'Dat denk ik wel, wat moet ik doen voor u?'
'Haal Rocco voor me.'
'Uhm... oké, maar waar kan ik hem vinden?'
'In de kelder of de keuken.'
Ik sta op en zeg: 'En wat als ik hem niet kan vinden?'
'Dan kom je gewoon weer hierheen.'
Ik knik en loop de kamer uit. Als ik naar benden loop komt Rocco net de hal in. Ik ren snel naar hem toe. 'Ja Milena' vraagt hij.
'Ik moest u halen an uw baas.'
'Waar is hij?'
'Zijn werkkamer.'
Hij knikt en loopt weg. Snel loop ik achter hem aan. 'Waarom ben je niet bij je padre of zio' vraagt hij.
'Omdat zij moesten werken en de baas moet nu op mij letten.'
'Mmh.'
Hij stopt bij de werkkamer en klopt aan. 'Entrando' hoor ik de baas zeggen.
Rocco opent de deur en laat me naar binnen lopen. Ik ga weer bij het raam zitten. 'Grazie Milena' zegt de baas.
'Prego' zeg ik zacht.
De baas bespreekt even iets snel op zijn Italiaans met Rocco voordat hij weggaat. Ik ben ondertussen allang weer bij het raam gaan zitten. 'Milena' vraagt de baas.
'Sì?'
'Kom eens.'
Ik sta op en loop naar hem toe. 'Ruggero heeft een hond toch?'
Ik knik. 'Hoe heet die?'
'Waarom wilt u dat weten?'
'Kom op Milena, anders vertel ik je oom da-'
'Bobby, hij heet Bobby.'
'Goed, grazie.'
'Preggo' fluister ik.
Daarna ga ik weer voor het raam zitten. 'Hoe erg kunnen die straffen zijn als je me de naam van de hond zegt als ik ermee dreig om je vader of oom iets te zeggen?'
Ik sta op , loop om het bureau heen en laat hem mijn rug zien. Ik hoor hem naar adem happen.
p.o.v Ruggero
Ik ijsbeer door de woonkamer heen en weer. Nino zit op de bank met zijn voet omhoog. Eén van Fabrizio's mannen heeft hem in zijn voet geschoten. Het komt wel weer goed met hem. Maar het doet wel even een tijdje pijn.
Neta is niet gewond gelukkig. Ik heb alleen een gekneusde pols. Maar daar kom ik wel overheen.
Mijn oom komt de kamer inlopen. 'Doe maar rustig Ryu' zegt hij, 'we vinden haar wel.'
'We weten niet eens in welk huis ze is!'
'Je padre belt nu met hem.'
'Wat?!'
Ik storm naar boven en de werkkamer van mijn vader in. Hij legt de telefoon net neer. 'Wat zei hij?'
'Hij zegt niet te weten in welke van zijn huizen ze is.'
'We moeten haar vinden padre!'
'Dat weet ik, ik bel de spionnen wel op. Zij moeten weten waar ze is. Tot dan, doe maar rustig. Niemand daar zal haar pijn doen, dan zal Milena namelijk helemaal niets meer zeggen. Bij Milena moet je haar vertrouwen winnen. En Milena vertrouwt niet snel mensen. Dat weten jij en ik dondersgoed.'
Ik knik. 'Maar als iemand haar ook maar met verkeerde bedoelingen heeft aangeraakt, dan zal hij daar voor boeten!'
'Dat zal hij zeker. Dat zullen ze allemaal!'
JE LEEST
my boss, the Italian
General FictionMilena is als klein meisjes mishandeld door haar vader en oom. Ze is toen ze acht was uit huis geplaatst en heeft zich nooit echt geliefd gevoeld. Bij de gastgezinnen werd ze vooral genegeerd en mensen vertrouwen vind ze ook erg moeilijk daardoor. Z...