() 22 ()

536 21 0
                                    

p.o.v Chloe

De volgende dag loop ik weer naar het dorpje toe en het winkeltje in. Het meisje staat weer achter de kassa. 'Hey' zeg ik.

'Hoi' zegt ze.

'Wat is je naam eigenlijk?'

'Naomi, en hoe heet jij?'

'Chloe.'

'Alles wat je nodig hebt staat achterin.'

'Oké.'

Ik loop naar achteren en pak een doos met shampoo. Die begin ik in het rek te zetten. Tot 10 uur werk ik door en dan geeft Naomi me even pauze. Van twaalf tot één lunchen we samen. Daarna werk ik tot drie uur door en dan is alles wel zo goed als gevuld. 'Ik denk dat je wel klaar bent' zegt Naomi.

'Denk het ook wel' zeg ik.

'Is het goed dat ik je aan het einde van de week uitbetaal?'

Ik knik. 'Dat is goed hoor.'

'Zie ik je morgen dan weer?'

'Jup. Tot morgen.'

'Tot morgen.'

Ik loop de winkel uit. De man van gisteren staat weer op het plein. 'Jullie weten niet welk gevaar schuilt in het bos! Jullie stomkoppen!' 

De mensen lopen langs hem heen en negeren hem. Maar ik moet langs hem heen om in het bos te komen en bij het hutje. Ik begin naar hem toe te lopen. 'Vreemdeling' roept de man, 'heb jij ook verhalen gehoord over wolven?'

Ik kijk hem aan. 'Sterker nog, ik heb ze ook gezien.'

'Echt' vraagt hij, 'dus je gelooft me?'

'Jazeker, aan de andere kant van het bos zitten ze. In een kennel.'

Het gezicht van de man betrekt. 'Je zit me belachelijk te maken' roept hij kwaad.

'Misschien een beetje.'

'Wat is je naam vreemdeling?'

'Waarom zou ik je dat vertellen?'

'Wat heb je te verbergen vreemdeling?'

'Mijn naam is Chloe. En de jouwe?'

'Paul.'

'Prettig kennis te maken, dan ga ik nu maar eens naar huis.'

'Waar woon je?'

'In het bos.'

'Het bos? Waar kom je vandaan?'

'Doet dat ertoe.'

'Ja, waar kom je vandaan.'

'Ergens waar ik nooit meer naar terug wil.'

'Waar is dat ergens?'

'Aan de andere kant van het bos.'

'Hoe heet het dorp?'

'Doet er niet toe.'

Ik begin het bos in te lopen. 'Ik was nog niet klaar met jou.'

'Maar ik wel met jou.'

Ik loop snel verder en zorg ervoor dat hij niet weet waar ik heen ga. Als ik in de hut ben kijk ik nog eens rond of er misschien dingen verplaatst zijn. Ik wil niet dat iemand me hier ontdekt en ik weer meegenomen word naar Bryce.

Als ik merk dat alles nog op zijn plek staat ga ik op bed liggen. Dan kan ik nog wel even slapen voordat ik eten kan gaan maken voor mezelf. Ik draai me op mijn zij en val na een tijdje in een diepe, rustige slaap.

TroublesWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu