haalt opgelucht adem. Na Bram en Lova is haar werk het allerbelangrijkste, dus ze wil haar baan het liefste behouden. Liselotte staat op. "Dan ga ik maar", zegt ze. Maar van Zijverden schudt zijn hoofd. "Nee, ga nog maar even zitten." Liselotte zucht. "Waarom?" vraagt ze twijfelend, hoewel ze weet wat er gaat komen. Van Zijverden gaat haar vast uithoren over Bram. "Lies, je collega's en ik maken ons zorgen om je. Vertel alsjeblieft wat er echt is, want anders ga je straks nog meer fouten maken." Liselotte slikt. Ze mag Bram niet verraden. Toch kijkt haar chef haar verwachtingsvol aan. "Je kan mij alles vertellen", besluit hij.

-------
Wat een toestand...

Moordvrouw: Zingen In De RegenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu