Liselotte vliegt. Nee, ze zweeft. Langs een eindeloze tunnel van licht. Het is fijn, het is zacht. Er lijkt geen einde aan te komen. Ze had dit nodig. Alles komt goed. Dit voelt geweldig. Emotieloos. Gevoelloos. Pijnloos.
Opeens verandert het gevoel in haar buik. Het zweven wordt ingeruild voor een vrije val. De kriebels in haar buik bewijzen dat. Oooh, dit gaat snel. Liselotte lacht. Dat ze dat nog kan. Gek. Net was ze nog zo fijn gevoelloos en emotieloos. En nu...
Nu wat? De val duurt lang. Het licht verdwijnt. Fack, dat had ze nou net nodig. Duisternis. Liselottes gezicht betrekt. Een steek in haar zij. Voelt ze dat nou goed? Heeft ze nou pijn?
P I J N
Het wordt steeds helser. Steek hier, steek daar. Op meerdere plekken, op hetzelfde moment.
Het licht verdwijnt, haar zicht verscherpt. Vaag dit. Eng zelfs. Wacht. Is dit eng? Voelt ze iets?G E V O E L
Ze wil geen gevoel. Liselottes hart klapt ineen. Ze heeft hier geen zin in. Maar dat is nog een gevoel. Ze kan het niet uitzetten. Haar gevoel niet. De pijn niet. Wie heeft haar dit aangedaan? Diegene moet wel écht een asshole zijn. Woede. Verdriet.
E M O T I E
Het komt terug. Alles komt terug. De paniek in haar lijf, de kriebels in haar buik, de pijn in haar lichaam, het gevoel en de gedachten in haar hersenen, de ellende om haar heen, het zicht, het geluid, de omgeving, de emotie. Pijn. Gevoel. Emotie. Allemaal.
Was alles wat ze minuten geleden voelde loos alarm? Pijnloos alarm. Gevoelloos alarm. Emotieloos alarm. Het licht. Het zweven. Was het allemaal loos? Of is dit loos?
Loos is een ander woord voor mis. Of voor verkeerd. Liselotte weet dat echt wel. Haar algemene kennis is simpelweg vrij goed. Is deze situatie loos? Ze heeft geen idee. Stuitend. Situatie loos of Situatieloos. Een spatie veranderd de betekenis. Fascinerend. Misschien is Liselotte wel situatieloos. Misschien is er geen situatie. Misschien is alles nep. Een ding is zeker; dit voelt veel minder fijn. Waar is het licht?
Hels geluid. Scherp. Schel. Het doet pijn aan haar oren. Alles doet pijn. Pijn. Overal. Veel pijn. Haar handen wrijven over haar lichaam. Plak. Plak. Plak. Er kleeft iets aan haar lichaam en nu zit het ook aan haar handen. Liselotte brengt haar hand naar haar gezicht, maar ze ziet niets.
Ze ziet haar eigen handen niet. Haar eigen lichaam niet. De omgeving niet. Maar toch komt alles terug. Het is anders dan daarnet. Geen licht, ze vliegt niet meer. Ze valt en de klap komt hard aan.
Wilde ze dood? Heeft ze dit zelf gedaan? Ze is niet dood, Liselotte voelt dat ze ademt. Haar borstkas schiet op en neer. Paniekerig. Snel. Maar tegelijkertijd moeizaam en pijnlijk.
Er klinkt een geluid. Piepend en snikkend. Pas na enkele minuten heeft Liselotte door dat zíj dit geluid maakt. Is ze dan zo in paniek? Huilt ze? Ademt ze?
Er klinkt een schreeuw. Het klinkt boos en Liselotte deinst in elkaar. Schreeuwt er iemand tegen haar? Waar is ze dan? Wat is hier aan de hand?
Ze landt. Een bonk. Pijn. Gevoel. Emotie. Zicht. Het vallen is voorbij. Ze is terug.
Geschrokken kijkt Liselotte om zich heen. Haar nek brandt, haar lichaam protesteert als ze zich wil omdraaien. Haar handen grijpen naar haar been, als een scherpe pijn haar pest. "Au."
Ze praat. Ze hoort. Ze ziet.
Een cel. Er liggen gekke, langwerpige dingetjes op de grond. Liselotte laat zich zakken. Als ze haar kin op haar borst legt, ziet ze dat haar kleren rood zijn. Ze is dus gewond en niet zo'n beetje ook.
"Ze is weer terug op aarde, hoor. Die hoer." Een man staat voor Liselottes voeten. Ze kent hem wel ergens van, maar zeker waarvan is ze niet. De forensisch rechercheur weet ook nog steeds niet wat ze hier doet.
Liselotte ontvangt een harde trap. Ze kreunt. Ze was liever in de tunnel van licht gebleven, want dit is ook niets. Liselotte wil haar handen naar haar gezicht brengen, om een haar uit haar zichtveld te verwijderen. Een rode vlek verschijnt voor haar ogen. Haar handen zitten onder het bloed. Bloed! Gadverdamme.
"ZITTEN!" De man begint weer te schreeuwen. Hij doet zo onaardig. Liselotte weet niet eens wie hij is. "W-wat doe ik... hier?" mompelt ze uiteindelijk. De man lacht. Nee, hij grijnst. Die tand komt Liselotte bekend voor.
"Je blijft hier tot je collega's hebben betaald", zegt de man. Collega's? Betalen? Liselotte zucht. Het doet pijn, die zucht. Haar keel brandt. Haar collega's. Bram.
Bram! Waar is hij? Liselotte voelt haar borstkas weer op en neer bewegen. Dit gaat niet goed. Er is iets goed mis. Er is iets loos. Is ze in paniek? Huilt ze?
Ineens zijn haar gedachten terug. Ze weet weer waar ze is, ze weet wat ze hier doet. Wat er is gebeurt, is geen raadsel meer.
Liselotte kreunt. Dit stinkhok, is een cel. Ze wordt hier gevangen gehouden. Bram was er ook, maar die is net weggestuurd. Die klootzakken gaven haar een paar harde klappen. Ze spoten iets in haar nek. Gif. Of drugs. Is dat het? Was ze daarom in de tunnel van licht? Of was het écht een bijna-doodervaring?
Het gif waarmee ze haar hebben platgelegd, mengt nog steeds met bloed in haar lichaam. Liselotte weet dat ze ongeveer een kwartiertje weg moet zijn geweest. Haar geest dwaalde toen ergens rond, buiten haar lichaam, weg van de pijn.
Ze is terug. Ze leeft.
Maar ze is wel bij die van Gaal en zijn mannen. Bram moet haar komen halen. Haar collega's moeten dat geld gewoon betalen.Ze leeft. Maar de vraag is; voor hoe lang nog?
-----------------------------------
Sorry dat ik gisteren niet heb gepost, maar dit was heel moeilijk om te schrijven.Tips/reacties zijn zeer welkom!
JE LEEST
Moordvrouw: Zingen In De Regen
FanficVervolg op Dansen In De Regen Khalid is dood. Al enkele jaren. Maar geesten uit zijn verleden duiken op. Zij stellen Bram een keuze: meewerken, of ze pakken zijn gezin. Wat moet Bram doen? Wat moet hij zijn vriendin Liselotte vertellen? Hoe kan hij...